5.1 Wat voeren we uit?

• Economie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 4

Hoofdstuk 5: Nederland Handelsland

Hoofdstuk 4

Paragraaf 1

Hoofdstuk 5: Nederland Handelsland

Paragraaf 1: Wat voeren we uit?

Leerdoelen

Aan het einde van deze les kun je uitleggen:

• wat export Nederland oplevert​
• waarom Nederland importeert​ 
• welke invloed de wisselkoers op import en export heeft.

LEERDOELEN

Welke producten die jij gebruikt komen uit het buitenland? En weet je ook uit welk land?

Waarom denk je/wat kunnen redenen zijn dat Nederland die producten uit het buitenland exporteert?

Handelsland

Nederland is een echt handelsland. Nederland is afhankelijk van internationale handel. ​

We exporteren (uitvoer): we verkopen goederen en diensten aan buitenlandse bedrijven en personen.​

We importeren (invoer): we kopen goederen en diensten uit het buitenland. ​

​

Import en export

De import van goederen en diensten kost ons geld. 

Die import kunnen we betalen met de opbrengst van onze export, want de export levert ons geld op

Exporteren

Wat is import en export?

Welke woorden horen op de stippellijn?

Export betekent dat Nederland goederen en diensten aan het buitenland ..................

Nederland ..................... hiervoor geld uit het buitenland.

1. verkoopt, ontvangt
2. Koopt, betaald
3. Koopt, ontvangt
4. Verkoopt, betaald

In totaal exporteert Nederland voor 90 miljard. Aan België exporteert Nederland 7,5 miljard.​

Hoeveel product van de totale export gaat naar België?​
Let op gebruik hiervoor een verhoudingstabel

Wederuitvoer

Goederen die we eerst invoeren en daarna doorverkopen aan het buitenland.

De ingevoerde producten zijn dan maar kort in het bezit van een Nederlands bedrijf en worden daarna doorverkocht aan het buitenland.

Bij doorvoer worden goederen in Nederland geproduceerd voor de buitenlandse markt.

1. Juist
2. Onjuist

Doorvoerhandel zorgt voor banen bij Nederlandse transportbedrijven.

1. Juist
2. Onjuist

Doorvoerhandel levert voor Nederland geen inkomsten op.

1. Juist
2. Onjuist

Bij doorvoer worden goederen geïmporteerd en daarna weer geëxporteerd.

1. Juist
2. Onjuist

Noord-Korea heeft een gesloten economie

Of Noord-Koreanaar verhouding veel met het buitenland handelt kun je meten m.b.v. de export- en importquote.

Gesloten economie

Nederland heeft een open economie

Of Nederland naar verhouding veel met het buitenland handelt kun je meten m.b.v. de export- en importquote.

Open economie

import- en exportquote

Het percentage van de totale importwaarde of exportwaarde ten opzichte van het nationaal inkomen.

Het nationaal inkomen van een land is € 785 miljard. De importwaarde is € 456 miljard. Bereken de importquote.

Redenen om te importeren

We importeren bepaalde producten:​

• Ons klimaat is niet geschikt  om bepaalde landbouwproducten te verbouwen

• Als die in het buitenland goedkoper of van betere kwaliteit gemaakt kunnen worden​
  
  
  
• Als bepaalde grondstoffen niet of weinig voorkomen in Nederland

• Nederlandse consumenten willen een ruimere keuze aan producten

Betalingsbalans

De betalingsbalans is een overzicht van alle betalingen aan het buitenland en alle ontvangsten uit het buitenland.

Daarop staat:​

• de totale uitvoerwaarde (ontvangsten) van de geëxporteerde goederen en diensten.
  
  
• de totale invoerwaarde (betalingen) van de geïmporteerde goederen en diensten. 

