Havo 3 Reading test week 4

I have good reading skills in English
agree
disagree
neutral
1 / 50
next
Slide 1: Poll
EngelsMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 50 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

I have good reading skills in English
agree
disagree
neutral

Slide 1 - Poll

For English I have to get a 6 or higher for the test in the exam week in order to pass havo 3.
Yes
No

Slide 2 - Poll



Practice for the test week

Slide 3 - Slide

Examen Engels 
2018 Tijdvak 2

Slide 4 - Slide

Tekst 1
“Let’s Take An Extra Second”
Wat wil Coca-Cola bereiken met deze campagne?

A
aandacht vragen voor milieuvriendelijke verpakking
B
de naamsbekendheid van het product onderzoeken
C
de verkoop in het Midden-Oosten stimuleren
D
zich uitspreken tegen racisme en discriminatie

Slide 5 - Quiz

Tekst 2
Geef van elke bewering aan of deze juist of onjuist is.
Omcirkel achter elk nummer ‘juist’ of ‘onjuist’ in de uitwerkbijlage.
1 First Call neemt je al het werk uit handen.
2 First Call zorgt ervoor dat je maar één formulier hoeft in te vullen.
3 First Call helpt alleen degene die de auto heeft gehuurd.
4 First Call levert vervangend vervoer als dat nodig is.
A
1 juist 2 onjuist 3 onjuist 4 juist
B
1 onjuist 2 onjuist 3 onjuist 4 juist
C
1 juist 2 onjuist 3 juist 4 juist
D
1 juist 2 onjuist 3 onjuist 4 onjuist

Slide 6 - Quiz

Tekst 3
“A star for Lidl” (titel)
Welk gegeven verklaart de keuze voor deze titel?
A
Lidl geeft oudere medewerkers de kans om zich te laten omscholen tot chef-kok.
B
Lidl heeft een prijs gewonnen omdat deze supermarkt al jaren de voordeligste supermarkt is.
C
Lidl heeft een topkok aangetrokken om de kwaliteit van het assortiment te verhogen.
D
Lidl levert producten die gebruikt worden voor exclusieve recepten van dure restaurants.

Slide 7 - Quiz

Tekst 4
4. Kies bij 4 in alinea 2 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
analyse
B
explain
C
predict
D
reverse

Slide 8 - Quiz

Tekst 4
5. What makes young children enthusiastic about joining a running club,
according to this text?
A
a coach who gives them mental support and also makes them laugh
B
a schedule that gradually builds up to being able to run long distances
C
a training scheme that produces good results in a relatively short time
D
a variety of enjoyable workouts in combination with social interaction

Slide 9 - Quiz

Tekst 4
6. “Pushing a child will not work” (titel)
 In welke zin wordt dit nog eens genoemd?
Citeer ( = schrijf over uit de tekst) de eerste twee woorden van deze zin.

Slide 10 - Open question

Tekst 4
7. Voor wie is deze tekst bedoeld?

A
jongeren die willen sporten
B
ouders met jonge kinderen
C
sport- en bewegingswetenschappers
D
ouders met pubers

Slide 11 - Quiz

Tekst 5
8.Which of the following becomes clear from paragraph 2?
A
Dutch traffic regulations can be hard to grasp for tourists.
B
The British government has recently restructured its roads.
C
UK roads are disorderly and designed for motorised vehicles.
D
Using bike lanes for running creates unsafe traffic conditions.

Slide 12 - Quiz

Tekst 5
9. How is paragraph 4 linked to paragraphs 2 and 3?
A
It contradicts them.
B
It illustrates them.
C
It puts them in perspective.
D
It summarises them.

Slide 13 - Quiz

Tekst 5
10. “the former is found liable by default, unless its driver can prove otherwise.” (paragraph 5)
A
Dutch cyclists
B
a collision
C
a faster, larger vehicle
D
a slower, more vulnerable one

Slide 14 - Quiz

Tekst 5
11. In alinea 3 tot en met 5 worden twee verschillende aspecten genoemd
die volgens de schrijfster bijdragen aan het veilige fietsklimaat in
Nederland.
--> Welke twee?
Citeer (= schrijf over uit de tekst) de twee begrippen die deze aspecten
kernachtig weergeven.

Slide 15 - Open question

Tekst 5
12. How can the tone of paragraph 6 be characterised?
A
as disappointed
B
as doubtful
C
as hopeful
D
as mocking

Slide 16 - Quiz

Tekst 6
13. “Privately owning exotic animals is currently permitted with essentially no
restrictions” (alinea 2)

In welk van de volgende citaten uit alinea 1 wordt bevestigd dat het
houden van exotische dieren nu nog wettelijk is toegestaan?
A
“more exotic animals live in American homes than are cared for in American zoos.”
B
“It has drawn criticism from animal welfare advocates and wildlife conservationists alike.”
C
“it’s not only dangerous to bring captive-bred wildlife into the suburbs, but it’s also cruel, which is why it should be forbidden too.”

Slide 17 - Quiz

Tekst 6
14. Welke twee verschillende gevaren met betrekking tot het houden van
exotische dieren worden genoemd in alinea 2?
Geef antwoord in het Nederlands.

