H9 Gezond lichaam

H9. Gezond lichaam 
  • 9.1  Gezondheid meten
  • 9.2 Gezond gewicht
  • 9.3 Gezonde lucht
  • 9.4 Alcohol en drugs
1 / 35
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 4

This lesson contains 35 slides, with interactive quizzes, text slides and 4 videos.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H9. Gezond lichaam 
  • 9.1  Gezondheid meten
  • 9.2 Gezond gewicht
  • 9.3 Gezonde lucht
  • 9.4 Alcohol en drugs

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

Lesdoelen
1. Je weet dat gezondheid bestaat uit lichamelijke en geestelijke gezondheid
2. je weet wat bloeddruk is en wat de gevolgen zijn
3. je weet welke factoren je gezondheid beïnvloeden.

Slide 3 - Slide

9.1 Gezondheid meten
  1. Lichamelijke gezondheid: Dit gaat over jouw lichaam. Is jouw lichaam goede conditie: zonder ziekten en aandoeningen. Je lichamelijke gezondheid kun je laten checken bij de arts
  2. Geestelijke gezondheid:  Dit gaat over  hoe je in je vel zit. Als je je geestelijk niet goed voelt dan ga je naar een psycholoog. Een psycholoog kan je helpen om je weer beter te voelen

Slide 4 - Slide

Hoe check je je gezondheid?
  • Lichamelijk onderzoek
  • Diagnose
  • Prognose
  • Extra onderzoek 

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Bloeddruk
Het bloed drukt tegen de wanden van je bloedvaten. Dit noem je de bloeddruk. 
Bloeddruk is niet overal hetzelfde.

Slide 7 - Slide

Waarom is het niet goed als iemand last heeft van een hoge bloeddruk?

Slide 8 - Open question

Wat beïnvloedt jouw gezondheid?
  1. Je leefstijl: je persoonlijk leven

  2. Je omgeving

  3. De gezondheidszorg: voorzieningen 

Slide 9 - Slide

Opdrachten 
Maak de opdrachten van §9.1
test jezelf

Slide 10 - Slide

9.2 Gezond gewicht
Energie behoefte afhankelijk van:
1. Leeftijd
2. Activiteit
3. Geslacht

Slide 11 - Slide

Hoe houd je een gezond gewicht?

  • Eet je te weinig, dan kan je ondervoed raken. (bv. anorexia)
  • Eet je te veel, dan vergroot je de kans op overgewicht. 
(Gezondheidsproblemen: sneller moe, groter kans op hart- en vaatziekten, suikerziekte, kanker, en problemen met spieren en gewrichten)

Slide 12 - Slide

Body Mass Index
Met het berekenen van de BMI wordt er gekeken of je wel een goed gewicht hebt.

Slide 13 - Slide

Waarom is suiker slecht voor je gebit?
  1. Glazuur: buitenste laag van je tanden en kiezen
  2. Tandbeen: de laag onder het glazuur
  3. Cement: laagje tussen het tandbeen en het tandvlees
Tandbederf (cariës): gaatjes in je 
tanden of kiezen
Tandplak: laagje bacteriën en 
voedselresten

Slide 14 - Slide

Hoe blijven hart en bloedvaten gezond?

Verzadigde vetten: Ongezonde vetten. 
- Aderverkalking: 
Verstoppingen in je bloedvaten.

Slide 15 - Slide

Onverzadigde vetten
Gezonde vertten zijn juist goed voor je hart en bloedvaten. Dit zijn vloeibare vetten oftewel onverzadigde vetten 

Slide 16 - Slide

Diabetes of suikerziekte

Slide 17 - Slide

Slide 18 - Video

Diabetes
Type 1:  aangeboren diabetes


Type 2: "ouderdomsdiabetes"

Slide 19 - Slide

9.3 Gezonde lucht

Slide 20 - Slide

Slide 21 - Video

Wat zit er in sigaretten?
Nicotine: de verslavende stof in sigaretten
Teer: Deze stof blijft als een bruinzwart laag in je luchtwegen en op de wand van de longblaasjes plakken. 
  1. Teer maakt longblaasjes kapot
  2. Teer is kankerverwekkend
  3. Teer beschadigt de trilhaarcellen van de luchtwegen
Koolstofmono-oxide: een reukloze gas, die zich beter kan hechten aan rode bloedcellen dan zuurstof

Slide 22 - Slide

Waarom is roken ongezond?
  1. Chronische bronchitis: door ontstekingen van de slijmvliezen in de longen produceren die slijmvliezen meer slijm dan normaal
  2. Longemfyseem: de longblaasjes gaan stuk. 

Slide 23 - Slide

Wat zijn de gevolgen van overgevoelige luchtwegen?

Slide 24 - Slide

Aan de slag
Maak de test jezelf van §9.3 

Slide 25 - Slide

9.4 Alcohol en Drugs

Slide 26 - Slide

Welke drugs ken jij?

Slide 27 - Mind map

Wat zijn de effecten van alcohol en drugs op de korte termijn?

Slide 28 - Mind map

Wat zijn de effecten van alcohol en drugs op de lange termijn?

Slide 29 - Mind map

Slide 30 - Video

Effecten van drugs
  1. Stimulerende middelen: zorgen dat je zenuwstelsel sneller werkt
  2. Verdovende middelen: laten je zenuwstelsel langzamer werken
  3. Bewustzijnsveranderende middelen: verandert je stemming en de wereld om je heen ziet er heel anders uit dan in werkelijkheid 

Slide 31 - Slide

Afhankelijkheid
  1. Lichamelijke afhankelijkheid: als je stopt met gebruiken krijg je ontwenningsverschijnselen. 
  2. Geestelijk afhankelijk:  je hebt het gevoel dat je niet zonder kunt.
  3. Sociaal afhankelijk

Slide 32 - Slide

Problemen door versalving
  • Gezondheidsproblemen
  • Psychische problemen
  • Sociale problemen
  • Financiële problemen 

Als je wilt stoppen met drugs gebruik dan moet je gaan afkicken.

Slide 33 - Slide

Aan het werk
Maken: 9.4 opdrachten:  1, 3, 5, 6,  7,  8

Slide 34 - Slide

Wat gaan we vandaag doen?
Begin met SO (15 minuten)
Klassikaal  nakijken SO en herhalen van de stof


Slide 35 - Slide