BIJVOORBEELD:
gerecht
1. Omdat de man veel te hard heeft gereden, moest hij voor het gerecht komen.
2. Mijn oma heeft een heerlijk Indonesisch gerecht bereid.
gijzelaar
1. De gijzelaar werd bevrijd door de politie.
2. De gijzelaar werd gearresteerd door de politie.
serveren
1. Bij het chique zesgangendiner werd als eerste een amuse geserveerd.
2. Na tien jaar tennisles, kan ik nog steeds niet serveren.
Welke zinnen heb jij gemaakt?