Betalingsbalans

Positief saldo​

Als onze totale uitvoerwaarde groter is dan de invoerwaarde, heeft Nederland een overschot op de betalingsbalans.​

 ​

Negatief saldo​

Als een land meer importeert dan exporteert, dan is er een tekort op de betalingsbalans. ​

1. Voor hoeveel heeft Nederland uitgevoerd?

2. Voor hoeveel heeft Nederland ingevoerd?

3. Hebben ze een overschot of een tekort? En van hoeveel?

Wisselkoers

Veranderingen in de wisselkoers van de euro ten opzichte van die vreemde valuta hebben invloed op de internationale handel.​

​

Als de wisselkoers van de euro daalt ten opzichte van vreemde valuta, dan is dat gunstig voor onze export van producten, maar ongunstig voor de import van producten.​

​

Als de wisselkoers van de euro daalt,
dan wordt onze internationale concurrentiepositie ...

1. slechter.
2. beter.

Een voordeel van meer export is ...

1. dat de werkgelegenheid daalt.
2. dat de werkgelegenheid stijgt.

Wat is geen vorm van internationale handel?

1. Nederland verkoopt aan China
2. Duitsland koopt van Nederland
3. Brussel koopt van Londen
4. Amsterdam verkoopt aan Eindhoven

Werderuitvoer is 194,5 miljard

Totaal uitvoer goederen is 431,4 miljard

Bereken de wederuitvoer.

1. 45,1%
2. 45,10%
3. 45,2%
4. 45,20%

Als twee of meer landen met elkaar handelen noem je dat:

1. importeren
2. exporteren
3. internationale handel
4. buitenlandse zaken

Als wij iets verkopen naar het buitenland noem je dat:

1. Importeren
2. Exporteren
3. internationale handel
4. verkopen

Als je in Duitsland naar de kapper gaat is dat:

1. Importeren
2. Exporteren

Veel handelen met het buitenland heet:

1. open economie
2. gesloten economie
3. internationale economie
4. nationale economie

De handelsbalans geeft de waarde weer van de:

1. geïmporteerde en geëxporteerde goederen
2. geïmporteerde en geëxporteerde diensten
3. geïmporteerde en geëxporteerde goederen en diensten

Als de waarde van de geïmporteerde goederen groter is dan de waarde van de geëxporteerde goederen heb je:

1. een overschot op de handelsbalans
2. een tekort op de handelsbalans
3. een evenwicht op de handelsbalans

Als de wisselkoers van de euro stijgt, dan ...
(twee antwoorden zijn goed)

1. wordt de euro duurder voor het buitenland.
2. dan wordt de euro goedkoper voor het buitenland.
3. is de euro meer waard in het buitenland.
4. is de euro minder waard in het buitenland.

Een verandering van de wisselkoers heeft gevolgen voor de import en export

1. Waar
2. Niet waar

Nederlanders houden graag vakantie in het buitenland. Als ze met een buitenlandse vliegmaatschappij reizen dan is er sprake van:

1. export van goederen.
2. export van diensten.
3. import van goederen.
4. import van diensten.

Wat zijn kenmerken van een land met een open economie?

1. Weinig invoer (import) en uitvoer (export) in verhouding tot de productie.
2. Veel invoer (import) en veel uitvoer (export) in verhouding tot de productie.

Het voordeel van import voor de Nederlandse consument is ...

1. meer keuze in goederen en diensten.
2. minder keuze in goederen en diensten.

2. Een Amerikaanse toerist vliegt met KLM naar Nederland. Is dit voor Nederland import of export?

1. Export , want wij leveren diensten aan het buitenland
2. Export, want er gaan personen naar het buitenland
3. Import, want het buitenland levert diensten aan ons
4. Import, want er komen personen naar ons land

Aan de slag

Wat: Maken paragraaf 5.1

Wie: Individueel
Hoe: Stilte (mits je een vraag hebt)
Vraag?: Stel hem eerst aan je buurman/buurvrouw

Tijd: 15 minuten

Klaar: Vraag mij voor de volgende opdracht