This lesson contains 25 slides, with interactive quizzes and text slides.
Items in this lesson
herhaling rekenen 3.2 winst
vragen 3.2?
hoe bereken je de winst?
uitleg 3.3. + maken 3.3.
Slide 1 - Slide
Winst berekenen
Slide 2 - Slide
Reken uit:
Voorbeeld; Ensink BV verkoopt scooters. De gem. verkoopprijs is € 1750.
In de maand Januari verkoopt hij er 25. De inkoopprijs van de scooter is € 1250. Wat is de bruto winst In Januari? de overige kosten bedragen 2500 euro.
Reken de bruto en nettowinst uit; schrijf de berekening op
Slide 3 - Slide
Antwoord:
25 x € 1750 = € 43.750 (omzet)
25 x € 1250 = € 31250 (inkoopw.)
Bruto winst = € 43.750 - € 31.250 = € 12500
12500 - 2500 = 10.000 nettowinst
Slide 4 - Slide
3.3 vraag en aanbod
Slide 5 - Slide
In deze les leer je:
- het verschil tussen een concrete en abstracte markt;
- hoe vraag, aanbod en prijs elkaar beïnvloeden
(marktwerking);
- hoe je vraag en aanbod in een grafiek kunt weergeven;
- wat we bedoelen met een transparante markt;
- hoe de overheid kan ingrijpen op de markt;
- over verschuiving van vraaglijn of aanbodlijn
GOAL!
Slide 6 - Slide
2 soorten markten
Markten
Concrete markt
Abstracte markt
een plaats waar op afgesproken tijden goederen worden gehandeld.
Het geheel van vraag naar en aanbod van een product.
Producenten zorgen voor aanbod van producten
Consumenten zorgen voor de vraag naar producten
Slide 7 - Slide
Transparante markt:
een markt waarin je de aangeboden producten en de prijzen goed met elkaar kunt vergelijken
oftewel: de markt is 'doorzichtig'
Slide 8 - Slide
Waarom heeft de vraaglijn een dalend verloop?
Waarom heeft de aanbodlijn een stijgend verloop?
Slide 9 - Slide
Vraag en aanbod
(marktwerking):
1. Vraag naar producten ↓ → prijs ↓
2. Vraag naar producten ↑ → prijs ↑
3. Aanbod van producten ↓ → prijs ↑
4. Aanbod van producten ↑ → prijs ↓
Slide 10 - Slide
Evenwichtsprijs en evenwichtshoeveelheid?
Slide 11 - Slide
Slide 12 - Slide
Hoe beïnvloedt de overheid de markt?
Nadeel vrije markt:
evenwichtsprijs is voor sommige mensen te hoog
Overheid kan consumenten bescherming geven tegen hoge prijzen door:
maximumprijs instellen
subsidies of toeslagen geven aan mensen met lage inkomens
Slide 13 - Slide
Hoe beïnvloedt de overheid de markt?
Nadeel vrije markt:
evenwichtsprijs is voor sommige mensen te hoog
Overheid kan consumenten bescherming geven tegen hoge prijzen door:
maximumprijs instellen
subsidies of toeslagen geven aan mensen met lage inkomens
Of producenten beschermen tegen te lage prijzen:
minimumprijs verplichten (komt vrijwel niet voor)
Slide 14 - Slide
Hoe beïnvloedt de overheid de markt?
Nadeel vrije markt:
evenwichtsprijs is voor sommige mensen te hoog
Slide 15 - Slide
aan de slag 3.3
Maken:
opg. 1 t/m 10
(blz. 82 t/m 85)
in stilte
Slide 16 - Slide
Wat heb je geleerd?
Wat heb je geleerd?
quiz
Slide 17 - Slide
Waarom heeft de vraaglijn een dalend verloop?
A
Hoe hoger de prijs,
hoe meer vraag
B
Hoe hoger de prijs,
hoe minder vraag
C
Omdat de aanbodlijn stijgt
D
Omdat er altijd sprake is van evenwicht
Slide 18 - Quiz
Wat bepaalt de evenwichtsprijs?
A
Dat is afhankelijk van
de inflatie
B
Dat wordt door de overheid bepaald
C
Dat wordt door vraag
en aanbod bepaald
D
Dat is afhankelijk van
de transparantie
Slide 19 - Quiz
Juist of onjuist? Een maximumprijs is hoger dan de evenwichtsprijs!
A
Juist
B
Onjuist
Slide 20 - Quiz
Hiernaast zie je een grafiek van ...
A
de vraag
B
het aanbod
Slide 21 - Quiz
Hoe hoger de prijs, hoe ... (Er zijn meerdere antwoorden mogelijk)
A
lager de vraag
B
hoger de vraag
C
lager het aanbod
D
hoger het aanbod
Slide 22 - Quiz
Als het aanbod hoger wordt en de vraag blijft gelijk, dan ...
A
blijft de prijs ook gelijk
B
stijgt de prijs
C
daalt de prijs
Slide 23 - Quiz
- het verschil tussen een concrete en abstracte markt;
- hoe vraag, aanbod en prijs elkaar beïnvloeden
(marktwerking);
- hoe je vraag en aanbod in een grafiek kunt weergeven;