H4.3_Bijzondere zouten_ 4H

H4.3 Bijzondere zouten
1 / 31
next
Slide 1: Slide
ScheikundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

This lesson contains 31 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 45 min

Items in this lesson

H4.3 Bijzondere zouten

Slide 1 - Slide

Onderwerpen
  • hydraten
  • dubbelzouten 

Slide 2 - Slide

Leerdoelen
  1. Ik kan uitleggen wat een zout, een hydraat en kristalwater met elkaar te maken hebben.
  2. Ik kan de formule en de naam van een hydraat weergeven.
  3. Ik kan reacties met hydraten in een vergelijking weergeven (vormen, oplossen en indampen).
  4. Ik kan berekeningen m.b.t. de hoeveelheid kristalwater in een hydraat uitvoeren (massa% en aantal moleculen) --> niet in SO!




Slide 3 - Slide

hydraten






weerbeeldje: wat voor weer wordt het?

Slide 4 - Slide

wit kopersulfaat
Wit kopersulfaat is een reagens voor water. Wanneer je een paar druppels water toevoegt aan wit kopersulfaat, wordt de kleur blauw. Er is dan blauw kopersulfaat ontstaan.

Slide 5 - Slide

macro
micro
CuSO4 (s)
CuSO4.5H2O (s)

Slide 6 - Slide

hydraten
Sommige zouten kunnen watermoleculen opnemen in hun ionrooster.
  • het zout noem je dan een hydraat
  • de opgenomen watermoleculen noem je kristalwater

Het aantal watermoleculen dat wordt opgenomen vind je terug in de naam:
  • CuSO4 (s) is (wit) kopersulfaat
  • CuSO4.5H2O (s) is (blauw) kopersulfaatpentahydraat
Binas tabel 66C
telwoorden

Slide 7 - Slide

Slide 8 - Video

Ook gips is een hydraat. De systematische naam van gips is calciumsulfaatdihydraat.
Geef de formule van de stof gips.

Slide 9 - Open question


Soda is een hydraat met de formule Na2CO3.10H2O
Wat is de systematische naam van deze stof?

Slide 10 - Open question

gekleurde hydraten
Dit weerbeeldje is bedekt met een laagje
kobaltchloride. Als de lucht erg vochtig is
dan neemt dit zout kristalwater op in
het ionrooster en wordt
kobaltchloridehexahydraat gevormd.
Daardoor verandert ook de kleur van het zout.
De kleuren van zouten en bijbehorende
hydraten vind je in 
Binas tabel 65B
kleuren van chemische stoffen

Slide 11 - Slide

Sleepvraag: Welke formule hoort bij welk weerbeeldje?
Gebruik Binas tabel 65B.
CoCl2 (s)
CoCl2.6H2O (s)

Slide 12 - Drag question

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende reactievergelijking van de reactie
waarbij wit kopersulfaat water opneemt en verandert
in blauw kopersulfaat.

Maak deze reactievergelijking in je schrift.
Iemand krijgt zo de beurt om uit te leggen hoe de reactievergelijking eruit ziet.....
timer
2:00

Slide 13 - Slide

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende reactievergelijking van de reactie
waarbij wit kopersulfaat water opneemt en verandert
in blauw kopersulfaat.

CuSO4 (s) + 5 H2O (l) --> CuSO4.5H2O (s)


Slide 14 - Slide

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende oplosvergelijking voor
het oplossen van blauw kopersulfaat in water.

Maak deze reactievergelijking in je schrift.
Iemand krijgt zo de beurt om uit te leggen hoe de reactievergelijking eruit ziet.....
timer
2:00

Slide 15 - Slide

hydraten en reactievergelijkingen
Geef de kloppende oplosvergelijking voor
het oplossen van blauw kopersulfaat in water.

