les 10 2HV 2d H2 Wir- Duits H begrijpend lezen voorbereiding SO

Frösche hüpfen 
Probier dieses  kurze Gedicht zu lesen und zu übersetzen!
1 / 11
next
Slide 1: Slide
DuitsMiddelbare schoolmavo, havo, vwoLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Frösche hüpfen 
Probier dieses  kurze Gedicht zu lesen und zu übersetzen!

Slide 1 - Slide

Wer die Buchstaben kann, kann auch Deutsch....
Kapitel (Hoofdstuk) 2 "wir" les 10
herhaling "Fragewörter" 
&
H lezen

Slide 2 - Slide

grammatica en spreken
Je kunt/durft hard op te lezen.
Je kent de belangrijkste vraagwoorden in het Duits.
Je weet dat hardop lezen helpt bij het begrijpen van Duitse teksten

korte herhaling vraagwoorden

Deutsch 2HV - H2 Wir - les 9
24-11-2023

zie SOM

SHEET 7




Kun jij andere voorstellen en korte zinnen maken?



Slide 3 - Slide

Klassikaal 
Kopie 10 = lernliste 1 in de snelhechter
Kopie 7: Ü 3 Landeskunde
Wij lezen en bespreken de Inhoud (den Inhalt) samen.


Deutsch           
  • wer
  • wie
  • warum / weshalb
  • wann
  • was
  • welche(r)
  • wohin
  • woher
Kun jij deze woorden naar het Nederlands vertalen?

Slide 4 - Slide

Klassikaal 
Kopie 10 = lernliste 1 in de snelhechter
Kopie 7: Ü 3 Landeskunde
Wij lezen en bespreken de Inhoud (den Inhalt) samen.


Deutsch           
  • wer
  • wie
  • warum / weshalb
  • wann
  • was
  • welche(r)
  • wohin
  • woher
Kun jij deze woorden naar het Nederlands vertalen?
Nederlands           
  • wie
  • hoe
  • waarom 
  • wanneer
  • wat
  • welk(e)
  • waarheen
  • waarnaartoe

Slide 5 - Slide

AAN DE SLAG
(K2 H  Lesen) lb blz. 56/57
Ü 44, 45
  
Neem je chroomboek en ga naar Neue Kontakte 
(open je email en je SOM/ leermiddelen)
oefen de woordjes K2 met slim stampen!







timer
15:00

Slide 6 - Slide

Klassikaal 
Kopie 10 = lernliste 1 in de snelhechter
Kopie 7: Ü 3 Landeskunde
Wij lezen en bespreken de Inhoud (den Inhalt) samen.


  • Er                                      ein Pferd.
  • Ich                              gut beim Computer spielen.
  • Frau Mentink, Sie                           keine Ahnung (Idee).
zusammen: haben of sein - welk woord moet op de streep

Slide 7 - Slide

Evaluatie
Ken jij de "Fragewörter" ? - 
Huiswerk:
SO lesen 2HLe1 01-12 je kunt hiervoor niet leren
toets K2  08-12 begin op tijd met leren: lb blz. 60/61 grammatica + Lernlisten

Slide 8 - Slide

Volgende les:


onderdeel F  sprechen: Spreekbeurt voorbereiden

Vertel over je familie. 


Slide 9 - Slide

Slide 10 - Slide

haben
  • ich habe
  • du hast
  • er/sie/es hat
  • wir haben
  • ihr habt
  • sie haben
sein
  • ich bin
  • du bist
  • es/sie/es ist
  • wir sind
  • ihr seid
  • sie/Sie sind


Slide 11 - Slide