Franse revolutie

Franse Revolutie
Door Sybren Huurdeman uit G2A
1 / 11
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare school

This lesson contains 11 slides, with text slides.

Items in this lesson

Franse Revolutie
Door Sybren Huurdeman uit G2A

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

De Staten-Generaal
  • De koning riep de Staten-Generaal bij elkaar op 17 juni 1789 omdat hij telkens minder geld had. En het slecht ging met de economie. 
  • Hij wilde dat er meer belasting werd betaald zodat hij weer meer geld kreeg.
  • De derde stand was hier alleen niet blij mee omdat zij bijna alle belasting moesten betalen.

Slide 3 - Slide

De bestorming van de Bastille
  • Op 14 juli 1789 bestormden boze burgers de Bastille in Parijs.
  • Het was het symbool voor de macht van de koning voor veel mensen.
  • Ze dachten dat er veel mensen werden vast gehouden onterecht.
  • Maar er waren maar 7 gevangenen & niet veel wapens maar het was soort van het begin van de Franse Revolutie.

Slide 4 - Slide

De Eed in de Kaatsbaan
  • De Eed in de Kaatsbaan was een eed dat mensen van vooral de derde stand er alles aan zouden doen om een grondwet te geven aan het koninkrijk.
  • Ze wilden dat er een grondwet kwam die ook wel de Verklaring van de rechten van de mens heette. 
  • De ideeën van John Locke en andere filosofen waren het fundament van de grondwet.

Slide 5 - Slide

De Grondwet
  • De adel werd afgeschaft en er zou godsdienst vrijheid komen. Het bezit van de kerk werd afgenomen.  
  • De koning wilde de grondwet niet want hij zou daardoor minder macht krijgen. En uiteindelijk had de koning minder macht door de grondwet.

Slide 6 - Slide

De Koning naar Parijs
  • De Koning werd op 5 oktober 1789 door een grote boze menigte uit Versaille gehaald en naar Parijs gebracht.
  • Dit deden ze omdat ze boos waren over hoe het ging met hun land. 
  • En ze wilden dat de Koning dichterbij het volk was en hij ging in een paleis in Parijs wonen.

Slide 7 - Slide

De vlucht van de Koning
  • Veel edelen vluchtten uit Frankrijk na de Franse Revolutie, en de koning en de koningin ook.
  • Ze probeerden naar Luxemburg te vluchtten maar ze werden gearresteerd.
  • De koning moest in 1792 zich verantwoordden voor zijn daden en in 1793 werd hij onthoofd als burger Louis Capet.

Slide 8 - Slide

De Republiek
  • Frankrijk werd een Republiek nadat het koningschap was afgeschaft.
  • Deze Republiek duurde tot het Eerste Franse Keizerrijk in 1804.
  • In deze periode bestuurde het Nationale Conventie het en de beruchte Terreur was ook in deze tijd. Het werd ook gekenmerkt door de opkomst van Napoleon.
  • De Franse Republiek en de Europese monarchieën streden ondertussen ook tegen elkaar in de Eerste en Tweede Coalitieoorlogen.

Slide 9 - Slide

De Terreur
  • De Terreur doodde mensen die tegen de Revolutie waren. 
  • De Revolutie werd zo een burgeroorlog, er werden ongeveer 40.000 mensen gedood.
  • De Jakobijnen was onderleiding van Robespierre en ze waren radicaal. 
  • De Girondijnen waren aanhangers van rijke bourgeoisie. Zij vonden het goed dat de koning amper macht had, er kiesrecht was en dat er geen standen meer waren.
  • De Jakobijnen wilden wel doorvechten en namen de koning in 1792 gehangen.

Slide 10 - Slide

Napoleon
  • Napoleon studerden aan de École Militiare in Parijs op zijn 15e.
  • Hij werd als tweede luitenant benoemd in 1785 en in 1789 werd hij een legerofficier in de Franse Revolutie.
  • Napoleon werd uiteindelijk Keizer en hij voerde nog veel oorlogen met andere Europese landen.

Slide 11 - Slide