Coachles SV 8 - Leren met muziek?!

Leren met muziek?!
Na deze les weet jij: 
- Of muziek jou helpt om je te concentreren
- Welke muziek voor jou werkt 
1 / 51
suivant
Slide 1: Diapositive
Leren-lerenMiddelbare schoolvmbo b, k, t, havo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 51 diapositives, avec quiz interactifs, diapositives de texte et 5 vidéos.

Éléments de cette leçon

Leren met muziek?!
Na deze les weet jij: 
- Of muziek jou helpt om je te concentreren
- Welke muziek voor jou werkt 

Slide 1 - Diapositive

Wat weet je nog van 
de vorige les?  

Slide 2 - Diapositive

Vorige les: concentratie 

Slide 3 - Diapositive

Muziek?!
Dé goede manier van leren is er niet. Het verschilt per persoon. De één leert bijvoorbeeld met muziek terwijl de ander dat niet fijn vindt. In deze les ga je op zoek naar jouw eigen manier.

Slide 4 - Diapositive

Hoe vaak gebruik jij muziek
tijdens het studeren (huiswerk maken en leren)?
A
Nooit
B
Af en toe
C
Vaak
D
Altijd

Slide 5 - Quiz

Waarom zou je
muziek luisteren tijdens
het studeren?

Slide 6 - Carte mentale

Welke soort muziek luister jij
tijdens het studeren?

Slide 7 - Carte mentale

Experiment 
Je gaat vier teksten lezen terwijl er bij iedere tekst een ander soort muziek wordt afgespeeld. 
Na iedere tekst testen we hoeveel je hier nog van weet.
Daarna geef je aan hoe je je voelde met de betreffende muziek op de achtergrond.

Slide 8 - Diapositive

Uitleg
Jouw coach start zo de muziek. Daarna verschijnt tekst 1 in beeld. Lees de tekst goed door. 
Is iedereen klaar met lezen? 
Dan verschijnen de vragen. 

Slide 9 - Diapositive

Slide 10 - Vidéo

Tekst 1: Kleren

Wat is mijn man mooi als hij de kleren draagt waarin hij zich fijn voelt. Deze kleren draagt hij vaak op zaterdag of zondag, dan hoeft hij niet te werken. Hij draagt dan het liefste een t-shirt, korte broek, sandalen en als de zon schijnt een zonnebril.

In de winter is dat anders, omdat het dan veel te koud is voor een korte broek. Hij draagt dan een trui, een lange broek en een pet. Ik hoop dat hij mij ook mooi vindt in mijn jurk, die ik graag draag met mijn ketting. Of vindt hij mijn rokje mooier, met mijn zwarte bril?

Soms draagt hij een pak met een stropdas en horloge als hij gaat werken, dan ziet hij er ook mooi uit. En als we naar het bos gaan in de winter en het koud is om naar buiten te gaan dragen we een jas, handschoenen, das en laarzen. En omdat het vaak regent in Nederland, is het slim om een paraplu mee te nemen. 



Slide 11 - Diapositive

Wat weet je nog van de tekst?
A
Ik weet nog veel
B
Ik weet nog aardig wat
C
Ik weet nog een beetje
D
Ik weet niets meer

Slide 12 - Quiz

Wat was de titel van de tekst?
A
Kleren
B
Winter
C
Kledingstukken
D
T-shirt

Slide 13 - Quiz

Wat draagt de vrouw graag?
A
Rokje met zwarte bril
B
Jurk met ketting
C
T-shirt
D
Trui

Slide 14 - Quiz

Wat draagt de man graag op zaterdag en zondag?
A
Een pak en stropdas
B
Een spijkerbroek
C
Een pyjama
D
Kleren waarin hij zich fijn voelt

Slide 15 - Quiz

Ik voelde me bij deze muziek
A
Onrustig
B
Afgeleid
C
Rustig
D
Gefocust

Slide 16 - Quiz

Hoe goed heb jij dingen kunnen onthouden met deze muziek soort?
0100

Slide 17 - Sondage

Uitleg

Wanneer de muziek start, lees je tekst 2. 
Klaar? Wacht dan even totdat de vragen verschijnen. 

