Paragraaf 3.3 Leven aan de noordgrens deel 1

Paragraaf 3.3 Leven aan de noordgrens
Klas 1K
1 / 19
next
Slide 1: Slide
GeschiedenisMiddelbare schoolvwoLeerjaar 1

This lesson contains 19 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.

time-iconLesson duration is: 55 min

Items in this lesson

Paragraaf 3.3 Leven aan de noordgrens
Klas 1K

Slide 1 - Slide

Planning
  1. Herhaling vorige les
  2. Leerdoelen 
  3. Stukje voorlezen
  4. Uitleg paragraaf 3.3
  5. Aan de slag met de werkwijzer
  6. Controleren leerdoelen

Slide 2 - Slide

Wie was Julius Caesar en waarom was hij belangrijk?

Slide 3 - Open question

Waarom lukte het Julius Caesar om een enorm rijk te kunnen veroveren?
A
Door zelf alle gebieden te veroveren
B
Zijn opvolgers veroverden het grootste deel van zijn rijk
C
Hij beloonde zijn soldaten flink en daardoor steunden zij hem altijd en overal

Slide 4 - Quiz

Leerdoelen
  1. Je kunt ten minste twee voorbeelden noemen van kenmerken van de Grieks-Romeinse cultuur.
  2. Je kunt uitleggen welke steden in Nederland door de Romeinen gesticht zijn .
  3. Je kunt uitleggen hoe deze steden er uit zagen.

Slide 5 - Slide

Slide 6 - Slide

Begrippen
  • Klassiek
  • De manier waarop de Grieken (en later de Romeinen) dingen maakten, werd vanaf de 2e eeuw v.Chr. als een perfect voorbeeld beschouwd. De cultuur van de Grieken en de Romeinen noemen we de klassieke cultuur, om duidelijk te maken dat de Grieken en Romeinen een voorbeeld zijn.

Slide 7 - Slide

Tijdlijn 
Romeinen onder Julius Caesar voor het eerst in (Zuiden van) ons land. 
Cleopatra verslagen. Egypte wordt Romeins.
Bataafse opstand onder Julius Civilis.
50 v.Chr. 
31 v.Chr. 
69

Slide 8 - Slide

Slide 9 - Video

Cleopatra en Caesar
  • Ontmoeten elkaar 48 v.Chr. 
  • Egypte werd geen onderdeel Romeins rijk 
  •  Spraken beide Grieks
  • Namen ideeën van elkaar over 

Slide 10 - Slide

Grieks-Romeinse cultuur 
  • Rome van stadstaat tot wereldrijk 
  • Mensen woonden en werkten samen 
  • Oorlog voeren en praktische zaken 
  • Kennis maken met de Griekse cultuur 
  • Griekse cultuur basis 
  •  Ook wel de klassieke cultuur
  • Veroveren hiermee Noordwest-Europa

Slide 11 - Slide

Vraag
  • Hoe zag het leven in Nederland er ook wel uit na de komst van de Romeinen? 
  1. Het leven bleef voor veel Nederlanders hetzelfde omdat ze niet makkelijk in contact met Rome konden komen
  2. Hetzelfde als in Rome
  3. Het leven veranderde vooral voor de rijke mensen omdat ze in het Romeinse leger moesten

Slide 12 - Slide

Noviomagus

Slide 13 - Slide

Forum Hadriana

Slide 14 - Slide

Romeinen in Nederland
  • Grens Limes
  • Aanleggen van goede wegen 
  • Om gebied te besturen bouwen de Romeinen steden
  • Forum in het midden van de stad
  • Ontstaan stedelijke cultuur 
  • Leven in Nederlands gebied bleef voor velen hetzelfde

Slide 15 - Slide

Vraag
  • Hoe zag het leven in Nederland er ook wel uit na de komst van de Romeinen? 
  1. Het leven bleef voor veel Nederlanders hetzelfde omdat ze niet makkelijk in contact met Rome konden komen
  2. Hetzelfde als in Rome
  3. Het leven veranderde vooral voor de rijke mensen omdat ze in het Romeinse leger moesten

Slide 16 - Slide

Aan het werk
  • Wat? Ga aan de slag met je werkwijzer. We hebben vandaag het eerste deel van paragraaf 3.3 behandeld. 
  • Hoe? In je werkboek, in je schrift met behulp van je werkwijzer.
  • Hulp? De docent en je boek.
  • Tijd? 20 min.
  • Uitkomst? Alvast bezig met de toetsvoorbereiding.
  • Klaar? Ga verder met het volgende gedeelte van de werkwijzer. 

Slide 17 - Slide

Controleren leerdoelen
  • Wat? Op je post it schrijf je een vraag over iets wat ik heb uitgelegd deze les. De vraag moet een toetsvraag kunnen zijn. Dat betekend dat hij niet te makkelijk mag zijn. Deze vraag geef je door aan degene naast je. Jullie beantwoorden elkaars vraag.
  • Hoe? Op een post it. Je werkt door check in duo's
  • Hulp? Dit doe je voor jezelf
  • Tijd? 5/ 10 min
  • Uitkomst? Heb je de leerdoelen/ les begrepen
  • Klaar? Je wacht tot we gaan bespreken

Slide 18 - Slide

Volgende les 
  • Paragraaf 3.3
  • Hou je werkwijzer goed bij

Slide 19 - Slide