2mavo Unit4

• Engels
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 2

Engels unit 4 

Today: 

• This / That / These / Those
  

In april:

Leestoets vrijdag 8 April

Unit toets 4 (kennis-toets) 22 april

 Must(n't)

 MUST

Gebruik je als iets moet, het kan niet anders of het is een persoonlijke noodzaak.

 MUSTN'T

Gebruik je als iets NIET moet of NIET mag.

Must(n't)

 MUST

You must stay at home.

 MUSTN'T

You mustn't go outside.

3.2 Make notes please!

What do you know about:
Demonstrative pronouns
(aanwijzende vnw)?

om dingen ver weg aan te wijzen gebruik je:

1. this / those
2. this / that
3. this / these
4. that/ those

om één ding dichtbij aan te wijzen gebruik je

1. This
2. That
3. These
4. Those

1. this
2. that
3. these
4. those

1. this
2. that
3. these
4. those

1. this
2. that
3. these
4. those

1. this
2. that
3. these
4. those

I like ____ flowers, not these.

1. This
2. These
3. That
4. Those

What's in .......... bottles over there?

1. this
2. that
3. these
4. those

Dichtbij en meervoud

1. This
2. That
3. These
4. Those

....... people standing there are talking.

1. those
2. these
3. this
4. that