Cette leçon contient 13 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.
Éléments de cette leçon
5.5 Gedrag
To do:
Tekstboek open op blz. 109
Slide 1 - Diapositive
Programma
- Terugblik op vorige les
- Leerdoelen voor bs 5 gedrag
- Uitleg + vragen over gedrag
- aan het werk
- Afsluiten
Slide 2 - Diapositive
Welke onderdelen behoren tot het centrale zenuwstelsel?
Slide 3 - Question ouverte
Geef de onderdelen in de juiste volgorde: 1. Impulsen gaan via zenuwen naar de hersenen. 2. In de zintuigcellen worden prikkels omgezet tot impulsen. 3. De impulsen worden via de zenuwen naar spieren/ klieren geleid. 4. In de hersenen worden de impulsen verwerkt en ontstaan er nieuwe impulsen.
A
2-4-3-1
B
2-3-4-1
C
2-1-4-3
D
2-1-3-4
Slide 4 - Quiz
Leerdoelen
- Je kunt uitleggen wat gedrag is.
- Je kunt uitleggen waardoor gedrag wordt bepaald.
- Je kunt het verschil benoemen tussen observatie en interpretatie
Slide 5 - Diapositive
Gedrag
- Bestaat uit handelingen die met elkaar samenhangen
- Bijv. jagen of koken
- Handeling effect handelingen = gedragsketen
Gedragsketen
Handeling
Slide 6 - Diapositive
Waardoor wordt gedrag bepaald?
Gedrag wordt bepaald door prikkels en motivatie
- Prikkel = invloed uit de omgeving
- Inwendige en uitwendige prikkels
Inwendig
Uitwendig
Honger/ dorst
Bericht op je telefoon
Hormonen voor voortplanting
Je ziet een vriend(in) op straat
Een volle blaas
Een hete pan
Motivatie = bereidheid om te reageren op een prikkel
Slide 7 - Diapositive
Wat is een voorbeeld van een gedragsketen?
A
Jezelf aankleden voor het voetbal
B
Remmen met je fiets
C
Groente snijden voor de groentensoep
D
De lamp aanzetten in een donkere kamer
Slide 8 - Quiz
Geef een voorbeeld van een inwendige prikkel en een uitwendige prikkel.
Slide 9 - Question ouverte
Het pakken van een frietje = respons (reactie op een prikkel)
Slide 10 - Diapositive
Gedrag: aangeboren vs. aangeleerd
Aangeboren gedrag
Gedrag dat een kind of dier uit zichzelf vertoont (instinct)
Bijv. trappelend kievitskuiken en pasgeboren kalf
Slide 11 - Diapositive
Gedrag: aangeboren vs. aangeleerd
Aangeleerd gedrag
Gedrag dat door soortgenoten of mensen is aangeleerd
Bijv. trucjes bij een hond
Slide 12 - Diapositive
Sociaal gedrag
Een prikkel of handeling bij sociaal gedrag noem je een signaal
Handeling van een dier/ mens is een prikkel (dus signaal) voor de handeling van een soortgenoot (respons/ reactie)