This lesson contains 22 slides, with interactive quizzes, text slides and 1 video.
Items in this lesson
Slide 1 - Slide
Schrijf drie dingen op waarvoor je dankbaar bent
Slide 2 - Open question
Een handje helpen
Paragraaf 2.1
Slide 3 - Slide
Wat gaan we doen?
Leerdoelen paragraaf 2.1
Slide 4 - Slide
Leerdoelen
Jullie kunnen uitleggen wat helpen is.
Jullie kunnen uitleggen wat het verschil is tussen aardig zijn en behulpzaam.
Jullie kunnen verklaren waarom klusjes in huis ook als helpen wordt gezien.
Jullie kunnen uitleggen wat het verschil is tussen helpen en geld vragen voor hulp.
Slide 5 - Slide
Elkaar helpen
Als je klein bent, ben je afhankelijk van de hulp van anderen. Je ouders leren je om voor jezelf te zorgen. Je leraren op school helpen je om de wereld om je heen te begrijpen. Zelf help je anderen ook vaak een handje. Iedereen helpt elkaar wel eens. Je leeft nu eenmaal samen.
Slide 6 - Slide
Maak een lijstje van minimaal 10 dingen, die jij wel eens voor een ander doet.
Slide 7 - Open question
Betekenis behulpzaam
Mensen die behulpzaam zijn gericht op een ander, aardig, attent, aangenaam in de omgang. Vaak zijn ze voorkomend, vriendelijk, gedienstig en vriendelijk.