PP 2j opkomst NSDAP en Hitler

1 / 21
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

This lesson contains 21 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Leg in je eigen woorden uit hoe de economische crisis in 1929 ontstond

Slide 4 - Open question

Waarom was de economische crisis van 1929 zo zwaar voor Duitsland?
A
Duitsland moest al zijn fabrieken sluiten.
B
Duitsland kreeg geen geld meer van de Amerikanen, maar moest wel herstelbetalingen doen aan Frankrijk.
C
Duitsland moest zijn leger weer groot en sterk maken. Daar was nu geen geld meer voor.
D
Duitsland kreeg zo veel geld, dat ze niet meer wisten wat ze ermee moesten.

Slide 5 - Quiz

De Nederlandse premier Colijn deed aan aanpassingspolitiek. Wat is dat?
A
Hij gaf minder geld uit, omdat er minder binnenkwam
B
Hij gaf meer geld uit, omdat er minder binnenkwam
C
Hij paste zijn politiek aan, aan andere landen
D
Hij paste zijn politiek aan, aan de vraag van de bevolking

Slide 6 - Quiz

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Slide 10 - Slide

Slide 11 - Slide

Slide 12 - Slide

Slide 13 - Slide

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Slide

Slide 16 - Slide

Wat betekent NSDAP?
A
Nationaal-Socialistische Duitse Arbeiders Partij
B
Nationaal-Socialistische Democratische Arbeiders Partij
C
Nationaal-Socialistische Duitse Arische Partij
D
Nationaal-Socialistische Duitse Arbeiders Politiek

Slide 17 - Quiz

Leg uit waarom Hitler mede door het Verdrag van Versailles uiteindelijk aan de macht kon komen?

Slide 18 - Open question

Wat is geen kenmerk van een totalitaire staat?
A
Tegenstanders worden opgesloten in strafkampen.
B
Journalisten mogen kritiek uiten op de overheid.
C
Er is een dictator aan de macht.
D
Op school leren kinderen over de staatsideologie.

Slide 19 - Quiz

Wat stond niet in de Neurenbergse rassenwetten?
A
Duitsers mochten geen Joden in dienst hebben
B
Joden mochten niet trouwen met Duitsers
C
Joden mochten niet meer voor de overheid werken
D
Joden konden geen Duits paspoort krijgen

Slide 20 - Quiz

Slide 21 - Slide