Herhaling H5

Hoofdstuk 5 gelijkvormigheid
1 / 36
suivant
Slide 1: Diapositive
gelijkvormigheidMiddelbare schoolvmbo kLeerjaar 3

Cette leçon contient 36 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 15 min

Éléments de cette leçon

Hoofdstuk 5 gelijkvormigheid

Slide 1 - Diapositive

Deze herhaling gaat niet over 5.1
Die moet je zelf even doornemen

Slide 2 - Diapositive

  • Driehoek PQR is een vergroting van driehoek ABC.
  • De driehoeken hebben precies dezelfde vorm. 
  • --> We noemen ze daarom gelijkvormig
  • De hoeken met gelijke cirkels noem je overeenkomstige hoeken

Slide 3 - Diapositive


Welke hoek is de overeenkomstige hoek van hoek F?
A
A
B
B
C
C
D
D

Slide 4 - Quiz

Sleep de zijde naar de overeenkomstige zijde 
AB
BC
AC

Slide 5 - Question de remorquage


De driehoeken zijn gelijkvormig.
Welke zijde hoort bij BC?
A
AC
B
PQ
C
PR
D
QR

Slide 6 - Quiz

Driehoek ABC en driehoek CDE zijn gelijkvormige driehoeken

Slide 7 - Diapositive

Welke twee driehoeken zijn gelijkvormig?
A
driehoek KMNP en driehoek LNP
B
driehoek KLM en driehoek LNP
C
driehoek KMP en driehoek KLP
D
driehoek KNM en driehoek LNP

Slide 8 - Quiz

Welke zijde is overeenkomstig met zijde NP?
A
KM
B
LP
C
LM
D
KL

Slide 9 - Quiz

Slide 10 - Question de remorquage

Welke zijde is overeenkomstig aan de zijde waarvan de maat bekend is in driehoek DEF?
A
AB
B
BC
C
AC
D
DE

Slide 11 - Quiz

De factor berekenen

Slide 12 - Diapositive

  1. Zet de driehoek met de meeste informatie vooraan
  2. Bereken de factor met de overeenkomstige zijden waar informatie over is. 
  3.          8   ------->     12
  4. factor = 12 : 8 = 1,5 


x .....

Slide 13 - Diapositive

Met welke twee zijden kun je de factor berekenen?
A
KL en LM
B
KL en KP
C
KM en KQ
D
KM en QK

Slide 14 - Quiz


Hoe bereken je de factor?
A
8 : 24 = 0,33..
B
36 : 8 = 4,5
C
24 : 8 = 3
D
8 : 36 = 0,22...

Slide 15 - Quiz


  • PQT                                          PRS
                                        
  •  8                                       12
  • Factor = 12 : 8 = 1,5

Slide 16 - Diapositive

  • De factor = 12 : 8 = 1,5
  • PQT                    x 1,5                       PRS
                                        
  •  6                   x 1,5                     9  
x1,5

Slide 17 - Diapositive


Met welke factor moet je rekenen bij deze driehoeken?
A
9 : 10 = 0,9
B
9 : 6 = 1,5
C
12 : 9 = 1,33..
D
9 :12 = 0,75

Slide 18 - Quiz


Hoe groot is zijde DF?
x 0,75
A
DF = 12 x 0,75 = 9
B
DF = 10 x 0,75 = 7,5
C
DF = 6 x 0,75 = 4,5
D
DF = 10 : 0.75 = 13,33..

Slide 19 - Quiz

Welke van de twee driehoeken moet je altijd vooraan zetten?
A
De kleinste driehoek
B
De grootste driehoek
C
De driehoek met de meeste informatie
D
De driehoek met de minste informatie

Slide 20 - Quiz

Zelf aan de slag
Op de volgende slides vind je een aantal opdrachten uit het hoofdstuk die ik (mevrouw van Boxel) heb geselecteerd.
Je leert het beste door de opdrachten echt te maken in je schrift. En ze daarna na te kijken met de antwoorden op de slide erna.

Succes!

Slide 21 - Diapositive

Slide 22 - Diapositive

Slide 23 - Diapositive

Slide 24 - Diapositive

Slide 25 - Diapositive

Slide 26 - Diapositive

Slide 27 - Diapositive

Slide 28 - Diapositive

Slide 29 - Diapositive

Slide 30 - Diapositive

Slide 31 - Diapositive

Slide 32 - Diapositive

Slide 33 - Diapositive

Slide 34 - Diapositive

Slide 35 - Diapositive

Zelf leren
Bestudeer 5.1 nog goed.
Ga zelf opdrachten maken + nakijken.
Bijvoorbeeld test jezelf of extra oefenen.

Slide 36 - Diapositive