De outback van Australië

1 / 25

Slide 1: Slide

AardrijkskundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

This lesson contains 25 slides, with text slides.

Lesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Vandaag

Herhaling vorige week

Laatste deel paragraaf 2

Kerst Quiz?

Slide 2 - Slide

Leerdoel

- Ik kan de ongelijke bevolkingsspreiding in Australië verklaren.

Slide 3 - Slide

Australië is 185 keer groter dan Nederland

Slide 4 - Slide

Bevolkingsdichtheid in Australië.

Wat valt jullie op?

Dicht of dunbevolkt?

Slide 5 - Slide

Oorzaak bevolkingsspreiding

Kustgebied: voldoende neerslag

voor plantengroei

Binnenland: Hoe verder van zee,

hoe droger: de outback

Slide 6 - Slide

Maak aantekeningen!!

Kustgebied

Binnenland

( outback)

Dichtbevolkt

Dunbevolkt

De grootste steden van Australië liggen aan de kust

Leeg en onbewoond

85% van de Aussies wonen hier

woestijn

Slide 7 - Slide

Leerdoel

- Ik kan benoemen waar de droge gebieden op aarde liggen en verklaren waarom deze gebieden droog zijn

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Landschappen in Australië

Tropisch Savanne Steppe Woestijn

Slide 10 - Slide

Amazone

Outback Australië

Slide 11 - Slide

Droge gebieden (B.60)

Slide 12 - Slide

Warme lucht stijgt op. En koelt af. --> regen!

Slide 13 - Slide

Tropisch regenwoud

savanne

Slide 14 - Slide

Steppe

Slide 15 - Slide

Koude lucht daalt, warmt op.

De bewolking lost op, de zon gaat schijnen en het is droog

Tussen de 20 en 40 graden NB en ZB vind je woestijn gebieden.

Slide 16 - Slide

Nieuw leerdoelen

- Ik kan onderscheid maken tussen extensieve en intensieve veeteelt.

- Ik weet waar bepaalde producten worden verbouwd en waarom daar?

- Ik kan een klimaat grafiek tekenen.

Slide 17 - Slide

In the Outback vind je geen akkers.

Grote veebedrijven in overgangsgebied.

Intensieve veeteelt: veel koeien of schapen op het land

Extensieve veeteelt: Weinig koeien of schapen per hectare. --> dichter op elkaar.

Slide 18 - Slide

Intensieve veeteelt

Extensieve veeteelt

Veel dieren per hectare.

Weinig dieren per hectare.

Slide 19 - Slide

Akkerbouw: in zuidoosten en zuidwesten.

Water wordt uit rivieren gepompt.

irrigatie: kunstmatig nathouden van landbouwgronden.

Slide 20 - Slide

Aan de slag. !

Maak paragraaf 2 af!

Slide 21 - Slide

Slide 22 - Slide

A Beschrijven: Wat zijn droge gebieden?

gebieden met minder dan 500 mm neerslag per jaar. Door de droogte kunnen er geen bomen groeien.

er zijn twee soorten:

1 steppes

2 woestijnen

B Beschrijven: Waar liggen droge gebieden?

ten noorden en ten zuiden van de tropen: ongeveer tussen 20° en 40° N.B en Z.B.

C Verklaren: Waarom liggen ze daar?

De opgestegen lucht bij de tropen daalt daar, wordt warmer en kan meer waterdamp bevatten --> geen neerslag.

Slide 23 - Slide

Slide 24 - Slide

Vergelijk!

Temperatuur?

Neerslag?

Verklaring neerslag?

Slide 25 - Slide