Bij een verzekering verplicht de verzekeraar zich om tegen ontvangst van een premie de verzekerde schadeloos te stellen wegens een verlies, schade, of gemis van verwacht voordeel door een onzeker voorval.
Polis: is een verzekeringsovereenkomst. Alle informatie, rechten en plichten m.b.t. de verzekering zijn hierin opgenomen.
Verzekerde som: maximumbedrag dat de verzekeraar uitkeert.
Slide 4 - Slide
Schadeverzekering
Een schadeverzekering zorgt ervoor dat je verzekerd ben tegen de financiële gevolgen van schade
Brandverzekering
Reis verzekering
Motorvoertuigenverzekering
Slide 5 - Slide
Levensverzekering
- Een levensverzekering zorgt ervoor dat je verzekerd ben tegen het financiële risico als gevolg van overlijden of (lang) leven
Slide 6 - Slide
Sparen
'gewoon' sparen is geld dat je op je bankrekening zet.
Deze vorm van sparen is niet risicovol
Depositogarantiestelsel
Hoogte interest afhankelijk van: looptijd dat je je spaargeld vast zeg; hoogte van het spaarbedrag; ontwikkelingen op financiële markt
Slide 7 - Slide
Lenen
Je betaalt interest en lost je lening af in termijnen
Waarom interest:
vergoeding van de tijd
afdekken risico
vergoeding administratiekosten
Slide 8 - Slide
Soorten Consumptief krediet
6. Private Lease
Slide 9 - Slide
Lineaire hypotheek Annuïtaire hypotheek
Slide 10 - Slide
Kopen
of
huren
Slide 11 - Slide
Enkelvoudige interest
(vaak) bij leningen
rente over beginkapitaal
Samengestelde intrest
Alleen bij sparen mogelijk!
Rente over rente
Slide 12 - Slide
Enkelvoudige interest
K = kapitaal
i = percentage rente ( rekengetal )
t = looptijd
Formule: Interest = K x i x t
let op: i en t zijn, als er niets genoemd staat, in jaren
10.000 x 0,06 x 3 = 1800 euro interest
Slide 13 - Slide
Samengestelde interest/Eindwaarde
jaar 1: 10.000 x 1,06 = 10.600
jaar 2: 10.600 x 1,06 = 11.236
jaar 3: 11.236 x 1,06 = 11.910,16
E = K x (1+i)^n
Eindbedrag = 10.000 x ( 1,06 )^3 = 11.910,16
Interest 11.910,16-10.000= 1910,16
Slide 14 - Slide
Contante waarde
Je wilt over 15 jaar 100.00 hebben, hoeveel moet je dan nu op je rekening zetten als je 2,4% samengestelde rente krijgt?
E = 100.000
i = 0,024
n = 15
100.000 x (1 + 0,024)-15 = €70.064,92
Slide 15 - Slide
Rente
Rente = reeks van gelijke bedragen die met gelijke tussenruimten worden betaald of ontvangen
gelijke bedragen = termijnen
betaal/ontvang datum = vervaldatum
de tijd tussen twee vervaldata = periode
Andere betekenis als Interest!!!!
