38-2 lijdend voorwerp

1 / 10

Slide 1: Slide

NederlandsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 1

This lesson contains 10 slides, with text slides.

Lesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Docent

Moussa

Nino

Venna

Leyna

Nienke

Jordy

Sem

Dylano

Luca

Thijm

Miquel

Niek

Selma

Dina

Anilkaan

Saif

Fien

Gabriella

Slide 2 - Slide

Docent

Madina

Mariam

Cas

Sam

Yara

Hailey

Tim

Gino

Juliva

Nout

Lorenzo

Alex

Umut

Naoufal

Beimnet

Julia

Khalid

Tijme

Slide 3 - Slide

Afspraken

Niet praten tijdens de uitleg
Niet lopen door de klas

1 waarschuwing

2 afkoelen

3 strafwerk

4 gele kaart

Slide 4 - Slide

Planning

Nodig

Terugblik

Les 4 Lijdend voorwerp

Nederlandstalig lied

Slide 5 - Slide

Nodig

Werkboek
Schrift en pen
Laptop

Slide 6 - Slide

Terugblik

Persoonsvorm

Onderwerp

Werkwoordelijk gezegde

Lijdend voorwerp

Slide 7 - Slide

Lesdoel

Je kunt het onderwerp, werkwoordelijk gezegde en lijdend voorwerp in een zin benoemen.

Slide 8 - Slide

Opdracht

Maak opdracht 1,2 en 3 van Les 4 (p. 51)

Vraag? Steek je vinger op.

Klaar? Kom naar me toe voor extra werk.

Slide 9 - Slide

Nederlandstalig lied

Slide 10 - Slide

38-2 lijdend voorwerp

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

More lessons like this

38-1 lijdend voorwerp

39-1 fictie kort

39-3 fictie personages relatie

39-3 fictie personages innerlijk/ uiterlijk

37-2 pv + ond

40-2 Les 1 Herhaling spelling

40-2 Les 1 Herhaling spelling

40-3 Les 2 Spelling d of t