H1 VWO 3: 15 september: E + être avoir aller faire 2022

Chapitre 1
Qui suis-je?
1 / 33
next
Slide 1: Slide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

This lesson contains 33 slides, with interactive quizzes and text slides.

Items in this lesson

Chapitre 1
Qui suis-je?

Slide 1 - Slide

Résumé
Biarritz
Rencontre sur la plage
La famille d'autrefois et d'aujourd'hui
l'adjectif possessif (mon ma mes)
se présenter
verbes
irréguliers: -ir
 réguliers: chercher/finir/vendre

Slide 2 - Slide

Sur la table....
* TES LIVRES: 
Livre de textes 
Livre d'exercices A

* TON CAHIER
* TA TROUSSE
* TON ORDINATEUR

Slide 3 - Slide

Planning d'aujourd'hui
* Parler français                                     : LessonUp
* Grammarie C   bezittelijk voornaamw : oefenen/kort herhalen laatste maal
* avoir être aller faire                              : herhalen
* Opdracht G          partir                        : opdracht 26 c t/m e
* Opdracht E           video                       :  bespreken opdracht 19 t/m 21
* Voc. E                                                   : bingo
so staat gepland voor volgende week donderdag
Les devoirs:      Leren de vervoegingen van avoir être aller faire
                         Herhalen leren voc. A en B en phrases-clés D
                         Maken opdracht G: 26 c t/m e
                          
 






Slide 4 - Slide

Les buts d'aujourd'hui
* Parler français                                     : mezelf voorstellen en de vragen hierover begrijpen
* Grammarie C   bezittelijk voornaamw : Ik kan het bezittelijk voornaamwoord toepassen
* avoir être aller faire                              : Ik kan deze werkwoorden vervoegen
* Opdracht E             video                  : Ik heb de video-opdracht begrepen over dagindeling
* Voc. E                                                   : ik vergroot mijn woordenschat

Les devoirs:      Leren de vervoegingen van avoir être aller faire
                         Herhalen leren voc. A en B en phrases-clés D
                          
 






Slide 5 - Slide

Parler français!

Slide 6 - Slide

Vragen:
Kun je jezelf voorstellen?
Waar woon je?
Wanneer ben je jarig?
Heb je broers en zussen?

Heb je een huisdier?
Antwoorden:
Ik heet ... en ik ben .... jaar
Ik woon in ... in Nederland.
Mijn verjaardag is op.....
Ja, ik heb......
Nee, ik ben enig kind.
Ja, ik heb.........
Nee, ik heb geen huisdier.

Slide 7 - Slide

Questions:
Tu peux te présenter?
Tu habites où?
Ton anniversaire, c'est quand?
Tu as des frères et des soeurs?

Tu as un animal domestique?
Réponses:
Je m'appelle.... et j'ai ... ans.
J'habite à.... aux Pays-Bas.
Mon anniversaire, c'est le...
Oui, j'ai.......
Non, je suis fils/fille unique
Oui, j'ai .............
Non, je n'ai pas d'animal domestique

Slide 8 - Slide

Animal domestique!
un chien
un chat
un lapin
un cochon d'Inde
un poisson (rouge)
un cheval
un oiseau

Slide 9 - Slide

On continue avec l'exercice suivante.
We gaan verder met de volgende opdracht.

Slide 10 - Slide

Prends ton ordinateur!
Cherche LessonUp!

Slide 11 - Slide

Vertaal: Hij zoekt zijn agenda.

Slide 12 - Open question

Vertaal: Mijn zus zoekt haar konijnen.

Slide 13 - Open question

Vertaal: Natalie geeft haar mening. Maar het zijn onze verhalen.

Slide 14 - Open question

Even het geheugen opfrissen...
Oefenen met de onregelmatige werkwoorden: 
avoir être aller faire
Weet ik nog hoe ik ze vervoeg in de présent?

Slide 15 - Slide

Vervoeg het werkwoord: avoir
Gebruik de présent (tegenwoordige tijd)

Slide 16 - Mind map

Vervoeg het werkwoord: être
Gebruik de présent (tegenwoordige tijd)

Slide 17 - Mind map

Vervoeg het werkwoord: aller
Gebruik de présent (tegenwoordige tijd)

Slide 18 - Mind map

Vervoeg het werkwoord: faire
Gebruik de présent (tegenwoordige tijd)

Slide 19 - Mind map

Waar kan ik de vervoegingen allemaal vinden?
Zie blz. 142 etc. van je werkboek.
Dit zijn de geel/witte bladzijden achterin je boek.
Hier staan alle onregelmatige ww die op een rijtje in diverse verschillende tijden.

Slide 20 - Slide

On continue avec l'exercice suivante.
We gaan verder met de volgende opdracht.

Slide 21 - Slide

Prends tes livres!
Livre de textes:
page  13

Livre d'exercices A
page 25 en 26
Exercices 26 c t/m e

Grammaire: partir






Slide 22 - Slide

Waar vind ik de vertaling van deze ww?
Ga naar google en typ in:
vervoegen partir
Op vanaf blz. 142 in je tekstboek

Slide 23 - Slide

Wat is de meest effectieve manier om deze ww te leren?
Lees ze hardop voor met je gedachte in studiestand.
Sluit het boek.
Pak pen en papier en schrijf alle ww met vertaling op.
Gebruik de chronologische volgorde.
Deze manier heet: "het vervoegen van werkwoorden". 
Elke dag herhalen tot je ze foutloos kunt vervoegen.

Slide 24 - Slide

On va corriger.
We gaan de opdrachten nakijken.

Slide 25 - Slide

Prends tes livres!
Livre de textes:
page  12

Livre d'exercices A
page 19 t/m 21
Exercices 19 t/m 22

Vidéo: il y a des questions?






Slide 26 - Slide

On continue avec l'exercice suivante.
We gaan verder met de volgende opdracht.

Slide 27 - Slide

Instruction
Wat     : Maken van "G" op blz. 25 zie werkboek: opdracht 26 c t/m 26 e
              Zie tekstboek blz. 13
Hoe     : Je werkt in je boek. Het mooiste is als je tekstboek dicht blijft en jij eerst uit je hoofds werkt met de gedachte: wat kan/weet ik al wel.

Wie     :  Werk alleen
Tijd     :  10 minuten
Klaar  :  Oefenen met de onregelmatige ww  

Slide 28 - Slide

ZS: zelfstandig werken in stilte
Voordelen:
*Rustige sfeer om in te werken.
*Aanscherpen concentratie
*Betere Focus
*Zelf oplossingsgericht nadenken

Na 10 minuten mag je zeker vragen stellen.

Slide 29 - Slide

Les devoirs
Leren G  vervoegen       Fr-Nl en Nl-Fr
Leren vervoegen            être avoir aller faire
Maken G                         opdracht 26c t/m 26 e

Het valt je vast op dat ik blz. 11 opdracht D de phrases-clés over lijkt te slaan. Wie echter de vocabulaire steeds trouw leert weet..... dit zijn dezelfde zinnetjes

Slide 30 - Slide

In deze Franse les ben ik meer te weten gekomen over.......

Slide 31 - Mind map

Slide 32 - Slide

Les buts
* Lire : Je kunt een tekst begrijpen met wetenswaardigheden over Biarritz en een stukje topo ervaren over Frankrijk.
* Ecouter : je kunt een luisteropdracht begrijpen over surfen
*Lire : Je kunt een tekst begrijpen over familie
*Grammatica: het bezittelijk voornaamwoord toepassen
*Parler & écrire: je kunt jezelf uitgebreid voorstellen zowel mondeling als in een briefje.

Slide 33 - Slide