engels - vegetables

Engels ; vegetables (groenten)
1 / 27
next
Slide 1: Slide
EngelsVoortgezet speciaal onderwijsLeerroute 1

This lesson contains 27 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 30 min

Items in this lesson

Engels ; vegetables (groenten)

Slide 1 - Slide

Slide 2 - Video

We kijken de video nog een keer om het goed te kunnen onthouden. Hierna krijg je er vragen over. 

Slide 3 - Slide

Slide 4 - Video

Dan nu de vragen: Succes! 

Slide 5 - Slide


A
Aerdapple
B
potato
C
potatoe
D
Aedle

Slide 6 - Quiz


A
onion
B
union
C
anion
D
enion

Slide 7 - Quiz


A
tamoto
B
tomaatie
C
tomato
D
tamootie

Slide 8 - Quiz


Slide 9 - Open question


lettuce
slam
lutecce

Slide 10 - Poll

Cucumber

Slide 11 - Poll

Leek

Slide 12 - Poll


A
urwts
B
peads
C
pies
D
peas

Slide 13 - Quiz


A
Bonu
B
Beens
C
Beans
D
Boons

Slide 14 - Quiz


A
Pepper
B
Paprika
C
sweet pepper
D
stink pepper

Slide 15 - Quiz


A
Pepper
B
Peper
C
Peeper
D
Poper

Slide 16 - Quiz

Wat is wortel in het engels ?

Slide 17 - Open question

Wat is cabbage in het Nederlands

Slide 18 - Open question

Cauliflower

Slide 19 - Poll

beetroot

Slide 20 - Poll

Wat is Broccoli in het Engels ?

Slide 21 - Open question

Wat is spinash in het Nederlands ?

Slide 22 - Open question


A
Mais
B
corn
C
torn
D
Moize

Slide 23 - Quiz


A
Pangkin
B
Poemkin
C
Poempon
D
Pumpkin

Slide 24 - Quiz


A
baby Cucumber
B
pickle
C
Gurcken
D
baby C

Slide 25 - Quiz

Slide 26 - Slide

Slide 27 - Slide