3V : Le passé composé

1 / 16
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 3

This lesson contains 16 slides, with interactive quizzes, text slides and 2 videos.

time-iconLesson duration is: 50 min

Items in this lesson

Slide 1 - Slide

Quelle est la traduction du mot suivant ? Ailleurs
A
ergens
B
elders
C
daar
D
l'est

Slide 2 - Quiz

Ecris des sports nautiques

Slide 3 - Open question

schrijf op: de werkwoorden uit Apprendre 1, 2, 3

Slide 4 - Mind map

Quelle phrase est juste ?
A
je suis descendues
B
elles ont eues
C
on est arrivées
D
j'ai commencée

Slide 5 - Quiz

Correction des devoirs 
Exercices 16 A, B, C

Slide 6 - Slide

Slide 7 - Video

Slide 8 - Video

Il y a combien de participe passé ( voltooid deelwoord) en français pour les verbes réguliers ?
A
1
B
3
C
2
D
4

Slide 9 - Quiz

Quels sont les verbes qui utilisent l'auxiliaire être au passé composé ?

Slide 10 - Mind map

Slide 11 - Slide

Quelle est la structure de la phrase affirmative simple ?
1. La structure la plus commune pour les différentes propositions au mode affirmatif est: 
 sujet verbe complément

2. Si un complément d’objet direct (COD) et un complément d’objet indirect (COI) se trouvent dans la même phrase, le COD est souvent placé avant le COI.

Sandrine a montré le chemin à ses amis

Exercices Libre service 
page 26 exercice 16 D 





Slide 12 - Slide

Leesvaardigheid p.11 - 15 

Slide 13 - Slide

Leesvaardigheid stap bij stap en in stilte
stap 1=>  mise en route 
stap 2=> woordenschat beheersing voor je leestekst, kennismaken met de woordenschat 
stap 3=>  globaal lezen: jij kijkt naar de afbeeldingen, de titel en de subtitels en opmaak = idee waar de tekst overgaat en wat jij kunt verwachten
stap 4 : jij gebruikt verschillende leesstrategieën ( p.206) om de tekst eigen te maken.
stap 5 : onderstreep in de tekst je antwoorden en zet de vraag nummer naast .

Slide 14 - Slide

Huiswerk
- leesopdrachten afmaken van p 11 - 15
- leerwerk: apprendre 1, 2, 3, 4,5, 6 
-maak 5 zinnen in de passé composé met o.a de volgende woorden uit Unité 1: 
zin 1: le permis - tout à l'heure - ? 
zin 2: attendre- la pluie- ? 
zin 3: le lecteur - l'histoire - ? 
zin 4: obligatoire - protéger- ? 
zin 5: laisser - quand même - ? 




Slide 15 - Slide

Hoe heb jij deze les ervaren?
😒🙁😐🙂😃

Slide 16 - Poll