Talent gedichten H1

Lesdoel
Je leert hoe je een gedicht herkent
1 / 11
next
Slide 1: Slide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo bLeerjaar 2

This lesson contains 11 slides, with interactive quiz, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Lesdoel
Je leert hoe je een gedicht herkent

Slide 1 - Slide

0

Slide 2 - Video

Gedicht
  • Doel van de schrijver?
  • Verdeeld in strofen (zoals alinea's)
  • Strofen staan tussen witregels.

  1. Soms rijmen regels aan het eind
  2. Soms herhaalt de dichter een regel of een woord
  3. Soms gaat de dichter op de volgende regel verder met een zin

Slide 3 - Slide

Dichterlijke vrijheid
Een dichter mag:
  • Spelen met taal
  • Nieuwe woorden bedenken
  • Eigen zinsbouw gebruiken
  • Homoniemen gebruiken (zelfde woord, andere betekenis)

Slide 4 - Slide

Poëzie/gedichten
Een gedicht is anders dan een verhaal. Een gedicht gaat over één gebeurtenis, gedachte of gevoel. Je herkent een gedicht aan bepaalde kenmerken:
  • De regels zijn niet helemaal vol geschreven, er is veel wit op de   bladzijde.
  • De regels staan in groepjes bij elkaar dat heet een strofe.
  • De taal wordt vaak op een bijzondere manier gebruikt, niet-alledaags.
  • In een gedicht komt soms rijm voor.
  • Een gedicht heeft ritme, dat hoor je als je het hardop leest.

Slide 5 - Slide

In dit gedicht
is geen woord
te veel

neem je er iets af
dan is het
niet meer heel

Slide 6 - Slide

Rijm op het EIND (eindrijm)
Je hebt iemand nodig
stil en oprecht
Die als het erop aankomt
voor je bidt of voor je vecht
Eindrijm
Eindrijm

Slide 7 - Slide

Rijm in het midden (assonantie)

Klinkers die hetzelfde zijn: 
ZIET - RIEM

Slide 8 - Slide

Rijm aan het begin (alliteratie)
Medeklinkers die hetzelfde zijn 

WILLIE WORTEL

Slide 9 - Slide

Maken
Je gaat zelf een gedicht maken dit is ook het huiswerk



timer
10:00

Slide 10 - Slide

Evaluatie?!

Slide 11 - Mind map