Goederenrecht les 1: Inleiding

Goederenrecht les 1
Inleiding vermogensrecht

1 / 45
next
Slide 1: Slide
GoederenrechtMBOStudiejaar 1

This lesson contains 45 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Goederenrecht les 1
Inleiding vermogensrecht

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Hoe gaat deze onderwijsperiode eruit zien?
  • Goederenrecht (2x per week, eerste weken)
  • Verbintenissenrecht (2x per week, laatste weken)
  • Arbeidsrecht (1x per week) 

Iedere les duurt 1,5 uur

Goederenrecht en verbintenissenrecht zijn examenvakken!!
Einde van dit schooljaar wordt het examen 'Basiskennis recht' afgenomen!

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Wat moet je meenemen?
  • Basisboek Juridisch
  • Wettenbundel deel I (privaatrecht)
  • Pen en papier
  • Laptop 

Lesson-ups worden niet gedeeld!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Studiewijzer
Week 1, les 1: Inleiding en vermogensrecht (hoofdstuk 10.1 en 10.2)
Week 1, les 2: Goederen (hoofdstuk 10.3)
Week 2, les 3: Goederen - de absolute rechten (hoofdstuk 10.3)
Week 2, les 4: Verkrijging van goederen (hoofdstuk 10.4)
Week 3, les 5: Verkrijging van goederen - overdracht  (hoofdstuk 10.4)
Week 3, les 6: Kort geding (hoofdstuk 7.6)
Week 4, les 7: Een uitspraak in de praktijk 
Week 4, les 8: Herhaling/oefentoets

Slide 4 - Slide

This item has no instructions

Vermogensrecht... waar denk je aan bij vermogen?

Slide 5 - Open question

This item has no instructions

Vermogen
Juridisch begrip vermogen: iemands bezittingen en schulden of eigenlijk 'op geld waardeerbare rechten en plichten.

Bijvoorbeeld: voordat je nieuwe kleding koopt, heb je geld op jouw rekening staan. Na de aankoop heb je minder geld op jouw rekening staan, maar heb je er wel een nieuw kledingstuk bij. 

Slide 6 - Slide

This item has no instructions

Vermogen vervolg
Een vermogen kan een positief of een negatief saldo hebben.

Positief: meer bezittingen dan schulden
Negatief: meer schulden dan bezittingen 

Slide 7 - Slide

This item has no instructions

Vermogensrecht
Het vermogensrecht regelt alles rondom het vermogen. 

Het vermogensrecht bestaat uit:
1. Goederenrecht (= beschrijving van het absolute vermogensrecht)
2. Verbintenissenrecht (= beschrijving van de relatieve rechten; prestaties die personen van elkaar tegoed hebben in de onderlinge relatie (altijd een recht en een plicht)
Met allebei de rechtsgebieden gaan jullie deze OP dus aan de slag!

Slide 8 - Slide

This item has no instructions

Kenmerken vermogensrechten
Vermogensrechten zijn de rechten waaruit iemands vermogen is opgebouwd. 

Twee kenmerken:
1. op geld waardeerbaar (waarde in geld uit te drukken)
2. je kunt ze overdragen aan een ander

Slide 9 - Slide

This item has no instructions

Soorten vermogensrechten
De kenmerken hebben we net gezien. 
Nu gaan we kijken naar welke twee soorten vermogensrechten er zijn:

1. Absolute rechten 
2. Relatieve rechten 

Om te weten of je met absolute of relatieve rechten te maken hebt, moet je jezelf de vraag stellen ten opzichte van wie je deze rechten kunt handhaven.

Slide 10 - Slide

This item has no instructions

1. Absolute rechten
Rechten die iemand heeft over een goed en die door iedereen gerespecteerd moeten worden. 

Het eigendomsrecht is dus een absoluut recht. 
Voorbeeld: Henk is eigenaar van een auto. Hij mag de auto gebruiken zoals hij dat wil. Hij mag de auto bijv. verkopen of uitlenen. M.a.w. hij heeft de zeggenschap over zijn auto en iedereen moet dat respecteren. Anderen mogen de auto niet zo maar lenen etc. 

Slide 11 - Slide

Zie ook art. 5:1 lid 1 BW: het meest omvattende recht
2. Relatieve rechten
Rechten die de ene persoon alleen ten opzichte van die andere persoon heeft. 
Relatieve rechten worden ook wel verbintenissen genoemd.

