Les 2 en 3 : Spelling Hoofdletters 7.1



Pak je leesboek.
WELKOM
1 / 18
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson



Pak je leesboek.
WELKOM

Slide 1 - Slide

Wat gaan we doen:
  • Lezen
  • Lesdoel
  • Instructie
  • Zelfstandig werken
  • Evaluatie

Slide 2 - Slide

Sommige namen hebben tussenvoegsels

Daniëlle van der Vaart
mevrouw D. van der Vaart
mevrouw Van der Vaart

Slide 3 - Slide

Lezen:
timer
5:00

Slide 4 - Slide

Spelling
Paragraaf 1: Hoofdletters
 


Slide 5 - Slide

Voorkennis

Vertel om de beurt aan je buurman of buurvrouw waar je hoofdletters tegenkomst?
timer
1:00

Slide 6 - Slide

Lesdoelen
  • Je leert hoofdletters op de juiste manier gebruiken. 
  • Je oefent met het gebruiken van hoofdletters. 

Slide 7 - Slide

Instructie filmpje
Filmpje van nieuw Nederlands
Spelling- Hoofdletters

Slide 8 - Slide

Je gebruikt hoofdletters om een tekst leesbaar te maken.
Je gebruikt hoofdletters:
*Aan het begin van elke zin
*Bij namen
*Bij woorden die van namen afgeleid zijn

Slide 9 - Slide

Typ je eigen voor en achternaam.

Slide 10 - Open question

Een hoofdletter gebruik je?
A
Bij dagen van de week.
B
Bij maanden van het jaar.
C
Bij namen.

Slide 11 - Quiz

Een hoofdletter gebruik je bij?
A
Alle vakken op school.
B
Alle afkortingen.
C
Alle onderdelen van een naam.
D
Aan het begin van elke zin.

Slide 12 - Quiz

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
aardrijkskunde
B
techniek
C
nederlands
D
muziek

Slide 13 - Quiz

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
lente
B
zomervakantie
C
pasen
D
oktober

Slide 14 - Quiz

Welk woord schrijf je met een hoofdletter?
A
straat
B
winkelstraat
C
station
D
zuiderweg

Slide 15 - Quiz

Zelfstandige verwerking
  • Maak online de opdracht van Spelling 
  • 7.1 Hoofdletters
timer
15:00

Slide 16 - Slide

Maak een zin waarin minstens twee hoofdletters voorkomen.

Slide 17 - Open question

Evaluatie & Afsluiting:
Wat heb je geleerd deze les?
Wat ging er goed?
Wat kan beter?

Slide 18 - Slide