leerlijn geld ( C route) hoofdstuk 2 les 4

hoofdstuk 2 les 4
herhaling en checken

1 / 16
next
Slide 1: Slide
RekenenBasisschoolGroep 3,4

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes and text slides.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

hoofdstuk 2 les 4
herhaling en checken

Slide 1 - Slide

This item has no instructions

doel van de les
Na deze les:
- hebben we herhaald hoe je moet rekenen met munten
- hebben we gecheckt  wat je al weet van het volgende hoofdstuk --> rekenen met biljetten.

Slide 2 - Slide

This item has no instructions

herhaling en checken
rekenen met munten en biljetten

Er komen 11 quiz vragen

Lastig!!! gebruik de gelddoos!!!

Slide 3 - Slide

This item has no instructions

checken
Je hebt 4 briefjes van €5 euro.
Hoeveel euro heb je in totaal?
A
€15
B
€5
C
€20
D
€4

Slide 4 - Quiz

This item has no instructions

checken
Je had €20.
Je hebt €4 uitgegeven.
Hoeveel geld heb je nu nog over?
A
€24
B
€16
C
€14
D
€11

Slide 5 - Quiz

This item has no instructions

herhaling
je hebt: 4 munten van €2
en
1 munt van €1.
Hoeveel geld heb je in totaal?
A
€19
B
€12
C
€11
D
€9

Slide 6 - Quiz

This item has no instructions

herhaling
Hoeveel muntjes van €0,02 zitten er in
A
10
B
5
C
4
D
12

Slide 7 - Quiz

This item has no instructions

herhaling
Je hebt €2,00
Je gaat inwisselen.
Hoeveel munten van €0,50 krijg je?
A
4
B
3
C
6
D
10

Slide 8 - Quiz

This item has no instructions

checken
Koen heeft 2 briefjes van €5.
Hij koopt iets voor €4.
Hoeveel geld heeft hij nog over?
A
€4
B
€5
C
€9
D
€6

Slide 9 - Quiz

This item has no instructions

checken
Je gaat naar de pinautomaat.
Je pint €15 euro.
Je krijgt 1 briefje van €10 en 1 briefje van €5.
Heb je dan genoeg gekregen?
A
Ja
B
Nee

Slide 10 - Quiz

This item has no instructions

checken
Je hebt 1 briefje van €10 en 1 van €20.
We willen weten hoeveel geld je in totaal hebt.
Welke som moeten we dan maken?
A
20 - 10 =
B
20 x 10 =
C
10 + 20 =
D
20 + 10 =

Slide 11 - Quiz

This item has no instructions

checken
Je gaat naar de pinautomaat.
Je pint €30.
Wat krijg je dan?
A
2 briefjes van €5
B
1 briefje van €10 en 1 briefje van €15
C
1 briefje van €10 en 1 briefje van €20
D
3 briefjes van €15

Slide 12 - Quiz

This item has no instructions

checken

Welk briefje bestaat niet?
A
€5
B
€15
C
€10
D
€20

Slide 13 - Quiz

This item has no instructions

checken
Je hebt 5 briefjes van €5.
Hoeveel heb je in totaal?
A
€15
B
€5
C
€25
D
€20

Slide 14 - Quiz

This item has no instructions

terug pakken
Hoe ging het herhalen?

Hoe ging het checken?

Wat was makkelijk?

Slide 15 - Slide

This item has no instructions

herhalen: extra opdrachten
maken opdracht 9A blz. 21 in twee-tallen

maken opdracht 9B blz. 22 in twee-tallen
klaar!!! samen nakijken!!!
gebruik de gelddoos

Slide 16 - Slide

nodig opdracht 9B: kopie van werkblad 4 voor iedere leerling  (prijslijst kantine uit les hoofdstuk 2 les 2).