BS 7 De hypofyse en de schildklier

1 / 24
next
Slide 1: Slide
BiologieMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavoLeerjaar 3

This lesson contains 24 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Weer aan de slag met de terugblik van BS 6!

Slide 2 - Slide

Slide 3 - Slide

Met welke letter wordt de Hypofyse aangegeven?

Slide 4 - Slide

Met welke letter wordt de hypofyse aangegeven?
A
P
B
Q
C
R
D
S

Slide 5 - Quiz

Slide 6 - Slide

Bij een zoekreflex ontstaan impulsen door het aanraken van de mond, via welke zenuwcellen gaan deze impulsen?
A
Alleen via de bewegingszenuwcellen
B
Zowel gevoelszenuwcellen als bewegingszenuwcellen
C
Alleen via de gevoelszenuwcellen

Slide 7 - Quiz

Slide 8 - Slide

Door welke klier of welke klieren wordt Adrenaline gemaakt?
A
De bijnieren
B
De hypofyse
C
De schildklier

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Slide

Welk deel van zijn centrale zenuwstelsel wordt als eerste bereikt?
A
De grote hersenen
B
De kleine hersenen
C
De hersenstam
D
Het ruggenmerg

Slide 11 - Quiz

Slide 12 - Slide

Maak nu weer je keuze; 
1. bekijk het fimpje
2. lees de ppp door
3. lees de uitleg in je boek
4. Ga direct aan de slag met je (digitale) opdrachten

Slide 13 - Slide

Hypofyse
  1. De hypofyse is een hormoonklier in de hersenen.
  2. Het maakt het groeihormoon.
  3. De hypofyse maakt hormonen die  andere hormoonklieren beÏnvloeden  (zoals de geslachtsorganen).

Slide 14 - Slide

Hypofyse: productie van hormonen voor regeling groei, beïnvloeden van andere hormoonklieren 
9.1 

Slide 15 - Slide

Niet alle cellen reageren op alle hormonen

Slide 16 - Slide

Schildklier
  • De schildklier maakt schildklierhormoon: 
  • Schildklierhormoon regelt verbranding in de cellen
  • Te weinig schildklierhormoon: Je bent koud en moe en wordt dikker.
  • Te veel schildklierhormoon: Je hebt het warm, bent bewegelijk, rusteloos, valt af.

Slide 17 - Slide

Welk hormoon produceren de zaadballen?
A
oestrogeen
B
testosteron
C
adrenaline
D
insuline

Slide 18 - Quiz

Nr. 2 (bij de keel)
Hormoonklier

A
hypofyse
B
eierstok
C
bijnier
D
schildklier

Slide 19 - Quiz

Nr. 3
Hormoonklier
Functie
A
hypofyse invloed op de groei
B
schildklier invloed op de stofwisseling
C
bijnier sneller kunnen reageren
D
alvleesklier invloed op hoeveelheid suiker in het bloed

Slide 20 - Quiz

Waar bevindt zich de schildklier?
A
boven op de nieren
B
in de voortplantingsorganen
C
in de hals tegen de luchtpijp aan
D
in de alvleesklier

Slide 21 - Quiz

Waarom kun je de hypofyse het 'regelcentrum' van het hormoonstelsel noemen?

Slide 22 - Open question

welke processen worden door het schildklierhormoon beïnvloed?

Slide 23 - Open question

Hoe gaat het nu?
Met mij goed, gezond maar mis jullie wel!

Slide 24 - Open question