Voorbeeld: Kai heeft zijn opleiding afgerond en zijn studieboeken voor 200 euro aan Merel verkocht. Maar Merel komt haar betalingsverplichting niet na. Kai kan alleen Merel aanspreken om te betalen. Kai heeft namelijk alleen het recht om van Merel geld te ontvangen en niet van iemand anders. 

Slide 12 - Slide

This item has no instructions

Waar te vinden in de wet?
Waar is het vermogensrecht te vinden in de wet?

Goederenrecht: Boek 3 en 5 van het BW
Verbintenissenrecht: Boek 6 en 7 van het BW

Slide 13 - Slide

De gelaagde structuur van het BW voor mogelijk een beter begrip in de opbouw:
Boek 3: algemeen vermogensrecht
Boek 4: erfrecht
Boek 5: zakelijke rechten
Boek 6: algemeen verbintenissenrecht
Boek 7: bijzondere overeenkomsten
Het vermogensrecht regelt alles rondom het vermogen.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

Wat zijn de twee kenmerken van vermogensrechten?

Slide 15 - Open question

Op geld waardeerbaar
Over te dragen aan een ander

En welke twee soorten vermogensrechten zijn er?

Slide 16 - Open question

Absolute
relatieve
Een absoluut recht geldt t.o.v. een persoon.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 17 - Quiz

This item has no instructions

Een relatief recht wordt ook wel een verbintenis genoemd.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 18 - Quiz

This item has no instructions

Opdrachten/huiswerk:
Maak de opdrachten 3, 4 en 5 (H10, Basisboek Juridisch)

Niet af? Huiswerk!

Slide 19 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting: wat hebben we geleerd?
  • Wat is het vermogensrecht?
  • Wat zijn de kenmerken van het vermogensrecht?
  • Welke twee soorten van het vermogensrecht kennen we?
  • Wat zijn absolute en relatieve rechten?
  • Waar is dat geregeld in de wet?

Vragen?

Slide 20 - Slide

This item has no instructions

Goederenrecht les 2
Goederen

Slide 21 - Slide

This item has no instructions

Terugblik & huiswerk
- Vermogensrecht
- Kenmerken vermogensrecht
- Soorten vermogensrecht
- Absolute en relatieve rechten

Nog vragen n.a.v. de opdrachten 3, 4 en 5? 

Slide 22 - Slide

Opdrachten eventueel bespreken
Goederen
Goederen zijn bezittingen (ofwel: de positieve delen van iemands vermogen). 

Goederen kunnen worden onderscheiden in:
  • Zaken
  • Vermogensrechten

en/of in: 

  • Registergoederen
  • Niet registergoederen

Slide 23 - Slide

This item has no instructions

Zaken
  • Zijn tastbaar (je kunt ze vastpakken) 
  • Vatbaar voor menselijke beheersing (macht uitoefenen, ergens eigenaar van kunnen zijn)

Geregeld in artikel 3:2 BW.

Voorbeelden van zaken: auto, telefoon, huis, laptop etc. 
Uitzondering: dieren! 


Slide 24 - Slide

Over dieren:
https://www.wolterskluwer.com/nl-be/expert-insights/are-animals-legal-objects
Zaken (vervolg)
Zaken kunnen weer worden onderverdeeld in:
  • onroerende zaken (art. 3:3 lid 1 BW)
  • roerende zaken (art. 3:3 lid 2 BW)

Onroerende zaken: de grond, nog niet gewonnen delfstoffen, de met de grond verenigde beplantingen en gebouwen en werken die duurzaam met de grond zijn verenigd. ('niet beweegbaar')
Roerende zaken: alle zaken die niet onroerend zijn. ('beweegbaar')

Slide 25 - Slide

This item has no instructions

Een iPhone is een...
A
Onroerende zaak
B
Roerende zaak

Slide 26 - Quiz

This item has no instructions

Een auto is een...
A
Onroerende zaak
B
Roerende zaak

Slide 27 - Quiz

This item has no instructions

Een huis is een...
A
Onroerende zaak
B
Roerende zaak

Slide 28 - Quiz

This item has no instructions

Een tuin is een...
A
Onroerende zaak
B
Roerende zaak

Slide 29 - Quiz

This item has no instructions

De appelboom in de tuin is een...
A
Onroerende zaak
B
Roerende zaak

Slide 30 - Quiz

This item has no instructions

De appelboom wordt uitgegraven en in stukken gehakt voor openhaardhout. De appelboom is een...
A
Onroerende zaak
B
Roerende zaak

Slide 31 - Quiz

This item has no instructions

Vermogensrechten
  • Niet tastbaar (je kunt ze niet vastpakken)
  • Op geld waardeerbaar
  • Overdraagbaar

Voorbeelden: spaartegoed op de bank, eigendom, recht op betaling van een geldbedrag. 

