8.1 Geluid als trilling

1 / 28
next
Slide 1: Slide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo t, mavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 28 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

8.1 Geluid als trilling
Je kunt uitleggen:
  • wat geluid is en hoe het ontstaat
  •  wat een bron, medium en ontvanger is
  • hoe je stem werkt
  • hoe je geluid versterkt
  • hoe je een blokschema voor geluid maakt

Slide 2 - Slide

0

Slide 3 - Video

Geluid
Geluid is het trillen van de lucht


Slide 4 - Slide

Geluid
Uitwijking = de afstand van het vel tot de ruststand van het vel





Slide 5 - Slide

Wat is geluid?
A
Geluid is een trilling
B
Geluid is energie
C
Geluid is een kracht
D
Geluid is een deeltje zoals water

Slide 6 - Quiz

Geluid
Hoe groter de maximale uitwijking van het trommelvel, hoe groter de geluidssterkte. 

De geluidssterkte geeft aan hoe hard het geluid is. 
De toon geeft aan hoe hoog of hoe laag het geluid klinkt. 
Hoe sneller het vel trilt, hoe hoger de toon. 

Slide 7 - Slide

Geluidssterkte
Toon
Het geluid staat hard
Het geluid staat zacht
De zangeres zingt heel hoog
De zanger zingt heel laag

Slide 8 - Drag question

Bron - medium - ontvanger
Geluidsbron = iets wat zelf geluid maakt, produceert trillingen
Medium = trillingen verplaatsen zich via een tussenstof
Ontvanger = degene die het geluid opvangt 

Slide 9 - Slide

Wat is een voorbeeld van een medium?
A
lucht
B
vacuüm ruimte
C
water
D
vloeren

Slide 10 - Quiz

Bron - medium - ontvanger
Is er geen tussenstof? Bijvoorbeeld in een vacuüm ruimte, dan kan de lucht niet trillen. Er komt geen geluid bij de ontvanger. 

Slide 11 - Slide

Waarom hoor je op de maan geen geluid?
A
De maan heeft geen atmosfeer (vacuüm)
B
Op de maan heerst geen zwaartekracht
C
Op de maan kun je wel geluid horen
D
De maan heeft geen gebouwen waar het geluid kan weerkaatsten

Slide 12 - Quiz

Geluid versterken
Soms is geluid zo zacht dat je het niet
hoort. Je kunt geluid versterken
met een klankkast.

Klankkast = Hol voorwerp dat trilling 
overneemt en versterkt


Slide 13 - Slide

Welke pijl is hier de klankkast?
A
groen
B
rood
C
roze
D
blauw

Slide 14 - Quiz

Stembanden
Mensen kunnen op meerdere manieren geluid maken. Je kunt klakken met je tong, stampen met je voeten en praten of zingen. 

Wanneer je praat of zingt maak je geluid met je stembanden. 

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Oor
Je oor is een ontvanger van geluid. Het trommelvlies vangt de trillingen op, en stuurt het naar de gehoorzenuw. 

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Slide

0

Slide 19 - Video

Slide 20 - Link

Elektrische versterking
Een microfoon zet geluid om in een elektrische trilling
Een luidspreker zet de elektrische trilling om in geluid

Slide 21 - Slide

Tekst

Slide 22 - Slide

Een microfoon is een ........

A
Geluidsbron
B
Geluidsontvanger

Slide 23 - Quiz

Geluid ontstaat door.....
A
trillingen
B
elektronen
C
botsingen
D
luisteren

Slide 24 - Quiz

Juist of onjuist:
Hoe groter de uitwijking, hoe harder het geluid is
A
Juist
B
Onjuist

Slide 25 - Quiz

Juist of onjuist:
Geluid verplaatst zich alleen door de lucht
A
Juist
B
Onjuist

Slide 26 - Quiz

Wat gebeurt er met de trilling van lucht als een toon hoger wordt?
A
De lucht gaat verder op en neer trillen
B
De lucht gaat sneller trillen
C
De lucht gaat minder ver op en neer trillen
D
De lucht gaat harder trillen

Slide 27 - Quiz

Alles wat geluid maakt, noem je een geluidsbron.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 28 - Quiz