Paragraaf 6.4 - Meer of minder productie?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo t, mavo
• Leerjaar 3

Hoofdstuk 6

H6.4 Meer of minder productie?

Opgave 7

Opgave 8a

Vragen over paragraaf 6.3?

Leerdoelen

• Je kunt de productiekosten verdelen in vaste en variabele kosten.
• Je kunt uitleggen wat de productiecapaciteit in een bedrijf bepaalt.
• Je kunt uitleggen hoe de arbeidsproductiviteit kan toenemen.
• Je kunt de arbeidsproductiviteit berekenen.
• Je kunt voorbeelden geven van maatschappelijk verantwoord ondernemen.

Soorten kosten

Er bestaan 2 soorten productiekosten:

• Vaste kosten:
  

  Kosten die gelijk blijven, of je nu meer of minder produceert.

• Variabele kosten:
  

  Kosten die mee veranderen als je meer of minder  produceert.

Vaste kosten

• huisvesting
• rentekosten
• personeelskosten vaste medewerkers
• afschrijving
  

Variabele kosten

• materialen zoals verf, hout, metaal
• energie
• uitzendkracht
  

Voorbeelden van vaste en variabele kosten

Opgave 3 blz. 172

Productiecapaciteit

De maximale productie die een bedrijf aankan, noemen we de productiecapaciteit:

word bepaald door:

• Aantal mensen dat in het bedrijf werkt.
  
• Aantal uren dat werknemers werken.
  
• Hoeveelheid machines

Arbeidsproductiviteit

• De arbeidsproductiviteit is de hoeveelheid producten die een werknemer kan maken in een bepaalde tijd.
  
• Hoe hoger de arbeidsproductiviteit, hoe lager de productiekosten.

Arbeidsproductiviteit

De arbeidsproductiviteit kan je verhogen door:

• nieuwe technologie
• goede arbeidsverdeling
• scholing
• prestatieloon
• betere arbeidsomstandigheden

Opgave 8 blz. 174

Maatschappelijke opbrengsten

Maatschappelijke opbrengsten = alle voordelen die de samenleving heeft van een hogere productie bij bedrijven

Meer welvaart!
(meer behoeften bevredigen)

Maatschappelijke kosten

Maatschappelijke kosten = alle nadelen die de samenleving heeft van een hogere productie bij bedrijven

Huiswerk

Paragraaf 6.4

Opgave 1 t/m 11

Blz. 172 t/m 175