les 12 H2.4 Verbrandingsreacties

• Scheikunde
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

les 12     3VWO

H2.4   

Verbrandings-reacties

Leerdoelen

• Je kunt uitleggen wat een verbrandingsreactie is.
• Je kent de 3 voorwaarden voor verbranding en brengt deze in verband met de blusmethoden
• Je kunt een reactievergelijking geven van een verbrandingsreactie
• Je kunt het verschil tussen een volledige en onvolledige verbranding uitleggen. 
• Je weet de gevaren van koolstofmono-oxide.

Wat is verbranding

Wat is er nodig om vuur/een verbranding te starten en aan de gang te houden?

Overleg met je buren!

De branddriehoek

! Voor een verbranding zijn nodig:

• brandstof
• zuurstof
• ontbrandingstemperatuur 

(= temperatuur hoog genoeg)

NOTEER & LEER

Hoe kunnen we het vuur dan blussen?

Water en vet mengen niet

Het water dekt het vet niet af, 

maar verdampt

Hierdoor spat het vet in druppels uiteen en mengt het veel beter met zuurstof.

Hoe zou je brandend frituurvet dan wel kunnen blussen?

In bossen vind je vaak dit soort brede paden / stroken.

Leg met behulp van de branddriehoek uit welke functie dit heeft bij het bestrijden van bosbranden

hoe zou je brandende olie wel kunnen blussen? welke voorwaarde voor verbranding neem je dan weg?

dit fietspad helpt bij het bestrijden van bosbranden. Leg dit uit met behulp van de branddriehoek

Verbrandingsreacties

Wat is het verschil tussen thermolyse en verbranding? 

Overleg met je buren!

 Verbrandingsreactie 

= Een chemische reactie met zuurstof waarbij warmte vrijkomt. 

NOTEER & LEER

voorbeeld:

Verbrandingsproducten

Bij verbrandingsreacties worden oxides gevormd

Weet je het nog?

Oxides = moleculen die bestaan uit zuurstofatomen en één andere atoomsoort 

NOTEER & LEER

Welk oxide ontstaat....

bij de verbranding van koper?

bij de verbranding van magnesium?

bij de verbranding van methaan (CH4)?

oxides

als er meerdere atoomsoorten in de brandstof zitten, ontstaan

er meerdere oxides: elke atoomsoort vormt zijn eigen oxide

NOTEER & LEER

oxides

als er meerdere atoomsoorten in de brandstof zitten, ontstaan

er meerdere oxides: elke atoomsoort vormt zijn eigen oxide

NOTEER & LEER

de brandstof bestaat uit atomen C en H

bij de verbranding ontstaat 

- het oxide van C ( = CO2)

- het oxide van H (= H2O)

voorbeeld:

volledige en onvolledige verbranding

Volledige verbranding =

                                                  - er is voldoende zuurstof aanwezig

                                                   - C-atomen reageren tot CO2  

                                                   voorbeeld:

                                                  CH4 (g) +  2 O2 (g) ->  CO2 (g) +  2 H2O (l)                                                          1          :     2

Onvolledige verbranding =

                                          - er is niet genoeg zuurstof aanwezig

                                          - C-atomen reageren tot CO of roet C(s)

                                          voorbeeld:

                           3 CH4(g) + 4 O2(g) -> 2 CO(g) + C(s) + 6 H2O(l) 

                                    1         :    1,3                                                 

Koolstofmono-oxide (CO) 

is een geurloos, kleurloos, giftig gas 

Oxides

NOTEER & LEER

atoomsoort in brandstof	oxide	aantonen met	waarneming
C (volledige verbranding)	CO 2
C (onvolledige verbranding)	CO
H	H 2 O
S	SO 2

Deze kolommen vullen we de volgende les in

Leerdoelcheck

Aan aardgas wordt de geurstof tetrahydrothiofeen (C4H8S) toegevoegd. Geef de kloppende reactievergelijking van de volledige verbranding van tetrahydrothiofeen.

Eerder klaar? Begin aan eigen werk: H2.4 opgave 1, 3, 6, 11

Eigen Werk

Doorlezen: H2.4, sla blz 85 nog even over

Uit je hoofd leren: tabel 1 (tabel 2 hoef je NIET te leren!)

Maken: H2.4 opgave 1, 3, 6, 11

Vind je opgave 6 lastig? Oefen dan ook opgave 4