Voorlichting en Preventie derde les VPZ41B - verschillende soorten preventie

Voorlichting en Preventie derde les VPZ41B
1 / 13
next
Slide 1: Slide
Verpleging en verzorgingMBOStudiejaar 1

This lesson contains 13 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 60 min

Items in this lesson

Voorlichting en Preventie derde les VPZ41B

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

Programma
Fases van preventie
Verschillende soorten preventie
Informeren - Advies - Instructie
Oefenen

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les: 
- kan ik benoemen welke fases van preventie er zijn
- kan ik benoemen welke verschillende preventie er ingezet kan worden 
- heb ik geoefend met het voeren van een gesprek 

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

Fases van preventie
Primaire preventie

Secundaire preventie

Tertiaire preventie


Voorkomen van ziekte
Opsporen en behandelen van ziekte
Beperken van de gevolgen van een ziekte
Microniveau             Mesoniveau                  Macroniveau

Slide 4 - Slide

Micro, individu
Meso, doelgroep
Macro, bevolkingsgroep
Universeel
Selectief
Geindiceerd
Zorggerelateerd
Kraamvrouw advies geven over het voorkomen van borstontsteking
Rookverbod openbare instellingen
Zorgvrager met obesitas voorlichting geven over voorkomen smetplekken.
Griepprik voor ouderen

Slide 5 - Drag question

This item has no instructions

Preventie op doelgroep
Doelgroep:
Universele preventie
Selectieve preventie
Geïndiceerde preventie
Zorggerelateerde preventie
  • Als verpleegkundige stimuleer je een oudere zorgvrager om regelmatig kleine stukjes te lopen.
  • Een zwangere vrouw en haar partner geef je voorlichting over het risico van roken en alcohol drinken tijdens de zwangerschap.
  • Een kraamvrouw geef je advies en instructie over het voorkomen van een borstontsteking.
  • Bij een dementerende zorgvrager ben je extra alert op veiligheidsrisico’s. Je zorgt ervoor dat de familie en mantelzorgers zich hier ook bewust van worden en leren omgaan met iemand die dementerend is.

Een zorgvrager wil zelf zijn wond verzorgen. Je geeft hem dan niet alleen informatie over het materiaal dat hij moet gebruiken en de manier van verbinden. Je vertelt hem ook hoe hij kan voorkomen dat zijn wond geïnfecteerd raakt en hoe hij de wondgenezing kan bevorderen.
Bij een zorgvrager die bedlegerig is, ben je extra alert op het ontstaan van decubitus.
Een zorgvrager met obesitas maak je bewust van het verhoogde risico op smetplekken.
Bij een zorgvrager die blijvend moet katheteriseren, geef je voorlichting over het voorkomen van urineweginfecties en over de mogelijke hulpmiddelen die er zijn.
Wanneer een zorgvrager minder mobiel is, informeer je hem over de mogelijkheden van (openbaar) vervoer en waar hij die informatie kan vinden.

  • De griepprik voor ouderen en chronisch zieken om de kans op griep te verkleinen en daarmee gezondheidsschade te voorkomen of te beperken;
  • De dtp-prik voor alle kinderen om te voorkomen dat ze kinderverlamming krijgen;
  • Het gebruik van de pil om ongewenste zwangerschap te voorkomen;
  • Het regelmatig draaien van zorgvragers die lang in bed moeten liggen om decubitus te voorkomen;
  • De ‘sproetenbus’ aan het strand waar mensen sproeten of moedervlekken kunnen laten beoordelen om eventuele symptomen van huidkanker te signaleren
  • Bevolkingsonderzoek

Slide 6 - Slide

Universele preventie richt zich op de gezonde bevolking (of delen daarvan) en bevordert en beschermt actief de gezondheid van de bevolking;

Selectieve preventie richt zich op bevolkingsgroepen met een verhoogd risico. richt zich op bevolkingsgroepen met een verhoogd risico en voorkomt dat personen met één of meerdere risicofactoren (determinanten) voor een bepaalde aandoening daadwerkelijk ziek worden;

Geïndiceerde preventie richt zich op mensen met beginnende klachten en voorkomt dat beginnende klachten verergeren tot een aandoening;

Zorggerelateerde preventie richt zich op mensen met een ziekte of aandoening en voorkomt dat een bestaande aandoening leidt tot complicaties, beperkingen, een lagere kwaliteit van leven of sterfte.
Je leert een reumatische zorgvrager hoe hij de traplift moet bedienen=
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
C en A

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

Je legt aan een bedlegerige zorgvrager uit dat zijn beenspieren zwakker worden, doordat hij ze te weinig gebruikt =
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
A en C

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

Je vertelt aan een zorgvrager hoelang het duurt voor hij de uitslag van een onderzoek krijgt.
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
C en B

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

Vertellen welke hulpmiddelen er allemaal mogelijk zijn om beter te kunnen lopen
A
Advies
B
Voorlichting
C
Instructie
D
A en B

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

Oefening
Verdeling in subgroepen, 4 pers. 

Neem het ongezonde gedrag van 1 persoon als uitgangspunt (roken, te weinig lichaamsbeweging, gamen, snoepen, te weinig slapen, etc....)
1 persoon maakt gespreksverslag: hoe werd de 'zorgvrager' overtuigd? Hoe reageert hij / zij?

2 personen proberen hem / haar te overtuigen (met alle middelen die je kan bedenken) om te stoppen met dit gedrag
Bespreek na: wat is het effect? Op jou en op de 'zorgvrager'?
timer
15:00

Slide 11 - Slide

This item has no instructions

Slide 12 - Video

This item has no instructions

Lesdoelen
Aan het einde van de les: 
- kan ik benoemen welke fases van preventie er zijn
- kan ik benoemen welke verschillende preventie er ingezet kan worden 
- heb ik geoefend met het voeren van een gesprek 

Slide 13 - Slide

This item has no instructions