Qu'est-ce que LessonUp
Rechercher
Canaux
Connectez-vous
S'inscrire
‹
Revenir à la recherche
07/09/22 3h
Bienvenue dans la classe
Aujourd’hui:
- Est-ce qu’on a appris?
- On va prononcer les mots de 1.3
- Le passé composé
- Faire: 1.3
1 / 16
suivant
Slide 1:
Diapositive
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 3
Cette leçon contient
16 diapositives
, avec
quiz interactifs
et
diapositives de texte
.
Commencer la leçon
Partager
Imprimer la leçon
Éléments de cette leçon
Bienvenue dans la classe
Aujourd’hui:
- Est-ce qu’on a appris?
- On va prononcer les mots de 1.3
- Le passé composé
- Faire: 1.3
Slide 1 - Diapositive
Welke tijden kennen we tot nu toe?
In het Frans kennen we de tegenwoordige tijd: dat is nu. Bijvoorbeeld:
ik zing.
Nu gaan we leren hoe we kunnen zeggen dat iets in het verleden is gebeurd. Bijvoorbeeld:
ik heb gezongen.
Slide 2 - Diapositive
Regelmatig ww op -er
Bijvoorbeeld: chanter (zingen)
- er + uitgangen:
Je chant
e
Tu chant
es
Il/elle/on chan
t
e
Nous chant
ons
Vous chant
ez
Ils/elles chant
ent
Slide 3 - Diapositive
Wat is een voltooide tijd in het Nederland? Geef een voorbeeld.
Slide 4 - Question ouverte
Passé composé
In het Frans heet de voltooide tijd: passé composé.
Hij bestaat altijd uit 2 delen.
In het Nederlands is dat ook zo.
Een vorm van 'hebben' en een voltooid deelwoord wat in het NL altijd begint met be-, ge- of ver-.
Slide 5 - Diapositive
In het Frans gaat het exact hetzelfde. Je neemt een vorm van 'hebben', dus van 'avoir' en daarachter komt het voltooid deelwoord. (hele ww - er + é)
Slide 6 - Diapositive
J'
Tu
Il / Elle
Nous
Vous
Ils / Elles
Ai
A
Ont
Avez
As
Avons
Slide 7 - Question de remorquage
zet in de juiste vorm van de passé composé : Vous (regarder)
Slide 8 - Question ouverte
zet in de passé composé
nous (manger)
Slide 9 - Question ouverte
zet in de passé composé
on (danser)
Slide 10 - Question ouverte
zet in de passé composé
Mes parents (donner)
Slide 11 - Question ouverte
Snappen we de truc?
Oui
Non
Slide 12 - Sondage
Zouden er nog uitzonderingen zijn?
Mais bien sûr! Il y en a 4!
avoir = eu (gehad)
être = été (geweest)
faire = fait (gegaan)
prendre = pris (genomen)
Slide 13 - Diapositive
Jij hebt gehad. Hoe zeg je dat in het Frans?
Slide 14 - Question ouverte
Vous avez encore des questions?
Oui
Non
Slide 15 - Sondage
Les devoirs:
Faire: 1.3. (1 t/m 11)
Apprendre: 1.1, 1.2 et 1.3
Slide 16 - Diapositive
Plus de leçons comme celle-ci
Le Passé Composé
Janvier 2020
- Leçon avec
20 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
Le Passé Composé
Mai 2020
- Leçon avec
19 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
chap 5 gram
Avril 2021
- Leçon avec
19 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Present + passé composé
Octobre 2022
- Leçon avec
19 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
2HV chapitre 1 - bron D - passé composé
Février 2024
- Leçon avec
24 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
LES 1 PASSÉ COMPOSÉ UITLEG
il y a 5 jours
- Leçon avec
25 diapositives
Frans
Middelbare school
havo
Leerjaar 1,2
Le passé composé met etre en avoir
Octobre 2022
- Leçon avec
12 diapositives
Frans
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Passé composé herhaling
il y a 10 jours
- Leçon avec
22 diapositives
Frans
Middelbare school
mavo, havo
Leerjaar 2