This lesson contains 12 slides, with interactive quiz and text slides.
Lesson duration is: 45 min
Items in this lesson
Welkom!
Wat heb je nodig?
Pen en papier
Heb je dit voor je?
Zet je camera aan, je microfoon uit.
Slide 1 - Slide
Leerdoelen
Aan het einde van deze les...
kun je een elfje herkennen.
weet je wat de regels zijn voor het schrijven van een elfje.
ben je in staat zelf een elfje te schrijven.
Slide 2 - Slide
Waar denk je aan bij een elfje?
Slide 3 - Mind map
Stel jeselfie voor
Pak pen en papier erbij
Luister en voer uit
Je schrijft 5 regels
Je hoeft slechts één regel voor te lezen
Slide 4 - Slide
Stel jeselfie voor
Maak een ‘(s)elfje’: stel jezelf voor met een eenvoudig gedicht
• Elf woorden
• Hoeft niet te rijmen
• Losse woorden, je mag ook zinnen maken
Slide 5 - Slide
Stel jeselfie voor
Regel 1: één woord, je roepnaam
Regel 2: twee woorden, wat is er aan jou te zien?
Regel 3: drie woorden, wat horen anderen aan jou?
Regel 4: vier woorden, vertel wat je wilt/doet/denkt/droomt
Regel 5: één woord, gevoel/uitroep
Slide 6 - Slide
Stel jeselfie voor
Lees één regel van je zelfgemaakte gedicht voor.
Slide 7 - Slide
De achtergrond
Het elfje komt uit Amerika
Pas sinds de twintigste eeuw in Nederland
Slide 8 - Slide
De regels
Een elfje of elf is een gedicht van 11 woorden, verdeeld over 5 regels. De eerste regel heeft 1 woord, de tweede regel heeft 2 woorden enz. De vijfde regel heeft weer 1 woord en bevat meestal een samenvatting van het geheel.
Het gedicht van jullie net hebben geschreven, is dus een elfje!
Slide 9 - Slide
Zelfstandig aan de slag
Wat? Poëzieopdrachten vanaf blz. 188.
Hoe? Samen in een breakout room
Tijd? Je hebt hier een kwartier de tijd voor
Hulp? Steek je hand op in Teams, dan kan ik jullie helpen.
Klaar? Maken opdrachten poëzie achterin je boek (blz. 208)
Laat je LessonUp open staan!
timer
15:00
Slide 10 - Slide
Leerdoelen behaald?
Nu kun/weet je...
een elfje herkennen.
wat de regels zijn voor het schrijven van een elfje.
zelf een elfje te schrijven.
Slide 11 - Slide
Lesafsluiting
De volgende les: vrijdag.
Zorg ervoor dat je de opdrachten en vragen van vandaag bewaard. Deze komen in je fictiedossier.
Vrijdag heb je weer bij je: pen en papier.
Kies voor vrijdag een gedicht uit dat je kan gebruiken.