Slide 18 - Open question

15. “And while many owners tend to their exotic pets with great care, some
keep their pets in cramped cages and poor conditions.” (paragraph 3)
Which of the following is in line with this quote?
A
“Yet the issue is far from black or white.” (paragraph 1)
B
“You must have a license to own a dog, but you are free to purchase a lion or baboon and keep it as a pet.” (paragraph 2)
C
“Lack of oversight and regulation makes it difficult to pin down just how many exotics are out there.” (paragraph 3)
D
"However, this is still the case.

Slide 19 - Quiz

Tekst 6
16. Kies bij 16 in alinea 4 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
completely wild
B
easily available
C
officially permitted
D
very expensive

Slide 20 - Quiz

Tekst 5
11. In alinea 3 tot en met 5 worden twee verschillende aspecten genoemd
die volgens de schrijfster bijdragen aan het veilige fietsklimaat in
Nederland.
 Welke twee?
Citeer (= schrijf over uit de tekst) de twee begrippen die deze aspecten
kernachtig weergeven.

Slide 21 - Open question

Tekst 5
12. How can the tone of paragraph 6 be characterised?
A
as disappointed
B
as doubtful
C
as hopeful
D
as mocking

Slide 22 - Quiz

Tekst 6
13. “Privately owning exotic animals is currently permitted with essentially no
restrictions” (alinea 2)
In welk van de volgende citaten uit alinea 1 wordt bevestigd dat het
houden van exotische dieren nu nog wettelijk is toegestaan?
A
“more exotic animals live in American homes than are cared for in American zoos.”
B
“It has drawn criticism from animal welfare advocates and wildlife conservationists alike.”
C
“it’s not only dangerous to bring captive-bred wildlife into the suburbs, but it’s also cruel, which is why it should be forbidden too.”
D
"there is more to say about that fact."

Slide 23 - Quiz

Tekst 6
14. Welke twee verschillende gevaren met betrekking tot het houden van
exotische dieren worden genoemd in alinea 2?
Geef antwoord in het Nederlands.

Slide 24 - Open question

Tekst 6
15. “And while many owners tend to their exotic pets with great care, some
keep their pets in cramped cages and poor conditions.” (paragraph 3)
Which of the following is in line with this quote?
A
“Yet the issue is far from black or white.” (paragraph 1)
B
“You must have a license to own a dog, but you are free to purchase a lion or baboon and keep it as a pet.” (paragraph 2)
C
“Lack of oversight and regulation makes it difficult to pin down just how many exotics are out there.” (paragraph 3)

Slide 25 - Quiz

Tekst 6
15. Kies bij 16 in alinea 4 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
completely wild
B
easily available
C
officially permitted
D
very expensive

Slide 26 - Quiz

Tekst 6
17. “multiple overlapping categories.” (alinea 5)
 Geef van elk van de volgende mogelijke categorieën van eigenaren
van exotische dieren aan of deze genoemd wordt in alinea 5.
A
1 niet 2 niet 3 wel 4 wel
B
1 niet 2 wel 3 niet 4 wel
C
1 niet 2 wel 3 wel 4 wel
D
1 niet 2 wel 3 wel 4 niet

Slide 27 - Quiz

Tekst 6
18. Which of the following is not mentioned in paragraphs 6, 7 or 8?
A
People should try to safeguard the continued existence of species in their natural habitat.
B
People wanting to keep an exotic animal in their homes, stimulate practices that put these animals at risk.
C
The breeding programs of zoos are necessary to keep certain animals from becoming extinct.
D
The wish to help maintain the survival of a species is often the reason for people to keep an exotic animal.

Slide 28 - Quiz

Tekst 6
19. “a thriving market” (alinea 7)
 In welke eerdere alinea is al eens genoemd dat er veel geld omgaat in
de handel in exotische dieren?
Noteer het nummer van deze alinea.

Slide 29 - Open question

Tekst 6
20. In de tekst komen de volgende vier organisaties aan bod:
1 Born Free USA (alinea 2 en 8)
2 Global Federation of Animal Sanctuaries (alinea 3)
3 Feline Conservation Federation (alinea 6)
4 World Wildlife Fund (alinea 7)
 Welke twee organisaties hebben een vergelijkbaar standpunt met
betrekking tot dieren in het wild?
Noteer de nummers van die twee organisaties in de uitwerkbijlage.

Slide 30 - Open question

Tekst 7
21. What is said about Bel Powley in paragraph 1?
A
A part in a film made her decide to work on her insecurities.
B
Her role in a well-received film made her famous on the spot.
C
She dislikes having to talk in public about the films she stars in.
D
She is an ambitious person who wants to succeed in Hollywood.

Slide 31 - Quiz

Tekst 7
22. Kies bij 22 in alinea 1 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden
A
second-rate
B
sentimental
C
unknown

Slide 32 - Quiz

Tekst 7
23. “That was a game changer.” (paragraph 2)
What change was brought about?
A
Powley hired a professional to help her get more acting jobs
B
Powley’s theatre training helped her overcome her stage fright.
C
Powley’s parents accepted her wanting to become an actress.
D
Powley started thinking about getting into acting professionally.

