5.3 Het oor

H5.3
Horen en zien
1 / 20
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

This lesson contains 20 slides, with interactive quizzes, text slides and 3 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

H5.3
Horen en zien

Slide 1 - Slide

Geluid  -> Lucht trillingen




Geluidssterkte = Volume
Uitgedrukt in decibel

Slide 2 - Slide

We doen een oortestje. 
Je krijgt een veranderende pieptoon te horen.
Zodra je het geluid niet meer hoort, onthoud het getal en  steek je  hand op.
Het getal geeft aan de leeftijd van je gehoor, iedereen zijn gehoor gaat achteruit naarmate je ouder wordt. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Oorschelp

Gehoorgang
(met oorsmeer)

Oorlel

Slide 5 - Slide

Bouw van het oor
1 Uitwendig oor:
geleidt  lucht-
trillingen 
2 Middenoor:  
drie kleinste  botjes 
3 Binnenoor:
gehoorzintuigcellen

Slide 6 - Slide


Trommelvlies                                                           Trommelholte


Gehoorbeentjes
geven trillingen
door

Slide 7 - Slide

En dan?
Impulsen gaan via de
gehoorzenuw naar
de hersenen

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Slide

Wat is dit?
Buis van
Eustachius


Verbonden met
neusholte
--> voor luchtdruk

Slide 10 - Slide

slakkenhuis
zenuw
oorschelp
trommelvlies

Slide 11 - Drag question

In volgorde
nr 4 - 6 - 8

A
4 trommelvlies 6 buis van Eustachius 8 gehoorzenuw
B
4 gehoorgang 6 gehoorgang 8 oorschelp
C
4 slakkenhuis 6 aambeeld 8 hamer
D
4 evenwichtsorgaan 6 stijgbeugel 8 trommelgang

Slide 12 - Quiz

Geluid is trillende lucht.
(noteer in schrift)
De weg van deze trillingen:
Oorschelp -> 
Gehoorgang -> 
Trommelvlies -> Gehoorbeentjes -> 
Slakkenhuis

Slide 13 - Slide

geluidssterkte
geluid ontstaat door trilling van de lucht. Hoe sterker de trilling, hoe harder het geluid.
Gehoorbeschadiging kan ontstaan bij geluiden langdurig boven de 80 dB. 
Trilhaartjes raken beschadigd, je wordt langzaam doof.

Slide 14 - Slide

Slide 15 - Video

Algemene regels bij de oorverzorging 

Slide 16 - Slide

problemen bij het horen 

Slide 17 - Slide

wat is doofheid
A
niets kunnen horen
B
verminderend gehoor
C
onvermogen om te kunnen spreken

Slide 18 - Quiz

wat is doofstom?
A
niet kunnen spreken en horen.
B
Niet kunnen spreken
C
slecht horen
D
niets horen

Slide 19 - Quiz

Slide 20 - Video