Keuzedeel les 2

• Engels
• MBO
• Studiejaar 3

KEUZEDEEL BLOK 9 LESSON 2

writing

TODAY

- How to translate? 

- Assignment 1: translation

- Differences kunnen/moeten

- Important

- Handing in

TIPS FOR TRANSLATING

HOW TO TRANSLATE:

- Only use a dictionary to translate words

- If you use an online dictionary, use https://www.linguee.nl/

TRANSLATE INTO DUTCH

A large, detached house not only ensures privacy, it is also a status symbol. Unfortunately, such a house is an unrealistic dream for most people. Most people would be happy to live in a terraced house.

(Britain for Learners of English, page 173)

FOR EXAMPLE

Een groot, vrijstaand huis verzekert niet alleen privacy, het is ook een statussymbool. Helaas is zo'n huis een onrealistische droom voor veel mensen/bijna iedereen. De meeste mensen zouden blij zijn om in een rijtjeshuis te wonen.

TRANSLATE INTO ENGLISH

Vanaf meer dan driehonderd NS stations kunt u uw fiets meenemen in de trein. U zet zelf uw fiets in de goede coupé, die is herkenbaar aan een sticker met een fiets boven de deur. De bagage moet u vooraf van de fiets halen.

FOR EXAMPLE

From over 300 NS stations you are able to/can bring your bicycle/bike on the train. You place your bike in the correct compartment yourself, which is recognizable by a sticker with a bicycle/bike above the door. You have to remove any luggage beforehand.

OTHER WRITING ASSIGNMENTS

- https://learnenglish.britishcouncil.org/skills/writing/b1-writing 

ASSIGNMENT 1: TRANSLATION

- Assignment can be found in the Teams Chat (online)

- It has two parts: NED - ENG & ENG - NED

- Done? Hand in via Cumlaude

kunnen, moeten

- Context

- Differences

KUNNEN 

1. "het vermogen hebben/in staat zijn..." 

2. "De mogelijkheid bestaat..."

3. "Mogen"

FOR EXAMPLE:

1. can/could, be able to

2. may/might, can

3. can, may 

1. Ik kan de foto's niet vinden = I cannot/can't/am not able to find the pictures.

2. Het kan vanmiddag gaan regenen = It may/might rain this afternoon.

3. U kunt morgen gebruik maken van het kaartje = You may/can use the ticket tomorrow.

MOETEN

1. "Verplichting..."

2. "Morele verplichting..."

FOR EXAMPLE

1. must, have (got) to

2. should, ought to

1. Je moet om 10 uur thuis zijn = You must/have to be home by ten.

2. Je moet eens naar de dokter als je je nog steeds ziek voelt = You ought to/should go and see a doctor if you still feel ill.

IMPORTANT

- Use the correct articles (the, a/an)

- Word order (wie – doet – wat – waar – wanneer)

- Use the correct tenses (past simple, present simple, etc.)
 - Only use a dictionary to translate words

- If you use an online dictionary, use https://www.linguee.nl/

- Don’t literally translate the sentences

- Use the same tone when translating (e.g. (in)formal)

HANDING IN

- Cumlaude

- Deadline for assignment 1 = 10 October 2023
Blok 9 =>  keuzedeel HBO => Engels => ENG-02 Translate texts