Slide 33 - Quiz

Tekst 7
24. What becomes clear about Bel Powley in paragraph 3?
A
She changed the plot of The Diary of a Teenage Girl to fit her ideas about adolescence.
B
She felt she was not accepted by her fellow actors in The Diary of a Teenage Girl.
C
She found it difficult to stay enthusiastic while filming The Diary of a Teenage Girl.
D
She went to great lengths to get the leading role in The Diary of a Teenage Girl.

Slide 34 - Quiz

Tekst 7
25. Kies bij 25 in alinea 3 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
extreme
B
hopeless
C
improbable
D
shocking

Slide 35 - Quiz

Tekst 7
26. What does the list of films in paragraph 4 make clear about Bel Powley?
A
that she is an upcoming actress who is much in demand
B
that she is trying hard to become a famous movie celebrity
C
that she needs to be more critical about the roles she accepts
D
that she tends to avoid performing in front of a live audience

Slide 36 - Quiz

Tekst 8
27. Kies bij 27 in alinea 1 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
fear of defeat
B
feeling of amazement
C
lack of trust
D
sense of achievement

Slide 37 - Quiz

Tekst 8
28. Kies bij 28 in alinea 2 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
exciting
B
frustrating
C
improving

Slide 38 - Quiz

Tekst 8
29. Why is Sophie Christiansen (paragraph 2 and further) mentioned in this
text?
A
to make clear that the RDA can help disabled people succeed in life
B
to prove that the RDA is specialised in training riders to a high level
C
to show how much determination is needed to win a Paralympic gold medal
D
to stress that a physical disability is not the same as a mental handicap

Slide 39 - Quiz

Tekst 8
30. Kies bij 30 in alinea 3 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
sensible
B
unpredictable
C
untrained
D
willing

Slide 40 - Quiz

Tekst 8
31. Kies bij 31 in alinea 5 het juiste antwoord uit de gegeven
mogelijkheden.
A
awkward
B
conventional
C
costly
D
noticeable

Slide 41 - Quiz

Tekst 8
32. “Horse Power: a force for good” (titel)
 In welke alinea wordt voor het eerst verteld welke eigenschap
paarden hebben die voor gehandicapten prettig is?
Noteer het nummer van deze alinea.

Slide 42 - Open question

Tekst 9
33. “Your Shorts are a Health Hazard” (titel)
Het zwembad bood Andy Toms een oplossing aan voor dit probleem.
 Uit welke zin blijkt wat Andy Toms van deze oplossing vond?
Citeer (=schrijf over uit de tekst) de eerste twee woorden van deze zin.

Slide 43 - Open question

Tekst 10
34. What is the main point made in this text?
A
Finishing a simple task is less satisfying than failing a hard one.
B
People benefit from having to take part in an activity.
C
Students often tend to avoid doing any extra work.
D
Voluntary work can help prevent depressions.

Slide 44 - Quiz

Tekst 10
35. “such interventions already exist” (alinea 4)
 In welke zin wordt hiervan een concreet voorbeeld gegeven?
Citeer (= schrijf over uit de tekst) de eerste twee woorden van deze zin.

Slide 45 - Open question

Tekst 11
36. What becomes clear from the introduction of this text?
A
Cats have been protected since the beginning of the last century.
B
Cats were once considered to be annoying pests rather than pets.
C
Moggies came under threat after imported cats arrived in Britain.
D
There is an organisation that checks and lists British pure-breed cats.

Slide 46 - Quiz

Tekst 11
38. Van welke kat worden in deze tekst geen uiterlijke kenmerken
beschreven?

A
the domestic shorthair
B
the Burmese
C
the Siamese
D
the Persian

Slide 47 - Quiz

Tekst 12.
39. “He is facing calls for his licence to be revoked,” (begin derde alinea)
Waarom moet taxichauffeur Richard Evans hier rekening mee houden?
A
Hij gebruikte zijn mobiele telefoon tijdens het rijden.
B
Hij hield zich niet aan vastgestelde tarieven.
C
Hij maakte informatie over zijn klanten openbaar.
D
Hij roddelde over zijn collega’s op het internet.

Slide 48 - Quiz

Tekst 13
40. Welk punt van kritiek wordt in dit artikel genoemd over het programma
‘The Great British Bake Off’?
A
De nadruk op het maken van gezonde producten is veel te ver doorgeslagen.
B
Er worden zoveel vooruitblikken uitgezonden dat er geen verrassingen meer zijn.
C
Het wordt minder aantrekkelijk om naar te kijken als de opdrachten te moeilijk zijn.
D
Het wordt steeds lastiger om kandidaten te vinden die goed kunnen bakken.

Slide 49 - Quiz

Tekst 14
41. Wat is het grootste bezwaar dat Ed heeft tegen ‘boy bands’?
A
Hun concerten worden bezocht door hysterisch schreeuwende fans.
B
Hun managers promoten hun uiterlijk in plaats van hun talenten.
C
Hun nummers worden allemaal door dezelfde muzikant geschreven.
D
Hun repertoire is goed te verkopen maar muzikaal oninteressant.

Slide 50 - Quiz