4 HAVO par 5.1

1 / 18
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 18 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Slide

Kijk goed naar de formules van de volgende stoffen: welke stoffen zijn zouten?
sleep deze formules naar de afbeelding van zoutwinning
NaCl
HCl
H2S
P2O5
CaO
CO2
Fe2O3
SO3
BaF2
ZnS
SnCl2
K2O

Slide 3 - Drag question

Deze ionen kende je als het goed is nog uit H2

Slide 4 - Slide

Wat betekent (III) in ijzer(III)oxide?
A
er zijn 3 ijzerionen
B
er zijn 3 oxide-ionen
C
de lading van Fe is 3+
D
de lading van oxide is 3-

Slide 5 - Quiz

Wat is de juiste naam van het zout FeO?


A
ijzer(III)oxide
B
ijzer(II)oxide
C
ijzerdioxide
D
di-ijzeroxide

Slide 6 - Quiz

Wat is de juiste naam van Fe2O3?
A
di-ijzer-trioxide
B
ijzeroxide
C
ijzer(II)oxide
D
ijzer(III)oxide

Slide 7 - Quiz

Geef dan de formules van de volgende zouten:
1. aluminiumoxide
2. natriumsulfide
3. zilverchloride

Slide 8 - Open question

Samengestelde ionen
Een samengesteld ion is een groepje atomen met een lading
het totale aantal protonen van het hele groepje is niet gelijk aan het totale aantal elektronen
Op de volgende slide zie je een aantal voorbeelden van samengestelde ionen

Slide 9 - Slide

Een aantal samengestelde ionen

Slide 10 - Slide

wat is de formule van sulfaat?
A
SO32
B
SO3
C
SO42
D
SO4

Slide 11 - Quiz

Wat is de formule van nitraat?
A
NO32
B
NO3
C
NO22
D
NO2

Slide 12 - Quiz

Wat is de formule van aluminiumhydroxide?
A
AlOH
B
AlOH3
C
AlOH2
D
Al(OH)3

Slide 13 - Quiz

Wat is de formule van hydroxide?
A
O2
B
OH
C
O
D
OH2

Slide 14 - Quiz

wanneer moet je in de formule van een zout haakjes gebruiken?
A
altijd
B
altijd bij enkelvoudige ionen
C
altijd bij samengestelde ionen
D
alleen bij samengestelde ionen die meer dan 1x voorkomen

Slide 15 - Quiz

wat is de formule van natriumcarbonaat?
A
NaCO3
B
Na2CO32
C
Na2CO3
D
Na2(CO3)2

Slide 16 - Quiz

wat is de formule van ammoniumsulfaat?
A
(NH4)2SO4
B
(NH4)(SO4)
C
NH4SO4
D
NH4(SO4)2

Slide 17 - Quiz

Geef dan de formules van de volgende zouten:
1. ammoniumoxide
2. lood(IV)fosfaat
3. zilvernitride

Slide 18 - Open question