Quiz Olympische Spelen klas 2

Olympische Spelen: geef een steekwoord
1 / 16
next
Slide 1: Mind map
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Olympische Spelen: geef een steekwoord

Slide 1 - Mind map


Welke moderne staat wordt beschouwd als de geboorteplaats van de Olympische Spelen?
A
Italië
B
Spanje
C
Griekenland
D
Duitsland

Slide 2 - Quiz



Ter ere van wie werden de Spelen gehouden?
A
Mars, Romeinse god van de oorlog
B
Zeus, de oppergod in de Griekse mythologie
C
Pallas Athena, godin van de krijgskunst
D
Nikè, godin van de overwinning

Slide 3 - Quiz

Waarom werden de oude Olympische Spelen de feestdagen van de wereld genoemd?
A
omdat alle oorlogen werden gestopt voor de duur van de spelen - "Sacred Truce"
B
omdat eten en drinken tijden de Olympische spelen gratis was
C
omdat niemand hoefde te werken tijdens de spelen
D
omdat alle gevangenen vrij waren gelaten

Slide 4 - Quiz

Wie kwamen in aanmerking om deel te nemen aan de Olympische Spelen van het oude Griekenland?
A
soldaten uit het leger
B
de oudste zonen uit de rijke families
C
de slaven
D
de burgers op voorwaarde dat ze tien maanden hebben getraind

Slide 5 - Quiz

Wat omvatte de vijfkamp op de Olympische Spelen in het oude Griekenland?
A
rennen, verspringen, discuswerpen, speerwerpen en ringen gooien
B
rennen, verspringen, discuswerpen, worstelen en ringen gooien
C
rennen, verspringen, discuswerpen, speerwerpen en worstelen
D
rennen, verspringen, discuswerpen, speerwerpen en hardlopen

Slide 6 - Quiz

Sinds de oude Griekse Olympische Spelen is de enige sport niet veranderd. Wat voor soort sport is dit?
A
rennen
B
speerwerpen
C
worstelen
D
hardlopen

Slide 7 - Quiz

Hoe wordt de Olympische vlam aangestoken?
A
vanaf de vlam op de berg Olympia
B
vanaf de fakkel van de vorige Olympische Spelen
C
door de zonnestralen met behulp van een vergrootglas
D
door een winnaar van de vorige Olympische Spelen

Slide 8 - Quiz

In welke vorm van het Olympische programma was de Pythagoras kampioen?
A
vuistgevecht
B
hardlopen
C
rennen
D
speerwerpen

Slide 9 - Quiz

Hoeveel woorden staan ​​er in de Olympische slogan?
A
2
B
3
C
4
D
5

Slide 10 - Quiz

Welk balspel heeft het grootste veld nodig?
A
voetbal
B
honkbal
C
polo
D
slagbal

Slide 11 - Quiz

Schaatsen in Noord-Europa werd drieduizend jaar geleden geschaatst. Van welk materiaal waren de eerste doorlopers gemaakt?
A
hout
B
metaal
C
geslepen bot
D
steen

Slide 12 - Quiz



Hoeveel hockeyspelers kunnen er tegelijkertijd op de ijsbaan staan?
A
10
B
12
C
14
D
16

Slide 13 - Quiz


Wat is de afkorting van de International Football Federation?
A
FBO
B
FIFA
C
KNVB
D
BDO

Slide 14 - Quiz



Wat is de meest prestigieuze meerdaagse wielerwedstrijd ter wereld?
A
Tour de France
B
Omnium
C
Vuelta
D
Criterium

Slide 15 - Quiz



Noem de methode van sportzwemmen, een soort vlinder, waarvan het verschilt in de golfbeweging van de benen en het lichaam.
A
vlinderslag
B
rugslag
C
borstcrawl
D
dolfijn

Slide 16 - Quiz