Zelfstandige naamwoorden (zn)
Voor een zn kun je altijd een lidwoord zetten.
de Albert Heijn, de aap, de kaas, een vogel, de bloem, de mus, een tulp, het kind, de Henk, het Nederland, de Rijn
Bij eigennamen en aardrijkskundige namen klinkt dit een beetje raar.
Soms is een infinitief (het hele werkwoord) een zelfstandig naamwoord.
Je kunt er dan een lidwoord voor zetten.
(het) Skiën vind ik de leukste sport die er is.