Slide 18 - Diapositive

Slide 19 - Vidéo

Tekst 2: Naar school gaan 

Soraya houdt van school. Ze vindt het gezellig in de klas. Ze vindt Engels en Wiskunde leuke schoolvakken. Haar leraar wiskunde heet Piet. Haar lerares Engels heet Mieke. De directeur van de school heet mevrouw De Lange. Ze heeft een eigen kamer. Op de deur hangt een bordje met de titel "Directeur." Mevrouw De Lange is de baas van de school. Ze zit vaak in een stoel achter haar bureau op haar kamer.

In de klas is het stil als de les is begonnen. Een leraar schrijft met krijt op het schoolbord. Soraya heeft een goede vriend en een goede vriendin in haar klas. Haar goede vriend heet Samir en haar vriendin heet Willeke. Willeke is haar beste vriendin. Soraya en Willeke maken vaak samen huiswerk. In de pauze op school zitten ze gezellig bij Samir.

Samir is goed in Engels en Willeke houdt van wetenschap. Ook met een andere klasgenoot kan Soraya het goed vinden. Hij heet David. David kan mooi tekenen. Zijn lievelingsvak is daarom kunst. In zijn rugzak heeft hij altijd papier en potlood zitten. Hij heeft ook een boek over kunstenaars. In de pauze tekent hij de bomen op het schoolplein na. Hij heeft een heel hoog cijfer voor tekenen. Iedereen zegt dat David veel tekentalent heeft, zelfs de rector mevrouw De Lange denkt dat David later een beroemd kunstenaar zal worden. 

Slide 20 - Diapositive

Wat weet je nog van de tekst?
A
Ik weet nog veel
B
Ik weet nog aardig wat
C
Ik weet nog een beetje
D
Ik weet niets meer

Slide 21 - Quiz

Wat was de titel van de tekst?
A
Schoolvakken
B
De middelbare school
C
Naar school gaan
D
Mevrouw de Korte

Slide 22 - Quiz

Hoe heet de directeur van de school?
A
Mevrouw de Korte
B
Mevrouw de Lange
C
Meneer de Lange
D
Mevrouw Jansen

Slide 23 - Quiz

In welk schoolvak is Samir goed?
A
Engels
B
Wetenschappen
C
Tekenen
D
Wiskunde

Slide 24 - Quiz

Hoe heet de leraar wiskunde?
A
Piet
B
Hein
C
Peter
D
Hans

Slide 25 - Quiz

Ik voelde me bij deze muziek
A
Onrustig
B
Afgeleid
C
Rustig
D
Gefocust

Slide 26 - Quiz

Hoe goed heb jij dingen kunnen onthouden met deze muziek soort?
0100

Slide 27 - Sondage

Uitleg

Wanneer de muziek start, lees je tekst 3. 
Klaar? Wacht dan even totdat de vragen verschijnen. 

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Vidéo

Tekst 3: Zo ziet mijn kamer eruit
Mijn naam is Rosalie. Ik ben zestien jaar oud en ik woon in Friesland. Dat is helemaal in het noorden van Nederland. Ik wil jullie graag vertellen hoe mijn kamer er ongeveer uitziet. Ik woon in een heel klein dorp. Er wonen slechts een aantal duizend mensen. De huizen zijn dus best wel groot. Er is veel ruimte. Mijn kamer is dus ook best wel groot. Ik ben best wel meisjesachtig, dus mijn kamer is ook erg meisjesachtig. Mijn muren zijn geverfd in verschillende tinten roze. Verder heb ik paarse vloerbedekking.
Mijn bed neemt veel ruimte in. Maar ook mijn kledingkast is erg groot. Dat komt omdat ik enorm veel van winkelen houd. Ik heb dus enorm veel kleding. Verder heb ik ook een groot bureau, omdat ik veel huiswerk moet maken. Later wil ik dierenarts worden dus ik moet veel lezen. 



