Taalkundig ontleden: LW, ZN, BN, WW

Hoe zat het ook alweer?
Een zin kan je in stukken hakken.

Bijvoorbeeld:

Een | zin | kan | je | in | stukken | hakken. 

Dit noemen we taalkundig ontleden.
1 / 8
next
Slide 1: Slide
TaalSpeciaal OnderwijsLeerroute 4

This lesson contains 8 slides, with text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Hoe zat het ook alweer?
Een zin kan je in stukken hakken.

Bijvoorbeeld:

Een | zin | kan | je | in | stukken | hakken. 

Dit noemen we taalkundig ontleden.

Slide 1 - Slide

Lesdoel
Ik kan vijf woordsoorten in een zin aanwijzen.

Slide 2 - Slide

Vijf woordsoorten
Werkwoord
Lidwoord
Zelfstandig naamwoord
Bijvoeglijk naamwoord
Voorzetsel

Slide 3 - Slide

Werkwoord
Het werkwoord geeft aan wat iemand doet.

Bijvoorbeeld: 
Lopen, ademen, denken, voelen, hebben, zijn.

Slide 4 - Slide

Lidwoord
Het lidwoord staat voor een zelfstandig naamwoord.

Er zijn drie lidwoorden
de
het
een

Slide 5 - Slide

Zelfstandig naamwoord
Het zelfstandig naamwoord verwijst naar 
mensen, dieren en dingen.

Voor het zelfstandig naamwoord kan je een lidwoord zetten.

Bijvoorbeeld: 
De fiets.

Slide 6 - Slide

Bijvoeglijk naamwoord
Het bijvoeglijk naamwoord zegt iets 
over het zelfstandig naamwoord.

Bijvoorbeeld:
De rode kater.
De blauwe muur.
Die jongen is grappig.

Slide 7 - Slide

Aan de slag
Log in bij Gynzy Kids en maak de opdrachten.

Ben je klaar?

Je kan lezen of tekenen.

Slide 8 - Slide