Formuleren H4: verwijswoorden

• Nederlands
• Middelbare school
• mavo, havo
• Leerjaar 1

Welkom mh1a!

Vandaag: 

Formuleren H4: verwijswoorden

Let op: voor het beantwoorden van de volgende vragen heb je steeds 10 seconden!

Wat is juist?

1. deze aanvoerder
2. dit aanvoerder

Wat is juist?

1. deze conclusie
2. dit conclusie

Wat is juist?

1. deze experiment
2. dit experiment

Wat is juist?

1. deze publiek
2. dit publiek

Wat is juist?

1. die fakkel
2. dat fakkel

Wat is juist?

1. die hulpmiddel
2. dat hulpmiddel

Wat is juist?

1. die rijkdom
2. dat rijkdom

Wat viel jullie op aan de woorden?

Wanneer kreeg je deze/die en wanneer dit/dat?

We kijken even naar de uitleg over mannelijke, vrouwelijke en onzijdige woorden.

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig

• De-woorden zijn mannelijk (m) of vrouwelijk (v). 
• Het-woorden zijn onzijdig (o).

• Bij de-woorden gebruik je deze of die: de printer - deze printer - die printer
• Bij het-woorden gebruik je dit of dat: het meisje - dit meisje - dat meisje

Aan de slag

Hierna volgen de woorden van opdracht 1 in quizvorm. 

Je mag de woorden opzoeken in een (online) woordenboek om er achter te komen of het mannelijke, vrouwelijke of onzijdige woorden zijn. 

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
tijdschrift

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
koningin

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
achterstand

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
tuintafel

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
oogarts

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
parket

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
gordijn

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
evenement

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
parasol

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
verloting

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig?
maaimachine

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Mannelijk, vrouwelijk of onzijdig? meisje

1. mannelijk
2. vrouwelijk
3. onzijdig

Aan de slag

Als je dit nog lastig vindt, dan blijf je klassikaal meedoen.

Denk je dat je het snapt? Dan ga je zelfstandig aan de slag met de opdrachten van blz. 108 en 109.

Havo? Maak dan ook opdracht 6!

Aan de slag

Huiswerk 21-4:

H4 grammatica: formuleren, blz. 108 en 109:

opdracht 1 t/m 5

Havo? Ook opdracht 6