Slide 30 - Diapositive

Wat weet je nog van de tekst?
A
Ik weet nog veel
B
Ik weet nog aardig wat
C
Ik weet nog een beetje
D
Ik weet niets meer

Slide 31 - Quiz

Wat was de titel van de tekst?
A
Friesland
B
Mijn kamer
C
Zo ziet mijn kamer eruit
D
Een klein dorp

Slide 32 - Quiz

Hoe heet het meisje waar de tekst over gaat?
A
Rosalie
B
Rosanne
C
Roos
D
Rosalinde

Slide 33 - Quiz

Hoe oud is Rosalie?
A
14
B
15
C
16
D
17

Slide 34 - Quiz

Welke kleur is de vloerbedekking?
A
Roze
B
Paars
C
Blauw
D
Rood

Slide 35 - Quiz

Ik voelde me bij deze muziek
A
Onrustig
B
Afgeleid
C
Rustig
D
Gefocust

Slide 36 - Quiz

Hoe goed heb jij dingen kunnen onthouden met deze muziek soort?
0100

Slide 37 - Sondage

Uitleg

Wanneer de muziek start, lees je tekst 4. 
Klaar? Wacht dan even totdat de vragen verschijnen. 

Slide 38 - Diapositive

Slide 39 - Vidéo

Tekst 4: De weg naar het treinstation
Mevrouw van de Ven is op zoek naar een treinstation. Ze vraagt een meneer of hij de weg naar het station kent. Hij wijst haar de weg. Hun gesprek verloopt zo:
Mevrouw: "Dag meneer, ik wil met de trein. Kunt u mij vertellen waar het treinstation is?"
Meneer: "Natuurlijk mevrouw. Het is niet ver weg. Het is ongeveer 10 minuten lopen. Heeft u een auto of gaat u wandelen?" Mevrouw: "Ik ben te voet."
Meneer: "U loopt deze straat uit. Aan het eind van de straat gaat u rechtsaf. Na ongeveer 10 meter ziet u een zebrapad. Daar kunt u veilig oversteken. Als u aan de overkant bent, loopt u rechtdoor. Wandel tot aan het einde van de straat. Daar is een groot plein. Aan de overkant van het plein kunt u een bus naar het station nemen. Het is maar 1 halte met de bus."
Mevrouw: "Nee, ik loop liever. Mijn trein vertrekt pas over een uur dus ik heb tijd genoeg. Weet u hoe ik vanaf het busstation naar het treinstation kan lopen?"
Meneer: "Dat is gemakkelijk te vinden. Loop langs het busstation en neem de eerste straat linksaf. Na ongeveer 10 meter ziet u een aantal winkels. Loop door tot aan de bloemenwinkel op de hoek. Tegenover die bloemenwinkel is het treinstation."
 







Slide 40 - Diapositive

Wat weet je nog van de tekst?
A
Ik weet nog veel
B
Ik weet nog aardig wat
C
Ik weet nog een beetje
D
Ik weet niets meer

Slide 41 - Quiz

Waar is de mevrouw naar op zoek?
A
Het winkelcentrum
B
De bibliotheek
C
Het busstation
D
Het treinstation

Slide 42 - Quiz

Hoe gaat de vrouw naar het treinstation?
A
Met de auto
B
Met de fiets
C
Met de bus
D
Lopend

Slide 43 - Quiz

Hoe lang is het lopen naar het treinstation?
A
5 minuten
B
10 minuten
C
15 minuten
D
30 minuten

Slide 44 - Quiz

Het treinstation is tegenover de ...
A
Bloemenwinkel
B
Bibliotheek
C
Busstation
D
Supermarkt

Slide 45 - Quiz

Ik voelde me bij de muziek
A
Onrustig
B
Afgeleid
C
Rustig
D
Gefocust

Slide 46 - Quiz

Hoe goed heb jij dingen kunnen onthouden met deze muziek soort?
0100

Slide 47 - Sondage

Met welke muziek kon jij
je het beste concentreren?
A
Klassieke muziek (tekst 1)
B
Top 40 muziek (tekst 2)
C
Hardstyle (tekst 3)
D
Instrumentale muziek (tekst 4)

Slide 48 - Quiz

Wat heb je geleerd over jezelf door dit experiment?

Slide 49 - Question ouverte

Slide 50 - Vidéo

Wat heb je geleerd tijdens deze les? 

Slide 51 - Diapositive