Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden

Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Nederlands
Vrijdag 09-01-2025 
1 / 13
next
Slide 1: Slide
NederlandsMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 90 min

Items in this lesson

Persoonlijke en bezittelijke voornaamwoorden
Nederlands
Vrijdag 09-01-2025 

Slide 1 - Slide

Lesdoelen
Ik kan persoonlijke voornaamwoorden vinden in de tekst en schrijven
Ik kan bezittelijke voornaamwoorden vinden in de tekst

Slide 2 - Slide

Kort dictee. Schrijf 5 zinnen onder elkaar

Slide 3 - Open question

Persoonlijke voornaamwoorden
mensen, dingen
zonder naam

Slide 4 - Slide

Ik heb de sleutels van Madelon geleend.

Het persoonlijk voornaamwoord is / de persoonlijke voornaamwoorden zijn...
A
ik
B
ze
C
Madelon
D
ik / ze

Slide 5 - Quiz

Wat zijn persoonlijke
voornaamwoorden?
A
ik, jij, hij, zij
B
mijn, jouw, uw
C
deze, dit, dat
D
wie, wat waar

Slide 6 - Quiz

Wat is GEEN persoonlijk voornaamwoord
A
hij
B
het
C
haar
D
zij

Slide 7 - Quiz

Bezittelijke voornaamwoorden
van wie is het?

Slide 8 - Slide

Wat zijn bezittelijke voornaamwoorden?
A
jij, u
B
mijn, jouw, jullie
C
onze, uw
D
hij, zij, ik

Slide 9 - Quiz

Lisa eet ________
boterham op
A
zijn
B
haar
C
mijn
D
ons

Slide 10 - Quiz

Wij gaan volgende week een weekend weg met _______ familie (de).

A
ons
B
onze
C
hun
D
hen

Slide 11 - Quiz

Daan heeft een laptop. Ik heb de laptop ___________
geleend.
A
zijn
B
van hem
C
van mij

Slide 12 - Quiz

Aan het werk
1. Fix Nederlands, Woorden H4 en H5
2. E-mail met 2 schrijfopdrachten
3. Klaar? Ga verder met rekenen
om 11.00 uur Vaktheorie
11.45 uur: weekend!

Slide 13 - Slide