5.2 wat voor ondernemingsvorm

Welkom
Ga rustig zitten

Telefoon in de telefoontas

Spullen voor je neus

Jassen uit / eten en drinken is weg


1 / 22
next
Slide 1: Slide
EconomieMiddelbare schoolvmbo g, tLeerjaar 3

This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Welkom
Ga rustig zitten

Telefoon in de telefoontas

Spullen voor je neus

Jassen uit / eten en drinken is weg


Slide 1 - Slide

Planning vandaag
1. uitleg en maken eerste deel 5.2

2. uitleg en maken tweede deel 5.2

3. Opdrachten bespreken

4. Tijd voor iets leuks?

Slide 2 - Slide

5. 2 productie sectoren
1. Primaire sector: levert voedsel/grondstoffen 
 (landbouw/visserij)
2. Secundaire sector: verwerkt de grondstoffen
(fabrieken/bouw)
3. Tertaire sector: commerciële bedrijven
(Winkels/banken)
4. Quartaire sector: geen winst maken
(onderwijs/politie etc)

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Slide

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Slide

5.2
arbeidsverdeling = je doet waar je goed in bent
je hebt dan automatisch je eigen specialisatie.

Opdracht: Noem een voorbeeld van een uitvoerende baan en een leidinggevende baan.

                                                                       


Slide 8 - Slide

suus is manager in een lunchroom en verdeeld de taken
A
uitvoerende taak
B
Leidinggevende taak

Slide 9 - Quiz

Pietje is goed met cijfers en doet de boekhouding bij de bakker.

A
uitvoerende taak
B
leidinggevende taak

Slide 10 - Quiz

wat is geen arbeidsmotief?
A
dagbesteding
B
zinvol bezig zijn
C
omdat het moet
D
om je te ontwikkelen

Slide 11 - Quiz

Aan de slag!
Maak opdracht 1 t/m 6 op blz. 134 en 135

Gebruik je boek. (geen ipad)

Fluisterend overleggen

klaar? maar 7 t/m 13 + samenvatting 5.1 + 5.2 blz. 146

Slide 12 - Slide

Soorten bedrijven

Slide 13 - Slide

ZZP / eenmanszaak
zelfstandige = ondernemer met eigen bedrijf. (Schilder)
dit is vaak een eenmanszaak -> kan wel personeel hebben

noemen we ook wel een zzp-er
(zelfstandige zonder personeel)

Let op: verantwoordelijk voor schulden met eigen geld.

Slide 14 - Slide

Vof
Vof = vennootschap onder firma.
meerder eigenaren (vennoten / firmanten)
voordelen:
- samen meer geld inbrengen
- taken verdelen
Nadeel:
-  verantwoordelijk voor schulden met eigen geld.

Slide 15 - Slide

NV
NV = Naamloze vennootschap (Phillips / Ahold)

iedereen kan aandelen kopen bij dit bedrijf.

Je krijg dan een stukje van de winst ->. Dividend

Niet aansprakelijk voor schulden


Slide 16 - Slide

BV
BV = Besloten vennootschap

Niet iedereen kan zomaar aandelen kopen.

vaak een kleine groep mensen, soms 1 iemand.

zijn niet aansprakelijk voor de schulden


Slide 17 - Slide

Kies de 2 bedrijven die aansprakelijk zijn voor de schulden met eigen geld.
A
ZZP-er / eenmanszaak
B
VOF
C
NV
D
BV

Slide 18 - Quiz

Een ZZP-er of eenmanszaak kan ook personeel hebben.
A
Juist
B
Onjuist

Slide 19 - Quiz

Deze ondernemingsvorm heeft één of meerdere eigenaren
A
ZZP-er
B
VOF
C
NV
D
BV

Slide 20 - Quiz

Bij dit bedrijf kan niet iedereen aandeelhouder worden
A
ZZP-er
B
VOF
C
NV
D
BV

Slide 21 - Quiz

Aan de slag!
Wat: Maak opdracht 1 t/m 13 op blz. 134 t/m 136
inclusief samenvatting op blz. 146
Hoe: Gebruik je boek. (geen ipad)

Wie: Fluisterend overleggen

klaar? laat zien aan docent

Slide 22 - Slide