4M SE1
1 / 20
La durée de la leçon est: 30 minÉléments de cette leçon
Slide 1 - Diapositive
Opdracht 1: Welke letter geeft het deel aan waaruit een vruchtje groeit?
A
Letter Q
B
Letter R
C
Letter S
Slide 2 - Quiz
Opdracht 2: Noem een ander kenmerk van de bloemen in de afbeelding waaraan is te zien dat ze worden bestoven door de wind.
Slide 3 - Question ouverte
Opdracht 3: Leg uit waarom de plant alleen boven water bloemen heeft.
Slide 4 - Question ouverte
Opdracht 4:Geef bij elk van deze manieren van voortplanting aan of die geslachtelijk of ongeslachtelijk is.
Slide 5 - Question ouverte
Opdracht 5: Hoe ontstaat dit verschil tussen de bladeren van één plant?
A
Door een verschil in erfelijke eigenschappen van de bladeren
B
Door een verschil in milieufactoren
C
Door een verschil in erfelijke- en milieufactoren
Slide 6 - Quiz
Opdracht 6: Hoeveel chromosomen bevinden zich in een cel van een wortel van zo’n plant?
Slide 7 - Question ouverte
Opdracht 7: Wat is de naam van dit gas?
A
Koolstofdioxide
B
Stikstof
C
Waterdamp
D
Zuurstof
Slide 8 - Quiz
Opdracht 8: Wat moet er in zo’n controlebuis worden weggelaten?
A
De lucht
B
De plantenwortel
C
Het kalkwater
Slide 9 - Quiz
Slide 10 - Diapositive
Opdracht 1: Waren de populaties in 2000 groter of kleiner in vergelijking met 1995?
A
Beide populaties waren in 2000 groter
B
Beide populaties waren in 2000 kleiner
C
De populatie druipzakpijp was in 2000 groter, die van heremietkreeft kleiner
D
De populatie druipzakpijp was in 2000 kleiner, die van heremietkreeft groter
Slide 11 - Quiz
Opdracht 2: Noem nog een andere mogelijke oorzaak voor afname van de populatiegrootte.
Slide 12 - Question ouverte
Opdracht 3: Welke koolhydraten komen in cellen van een dier voor?
A
Alleen glucose en glycogeen
B
Alleen glucose en zetmeel
C
Alleen glycogeen en zetmeel
D
Glucose, glycogeen en zetmeel
Slide 13 - Quiz
Opdracht 4: Met welke letter is die pijl aangegeven?
Slide 14 - Question ouverte
Opdracht 5: Welke letter geeft de omzetting aan die door reducenten wordt uitgevoerd? Leg je antwoord uit.
Slide 15 - Question ouverte
Slide 16 - Diapositive
Opdracht 2: Leg uit waardoor de opbrengst niet meer toeneemt, als de planten zo dicht op elkaar staan.
Slide 17 - Question ouverte
Opdracht 3: Maak een werkplan waarmee je kunt onderzoeken welk van deze twee rassen een grotere opbrengst oplevert.
Slide 18 - Question ouverte
Opdracht 4: Noem nog twee andere nadelen van het gebruik van herbiciden.
Slide 19 - Question ouverte
Opdracht 5: Leg uit waarom het onkruid moet worden verwijderd voordat het bloemen vormt.