Slide 16 - Slide
Eindwaarde van een rente
E = eindwaarde
a = eerste term van de meetkundige rij (ofwel rente/termijn)
r = de reden (1 + i)
n = aantal termijnen (aantal stortingen)
Slide 17 - Slide
Contante waarde van een rente
Bij de contante waarde van een rente berekenen andersom rekenen dan bij de eindwaarde van een rente
Berekenen van een contante waarde van een reeks bedragen
We brengen de termijnen naar links op de tijdslijn terugrekenen naar het verleden
Slide 18 - Slide
Contante waarde van een rente
C= eindwaarde
a = eerste term van de meetkundige rij (ofwel rente/termijn)
r = de reden (1 + i)
n = aantal termijnen (aantal stortingen)
Slide 19 - Slide
Slide 20 - Slide
Schenken = een overeenkomst waarbij een schenker ten koste van zijn/haar eigen vermogen de ontvanger (begunstigde) verrijkt zonder tegenprestatie
Kenmerken schenking:
- overeenkomst (en de schenking is aangenomen)
- om niet (geen tegenprestatie)
- verarming schenker en verrijking begiftigde
- bevoordelingsbedoeling (vrijgevigheid)
Schenking
Slide 21 - Slide
ANBI
Algemeen nut beogende instelling
- "Goede doelen"
- meestal een stichting
Schenking vrijgesteld van schenkbelasting
+ (deels) aftrekbaar voor de inkomstenbelasting van de schenker
SBBI
Sociaal belang behartigende instelling
- Voor een specifieke (beperkte) groep mensen
- meestal een vereniging
Schenking vrijgesteld van schenkbelasting
Slide 22 - Slide
Belangrijke begrippen Erven
Nalatenschap (erfenis): Alle bezittingen en schulden op de dag van overlijden van de erflater (overleden persoon)
Erflater: De overledene
Erfopvolging bij versterf: zonder testament
Erfopvolging bij uiterste wil: met testament
Versterfrecht: de wetgeving die van toepassing is als er geen testament is
Slide 23 - Slide
- bij vererving erven alleen echtgenoot/kinderen (1e groep)
--> het gaat om juridische kinderen van de overledene
- geen echtgenoot/kinderen? --> ouders, broers en zussen (2egroep) erven
- geen ouders, broers en zussen? --> grootouders (3e groep) erven
- geen grootouders? --> overgrootouders (4e groep) erven
--> binnen een groep heeft iedere persoon recht op een gelijk deel van de
nalatenschap
Versterferfrecht = het erfrecht dat geldt als de erflater geen testament heeft
--> er bestaat een volgorde van groepen erfgenamen binnen
het versterfrecht
Slide 24 - Slide
Onterven = het door de erflater bepalen dat iemand geen erfgenaam en dus geen
rechtsopvolger meer is van de overledenen
--> als een kind wordt onterfd, kan h/zij de legitieme portie opeisen (in geld en < 5jr)
Legitieme portie = het deel van de erfenis waarop de legitimaris (het kind) altijd
recht heeft
--> vaak is de legitieme portie de helft van het erfdeel of de legitieme massa
volgens het versterferfrecht
Wilsrechten = kinderen kunnen hun vordering beschermen bij een nieuw
huwelijk van de langstlevende ouder
Nog een paar begrippen:
Slide 25 - Slide
Slide 26 - Slide
Belasting
Slide 27 - Slide
Van eenmanszaak naar rechtspersoon
Slide 28 - Slide
Rechtsvormen
Slide 29 - Slide
Eenmanszaak/ VOF
Slide 30 - Slide
Besloten Vennootschap
Slide 31 - Slide
Naamloze vennootschap
Slide 32 - Slide
Drie belangrijke organen BV / NV
Raad van commissarissen houdt toezicht
Bij de BV wordt de Raad van Bestuur ook wel directie genoemd.
Slide 33 - Slide
Vereniging
Slide 34 - Slide
Stichting
Slide 35 - Slide
Bevoegdheden OR
Adviesrecht: de werkgever geeft de OR de gelegenheid om advies te geven over voorgenomen besluiten. Beslissing blijft bij de werkgever.
Instemmingsrecht: wanneer OR voorgenomen besluit afwijst, dan mag werkgever het niet uitvoeren.
Informatierecht: de werkgever is verplicht alle informatie te verstrekken die de OR nodig heeft om zijn taken goed te kunnen vervullen.
Initiatiefrecht: De OR mag zelf met voorstellen komen over alle sociale, organisatorische en financiële zaken van de onderneming.
Slide 36 - Slide
Maatschappelijke behoeften
Organisaties voldoen aan maatschappelijke behoeften door het leveren van producten, het bieden van werkgelegenheid, werken aan innovatie, leveren van een inkomen en leveren van belastingopbrengsten.
Slide 37 - Slide
Absolute omvang
Groottecriteria
Minimaal 2 van de 3 criteria
Slide 38 - Slide
Relatieve omvang = marktaandeel
Slide 39 - Slide
MVO richt zich op een combinatie van:
Slide 40 - Slide
Wat is VERPLICHT wanneer je een onderneming opricht: