SBK 1.2 Je omgeving ontdekken deel 1 en 2

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo b
• Leerjaar 1

§ 1.2 je omgeving ontdekken

Deel 1 

Basisstof blz. 20 t/m 26

Terugblik + controle

• Welke orgaanstelsels ken je nog?
• Waaruit is een cel opgebouwd? 
• Wat is een weefsel?

Wat is een orgaan?

1. Een orgaan is een deel van een organisme met een of meer functies
2. Een orgaan is een deel van het menselijk lichaam met een of meer functies
3. Groep organen met dezelfde functie
4. Alle antwoorden zijn goed

Is dit een orgaan?

1. Ja!
2. Nee!

Wat is een organenstelsel?

1. Verschillende organismen bi j elkaar die samenwerken
2. Een groep organen die samenwerken

Welk
organenstelsel is dit

1. ademhalingsstelsel
2. bloedvatenstelsel
3. bottenstelsel
4. verteringsstelsel

Het bloed stroomt in het organenstelsel.
Wat is de taak van het organenstelsel?

1. transport van stoffen
2. rondpompen van bloed

Welk organenstelsel is dit

1. ademhalingsstelsel
2. bloedvatenstelsel
3. bottenstelsel
4. verteringsstelsel

Blz. 20

Lezen en onderstrepen

Wat is een organisme?

1. Een ander woord voor een orgaan
2. Een levend wezen
3. Een zoogdier
4. Een ecosysteem

• Als je buiten om je heen kijkt zie je overal organismen.

• Je bent aan het waarnemen.

• Waarnemen = het gebruiken van je zintuigen en letterlijk beschrijven wat je ziet.

Wat betekent waarnemen?

1. Alles wat je met je zintuigen doet zoals voelen, proeven, ruiken en zien.
2. Dat is een ander woord voor je neus, oog, oren, mond en huid.

Blz. 21

Lezen en onderstrepen

Hoe kan je een dier waarnemen?

Wat als iets heel klein is?

• Voor kleine onderdelen een loep (vergrootglas) gebruiken.
• Voor hele kleine onderdelen gebruik je een microscoop.

Loep

Sleep het juiste woord naar de plek op de microscoop

voet

Grote schroef

diafragma

tafel

objectief

tubus

Aan de slag! Huiswerk:

• Maak opdracht 1 t/m 7 op blz. 20 - 22
• Leer de begrippen (dikgedrukte woorden) van blz. 20 t/m 22

§1.2  Je omgeving ontdekken (2)

Deze les:

•  Waarnemen en determineren
• Tekenen

•  Groepen dieren indelen

• Opdrachten afmaken

Blz. 23

Lezen en onderstrepen

Een beschrijving moet de kenmerken heel precies aangeven!

Welke beschrijving is NIET goed?

1. Een rode trui
2. Een zwarte broek
3. Een gestreepte vacht
4. Een mooie kleur

Blz. 25

Lezen en onderstrepen

schematische tekening

natuurgetrouwe tekening

Bij een natuurgetrouwe tekening teken je alle details

1. juist
2. onjuist

Kijk naar de afbeelding. Je ziet een tekening van een olifant. Wat voor soort tekening is dit?

1. een schematische tekening
2. een natuurgetrouwe tekening

Bij een natuurgetrouwe tekening

1. zie een een tekening die snel klaar is
2. zie je alleen de belangrijkste kenmerken
3. is alles naar werkelijkheid getekend
4. zie je een eenvoudige tekening

Wat voor tekening
is dit?

1. Natuurgetrouwe tekening
2. Schematische tekening

Rechts zie je een tekening. Is dit een schematische of natuurgetrouwe tekening?

1. Schematisch
2. Natuurgetrouw

Is de volgende bewering juist of onjuist?

In de afbeelding staat een natuurgetrouwe tekening van een eekhoorn.

1. Juist
2. Onjuist

Zoekkaart

Determineren:
-Hoe werkt 

een zoekkaart?

• Het opzoeken van het juiste organisme noem je ook wel determineren.

• Dit doe je met een zoekkaart of determineertabel

Opdracht bodemdieren zoeken

Nodig:

Opdracht 16

Zoekkaart bodemdieren (Werkblad 2)

Aan de slag! Huiswerk:

• Maak opdracht 9 t/m 15 op blz. 23 - 26
• Leer de begrippen van blz. 23-26