Let op:  eigendom van een auto valt onder het vermogensrecht, maar de auto zelf is volgens de wet een zaak. 

Slide 32 - Slide

This item has no instructions

Slide 33 - Slide

This item has no instructions

Het vermogen van Anna bestaat uit: een iPhone, een laptop, spaarsaldo op de bank, een auto, een woning met tuin.

Leg uit: wat zijn zaken en wat zijn vermogensrechten? En als het zaken zijn, zijn het dan roerende of onroerende zaken?

Slide 34 - Open question

This item has no instructions

Registergoederen vs. niet-registergoederen
Goederen (bezittingen) kunnen ook worden onderverdeeld in:
  • Registergoederen
  • Niet-registergoederen

Om te bepalen of een goed een registergoed is of een niet-registergoed, moet je kijken op welke manier je de goederen kunt overdragen aan een andere persoon. 


Slide 35 - Slide

This item has no instructions

Registergoederen
Registergoed als: overdracht of vestiging van eigendom verplicht is via het openbaar register van het Kadaster.  

Artikel 3:10 BW: Registergoederen zijn goederen voor welker overdracht of vestiging inschrijving in daartoe bestemde openbare registers noodzakelijk is.

Het Kadaster houdt in de openbare registers bij welke rechten gelden op registergoederen (bijv. wie is eigenaar, wat was de koopsom en welke rechten zijn van toepassing?). Dat is een wettelijke taak. Iedereen die een recht wil laten gelden op een registergoed, is verplicht de bijbehorende notariële akten in de openbare registers te laten bijschrijven.  

Slide 36 - Slide

This item has no instructions

Voorbeelden registergoederen 
  • Alle onroerende zaken (zoals grond en woningen - ook nieuwbouwwoningen!);
  • Schepen van meer dan 20 ton
  • Vliegtuigen van meer dan 20 ton

Ben je eigenaar van een registergoed en wil je het eigendom overdragen, dan ben je dus verplicht dit via het openbaar register van het Kadaster te doen (art. 3:10 BW). 

Een makelaar en notaris werken beiden in de registergoederenpraktijk. Een makelaar houdt zich bezig met huizen, bedrijfspanden etc. Als de overdracht geregeld moet worden, maakt de notaris een notariële akte op en zorgt ervoor dat die akte bij het Kadaster terecht komt voor de inschrijving, zie art. 3:89 BW.

Slide 37 - Slide

This item has no instructions

Niet-registergoederen
Alle goederen die geen registergoederen zijn, zijn niet-register goederen. 

Voor overdracht van eigendom is dus geen inschrijving in de openbare registers noodzakelijk. 



Slide 38 - Slide

Overdracht door bezitsverschaffing
Voorbeelden niet-registergoederen
  • Laptop
  • Fiets
  • Auto
  • Aanhangwagen 
  • Etc. etc. 

Dit zijn niet-registergoederen, want de eigendom hoeft men niet te registreren. 



Slide 39 - Slide

This item has no instructions

Slide 40 - Slide

This item has no instructions

Voor niet-registergoederen is overdracht via het openbaar register verplicht volgens de wet.
A
Juist
B
Niet juist

Slide 41 - Quiz

This item has no instructions

Noem een voorbeeld van een registergoed en een niet-registergoed:

Slide 42 - Open question

This item has no instructions

Welke instantie houdt het openbaar register bij?

Slide 43 - Open question

This item has no instructions

Opdrachten/huiswerk
Maak opdracht 6 a) en b) (H10, Basisboek Juridisch)

Niet af? Huiswerk! 

Slide 44 - Slide

This item has no instructions

Afsluiting; wat hebben we geleerd?
  • Wat zijn goederen?
  • Goederen zijn zaken of vermogensrechten
  • Wat zijn roerende zaken? En wat zijn onroerende zaken?
  • Verschil tussen registergoederen en niet-registergoederen 

Vragen?


Slide 45 - Slide

This item has no instructions