CuSO4.5H2O (s) --> Cu2+ (aq) + SO42- (aq) + 5 H2O (l)

Slide 16 - Slide

Onderwerpen
  • hydraten
  • dubbelzouten 

Slide 17 - Slide

Leerdoelen
  1. Ik kan uitleggen wat een dubbelzout is.
  2. Ik kan uit de formule van een (dubbel)zout afleiden wat de lading van de ionen is.




Slide 18 - Slide


Weet je het nog ...
Wat is de lading van het loodion in Pb(CO3)2 (s) ?
A
+
B
2+
C
3+
D
4+

Slide 19 - Quiz

Welke lading heeft het loodion?
Uitwerking:
2 CO32- ionen hebben samen een lading van 4-
--> dus de totale negatieve lading is 4-
--> dan moet er ook een totale positieve lading zijn van 4+
--> deze lading van 4+ is verdeeld over 1 loodion
--> de lading van één loodion is 4+        


Pb(CO₃)₂   
Pb4+

Slide 20 - Slide

dubbelzouten




azuriet                        dolomiet                  aluin                          aquamarijn

Slide 21 - Slide

dubbelzout
Een dubbelzout is een zout waarin twee of meer verschillende positieve ionen en/of negatieve ionen in het ionrooster zitten.
azuriet Cu₃(CO₃)₂(OH)₂   

Slide 22 - Slide

azuriet
Azuriet bestaat uit:
3 Cu?+ ionen       2 CO32- ionen      2 OH- ionen

Koperionen kunnen een lading van 1+ en 2+ hebben.
Welke lading hebben de koperionen in azuriet?
azuriet Cu₃(CO₃)₂(OH)₂   

Slide 23 - Slide

Welke lading hebben de koperionen in azuriet?
azuriet Cu₃(CO₃)₂(OH)₂   
A
2+
B
1+

Slide 24 - Quiz

azuriet
Welke lading hebben de koperionen in azuriet?
Uitwerking:
2 CO32- ionen hebben samen een lading van 4-
2 OH- ionen hebben samen een lading van 2-
--> dus de totale negatieve lading is 6-
--> dan moet er ook een totale positieve lading zijn van 6+
--> deze lading van 6+ is verdeeld over 3 koperionen
--> de lading van één koperion is 6+ / 3 is dus  2+           


azuriet Cu₃(CO₃)₂(OH)₂   

Slide 25 - Slide


Wat is de lading van het ijzerion in Mohr's zout (NH4)2Fe(SO4)2 ?
A
+
B
2+
C
3+
D
4+

Slide 26 - Quiz

(NH4)2Fe(SO4)2
Welke lading heeft het ijzerion in Mohr's zout?
Uitwerking:
2 SO42- ionen hebben samen een lading van 4-
--> dus de totale negatieve lading is 4-
--> dan moet er ook een totale positieve lading zijn van 4+
--> deze lading van 4+ is verdeeld over 2 ammoniumionen en 1 ijzerion
--> de lading van twee ammoniumionen is 2+        
--> dan is de lading van het ijzerion dus 2+

Mohr's zout (NH4)2Fe(SO4)2  

Slide 27 - Slide


Kaliumpermanganaat bestaat uit twee verschillende ionen. Het ene ionsoort is K+. Wat is de formule van het andere soort ionen?
A
+
B
2+
C
3+
D
4+

Slide 28 - Quiz


Kaliumpermanganaat (KMnO4)bestaat uit
twee verschillende ionen. Het ene ionsoort is K+.
Wat is de formule van het andere soort ionen?

Slide 29 - Open question

bijzondere negatieve ionen
kalium - permanganaat
bestaat uit:
  • kaliumion K+
  • permanganaation MnO4-

kaliumpermanganaat KMnO4   
LET OP: het MnO4- ion is een samengesteld ion waarin
ook een metaalatoom zit!

Slide 30 - Slide

huiswerk
  • doorlezen / goed bestuderen H4.3 
  • maken + nakijken opgaven 1 t/m 4 + 5b in je schrift
     

Slide 31 - Slide