- Kan je onthouden welke rekenopdrachten je kan verwachten op de toets
- begrijp je het verschil tussen enkelvoudige- en samengestelde rente
- Begrijp je hoe kredietkosten werken
- Begrijp je de wisselkoers
Slide 4 - Slide
Welke rekenonderwerpen hebben wij geleerd?!
Slide 5 - Slide
Enkelvoudig
Jasmijn zet €1.000 op een spaarrekening met een rente van 4% per jaar. Ze laat het geld 3 jaar staan. Jasmijn krijgt enkelvoudige rente. Hoeveel rente ontvangt Jasmijn na 3 jaar, en wat is het totale bedrag op haar rekening?
Slide 6 - Slide
Samengesteld
Jasmijn zet €1.000 op een spaarrekening met een rente van 4% per jaar. Ze laat het geld 3 jaar staan. Jasmijn krijgt Samengestelde rente. Hoeveel rente ontvangt Jasmijn na 3 jaar, en wat is het totale bedrag op haar rekening?
Slide 7 - Slide
kredietkosten
Harvey koop een nieuwe bestelbus voor 27.000 euro. Hij heeft met de ING afgesproken om dit binnen 60 maanden terug te betalen. Hij betaalt 475 euro per maand.
Bereken de kredietkosten van Harvey/
Slide 8 - Slide
Gebruik de tabel
1. als je 400 euro om wilt wisselen in Dollars, hoeveel Dollars krijg je?
2. Voor je vakantie wissel je 750 euro voor Kronen. Hoeveel kronen ontvang je?
3. na je vakantie in Engeland heb je nog 200 Ponden. Hoeveel Euro krijg je?
Koers 1,-
U koopt
U verkoopt
Dollar
1,09
1,12
Pond
0,98
1,10
Kronen
8,45
8,75
Slide 9 - Slide
Aan de slag
Rekenopdrachten van H3 blz 93
Opdrachten: 11 + 12 + 15
Tijd: 8 minuten
Daarna bespreken van de vragen
Klaar? Schrijf de formules voor jezelf op!
Slide 10 - Slide
Aan de slag
Rekenopdrachten van H3 blz 93
Opdrachten: 14 en 16
Tijd: 8 minuten
Daarna bespreken van de vragen
Klaar? Probeer de plusopdrachten
Slide 11 - Slide
overige tijd
Ga aan de slag met Rekenvragen van Herhalingsopdrachten