This lesson contains 23 slides, with interactive quizzes and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welcome to English
Slide 1 - Slide
(5 min) Hi all welcome. jullie weten al wie ik ben. miss mohan of mevrouw mohan kunnen jullie mij noemen. Ik ga vandaag jullie engels les geven. Hiervoor ga ik deels van de les het bord gebruiken en uitleg geven en ook gaan jullie zelf aan de slag. Als er vragen zijn zie ik graag een hand en verder gelden dezelfde regels van mnr v. bij mij. Any questions? Oke lets start. welcome to english grammar class. je hebt vandaag alleen je pen nodig geen boek.
Adjectives/Nouns
Slide 2 - Slide
intro A: The lesson of today will be about Degrees of comparison. Wie weet wat de vertaling hiervan is? En wat denken jullie dat dit inhoud.
The cat and dog ran around the small garden. What is the adjective in the sentence?
A
garden
B
small
C
garden
D
dog
Slide 3 - Quiz
This item has no instructions
The round ball bounced. What is the adjective?
A
round
B
ball
C
bounced
D
none of these
Slide 4 - Quiz
This item has no instructions
The worried parents waited in the hospital. NOUN?
A
waited
B
the
C
worried
D
parents
Slide 5 - Quiz
This item has no instructions
Those tomatoes are rotten. NOUN?
A
those
B
rotten
C
tomatoes
D
none of these
Slide 6 - Quiz
This item has no instructions
Degrees of comparison
Slide 7 - Slide
intro A: The lesson of today will be about Degrees of comparison. Wie weet wat de vertaling hiervan is? En wat denken jullie dat dit inhoud.
Degrees of comparison = Trappen van vergelijking
Slide 8 - Slide
Degrees of comparison is inhet nederlads trappen van vergelijking. deze trappen of de Degrees of comparison worden gebruikt om dingen met elkaar te vergelijken. En hierbij zijn er verschillende regels die je moet volgen bij het toepassen van de trappen van vergelijking in het Engels.
Short words:
Korte woorden = één lettergreep
Vergelijkende trap: word+ er
Overtreffende trap: word+ est
Slide 9 - Slide
Bij korte woorden gaat er er/ est achter het woordje. Korte woorden bestaan uit 1 lettergeep. verder zijn er nog een paar spellingregels:
Words ending with an e:
Vergelijkende trap: word + r
Overtreffende trap: word + s
Slide 10 - Slide
1. Eindigt het woord al met e, dan hoef je alleen + r / st achter te zetten.
Words ending with a vowel and a consonant:
Vergelijkende trap: word + double consonant + er
Overtreffende trap: word + double consonant + est
Slide 11 - Slide
2. als een woord eindigt op een klinker + medeklinker, verdubbel je die medeklinker.
Words ending in a vowel and y:
Vergelijkende trap:word + y -> i + er
Overtreffende trap:word + y-> i + est
Slide 12 - Slide
3. Eindigt een woord op een medeklinker en een y dan veranderd de y in een i.
Long words:
Lange woorden = twee of meer lettergrepen
Er komt een woord bij: more or most
Vergelijkende trap: more + word
Overtreffende trap: most + word
Slide 13 - Slide
Bij twee of meer lettergepen aka lange woorden, verander je het woord niet. maar zet je een extra woord erbij: more of most.
Exception to the rule:
Learn this by heart:
Slide 14 - Slide
Er zijn een paar uitzonderingen. Deze woorden volgen geen van de regels en hebben een eigen vorm. en moet je uit je hoofd leren.
Pay attention:
Zin met vergelijkende trap-> than
Zin met overtreffende trap -> the
Slide 15 - Slide
verschillende regels voor verschillende woorden.
Slide 16 - Slide
This item has no instructions
What is the comparative??
A
word + est
B
word + er + than
C
most + word
D
more + word + than
Slide 17 - Quiz
voorbeeld op het boord schrijven met vergelijkende trap.
What is the superlative?
A
word + er than
B
more + word + than
C
word + est
D
most + word
Slide 18 - Quiz
voorbeeld op het boord schrijven met vergelijkende trap.
Comparative for popular?
A
popularer than
B
more popular than
C
most popular
D
popularest
Slide 19 - Quiz
why?
eerst kijk je naar t aantal lettergrepen? 3 dat betekent lang woord, dan geldt de regel + more of most. in dit geval is het more omdat er wordt gevraagd naar vergelijkend.
Superlative for tiny:
A
most tiny
B
most tiniest
C
the tinyst
D
the tiniest
Slide 20 - Quiz
Why?
het is een kort woord. en kijk maar op wat het eindigd. een Y. dat betekent dat de y veranderd naar een i en dan + est want het is een overtreffende trap.
Which one is correct??
A
John is taller then Tim.
B
John is taller than Tim.
C
John is taler than Tim.
D
John is more tall than Tim.
Slide 21 - Quiz
- than altijd met a als je dingen vergelijkt. vertaling is "dan". then met een e wordt vertaling '"toen".
- kort woord dus + er of est
- vergelijking in de zin dus vergelijkende trap + er than
- tal eindigt met een medeklinker en klinker dus klinker verdubbelt.