H11 Eigen onderneming?

• Bedrijfseconomie
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 4

H11 Eigen onderneming?

Leerdoelen vandaag 

• Je kunt het verschil uitleggen tussen causation en effectuation
  
• Je kunt de 5 principes van effectuation benoemen en herkennen
• Je kunt een SWOT-analyse opstellen 
• Je kunt de 4 P's van de marketingmix benoemen en herkennen
• Je kunt marktsegmentatie uitleggen 

0

Causation

Oorzaak > gevolg 

Traditioneel ondernemen: specifiek doel en vooraf bekende middelen om doel te bereiken

Effectuation

Vanuit de middelen ontstaat het doel 

Houdt sterk rekening met onzekerheden, speelt in op maatschappelijke veranderingen 

Effectuation: 5 principes

Pilot in the plane principe;  cocreëer de toekomst met middelen die je beheerst en met zelfverkozen partners.

 

4. Het ‘Lemonade’ principe: gebruik maken van toevallige gebeurtenissen en onvoorziene omstandigheden

3. Het ‘Crazy quilt’ principe;  werk samen met anderen die in jouw zakelijk idee geloven.

2. Het ‘Affordable loss’ principe; hoeveel van de beschikbare middelen ben ik bereid in te zetten omdat ik me dat kan en wil veroorloven? 

1. Het ‘Bird in the hand’ principe: start met wie je bent, wat je weet en wie je kent en niet noodzakelijk met een vooropgesteld doel. 

Causation: hoe werkt het?

Je begint met een specifieke doelstelling

- Markt: waar ga je je op richten 

- Segmentatie: welke specifieke doelgroep is je ideale klant? 

- Positioneren ten opzichte van concurrentie 

Vervolgens ga je kijken welke middelen er nodig zijn om je doel te bereiken 

Je gaat uit van een zekere uitkomst en probeert een zo goed mogelijk (ondernemings-) plan te maken

Als het plan af is, voer je het uit (en bereik je de klant) 

Opgave 11.2 B t/m E

B

C

D

E

Pilot in the plane

Lemonade

Crazy quilt

Affordable loss

Bird in the hand

Causation: Ondernemingsplan

• Persoonlijk plan
• Marketingplan
• Financieel plan

• Eigen geld 
• Bank
• Investeerders

• Product ontwikkelen en lanceren
• Papierwerk

Marktsegmentatie

Marktsegmentatie is het opdelen van de markt is specifieke deelsegmenten van potentiële afnemers met een aantal overeenkomstige kenmerken  

Marktsegmentatie

Voorwaarden 

• personen binnen segment reageren zoveel mogelijk gelijk op marketingactiviteiten
• voldoende groot 
• meetbaar 
• bereikbaar 

Onderneming bepaalt welk segment bediend gaat worden: doelmarkt en hoe de onderneming te positioneren.

Opgave 11.1 A

Causation

Effectuation

A

B

C

D

E

Maak opgave 11.1 en 11.2

Gebruik theorie paragraaf 1

Persoonlijk plan

• Persoonsgegevens; opleiding en ervaring 
• Motivatie om onderneming te starten en de doelstellingen
• Sterke eigenschappen 
• Minder sterke eigenschappen 

Marketingplan

Welke producten gaat de onderneming aanbieden, op welk prijsniveau en waar te koop? Hoe gaat de onderneming klanten bereiken. 

• SWOT-analyse > marketingdoelstellingen bepalen > marketingmix bepalen

SWOT-analyse

Intern

Extern 

Marketingdoelstellingen

• Afzet
• Marktaandeel
• Winst
• Imago 

Maken opgave 11.4 t/m 11.7

Eerder klaar? Lees paragraaf 11.4 en maak 11.8

Marketingmix

Marketinginstrumenten: 4 P's 

• Product
• Prijs
• Plaats
• Promotie

Opgave 11.5

Opgave 11.7

Financieel plan

• Investeringsbegroting; wat heb je nodig + aanloopkosten
• Financieringsbegroting; hoe ga je het financieren 
• Resultatenbegroting; wanneer ga je winst maken? 
• Liquiditeitsbegroting; beschik je altijd over voldoende middelen? 
• Privébegroting; kun je hypotheek en boodschappen blijven betalen? 

Opgave 11.8 t/m 11.11

Investeringsbegroting

Wat heb ik nodig om te kunnen starten? 

Activa

Aanloopkosten

Liquide middelen

Post onvoorzien?

Financieringsbegroting

Hoe ga ik de start van mijn bedrijf financieren?

Eigen vermogen: geld + waarde goederen

Vreemd vermogen

leverancierskredieten

leningen en krediet

Openingsbalans

Bij het opstellen van de investerings- en financieringsbegroting volgen we de vaste volgorde van de balans al zodat de openingsbalans makkelijk op te stellen is. 

Praktische zaken

• Huisvesting: bestemmingsplan
• Vergunningen
• Verzekeringen
• Belastingen
• Personeel
• Franchise? 

Maken opgave 11.8 en 11.9

Gebruik voorbeelden op blz. 185 en 186 (VWO)