Check H 2

Als jullie de geologische tijdschaal vergelijken met 24 uur op een klok, hoe laat ontstond de mens?
A
23:30
B
23:45
C
23:55
D
In de allerlaatste minuut voor middernacht
1 / 14
next
Slide 1: Quiz
AardrijkskundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 3

This lesson contains 14 slides, with interactive quizzes.

Items in this lesson

Als jullie de geologische tijdschaal vergelijken met 24 uur op een klok, hoe laat ontstond de mens?
A
23:30
B
23:45
C
23:55
D
In de allerlaatste minuut voor middernacht

Slide 1 - Quiz

Welke uitspraak hieronder is onjuist?
A
Wij leven nu in het Kenozoïcium
B
Tijdens het Mesozoïcium ontstonden zoogdieren
C
Het komen en gaan van organismes komt door massa-extincie
D
De dinosauriërs zijn uitgestorven door een meteorietinslag

Slide 2 - Quiz

Toepassen:
Tot welke hoofdgroep van gesteenten behoort the Grand Canyon (beginfoto)
A
Sedimentgesteenten
B
Stollingsgesteenten
C
Metamorfe gesteenten

Slide 3 - Quiz

330 miljoen jaar geleden is steenkool ontstaan
A
Absolute ouderdom
B
Relatieve ouderdom

Slide 4 - Quiz

Wat is een fossiel?
A
Beide (B&C)
B
Een versteend overblijfsel van een skelet
C
De afdruk van een dier of plant
D
Anders, namelijk:

Slide 5 - Quiz

In het filmpje zagen we hele bekende fossielen voorbij komen, vergelijkbaar met de foto hiernaast. Dit is een afbeelding van een:
A
Ammoniet
B
Trilobiet

Slide 6 - Quiz

Ouder
Jonger

Slide 7 - Drag question

Hout, veen en steenkool zijn alle drie voorbeelden van delfstoffen
A
Juist
B
Onjuist

Slide 8 - Quiz

ontstaan in de natuur
gewonnen uit ertsen
ontstaan uit dikke lagen planten- en dierenresten
diverse grondstoffen
metalen
fossiele brandstoffen

Slide 9 - Drag question

In welke periode begon het inkolingsproces van het steenkool in NL?
A
Krijt
B
Perm
C
Carboon
D
Tertiair

Slide 10 - Quiz

Welke delfstof raakt waarschijnlijk het snelst op?
A
Olie
B
Zeldzame aardmetalen
C
Lood
D
Antimoon

Slide 11 - Quiz

Maak de goede
combinaties.
Diverse grondstoffen
Metalen
Fossiele brandstoffen
Aardolie
IJzererts
Marmer

Slide 12 - Drag question

Wat is recyclen?
A
Het verbranden van een product
B
Het hergebruiken van een product
C
Het verwerken tot een nieuw product
D
B en C

Slide 13 - Quiz

Slide 14 - Link