3.5 stambomen, 3.6 geslachtelijk en ongeslachtelijke voortplanting

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

3.5 stambomen, 

3.6 geslachtelijk en ongeslachtelijke voortplanting

Leerdoelen

Je kunt uit een gegeven stamboom afleiden welke genotypen de individuen hebben, welk gen dominant is en welk gen recessief

Je kunt beschrijven wat geslachtelijke voortplanting, wat ongeslachtelijke voortplanting en wat veredeling is

Wat gaan we doen

10 minuten stamboom maken van je eigen familie

15 minuten uitleg over 3.6 

10 minuten tijd voor het maken van de opdrachten

5 minuten nabespreken opdrachten van 3.5

Stamboom maken

Je gaat een stamboom maken van je eigen familie

Kies een fenotype (uiterlijk kenmerk) die je gaat gebruiken in de stamboom

 Bijvoorbeeld haarkleur of oogkleur

Je gaat dan bedenken wat de letters zijn van jouw familieleden

gebruik 3.4 en 3.5 als ondersteuning

Geslachtelijke voortplanting

Via geslachtscellen (eicel en zaadcel)

Elk organisme is anders doordat er veel mogelijkheden zijn

Kunstmatige selectie: Nakomelingen kiezen met de gunstigste eigenschappen (bvb bij hondenfokkers)

Veredeling: het doorfokken van deze gunstige eigenschappen

Ongeslachtelijke voortplanting

Ongeslachtelijke voortplanting

Een deel van de plant groeit uit tot een nieuwe plant. 

Je kunt planten stekken door een stukje van de plant af te knippen en weer te laten groeien

Aardappelen groeien via knollen

geslachtelijke voortplanting

eicel en zaadcel

Ongeslachtelijke voortplanting

deling

Weefselkweek 

Aan de slag

Maak opdracht

3.5: 40, 41.      (deze opdrachten gaan we nabespreken)

3.6: 46, 48, 49, 53, 54

10 minuten de tijd

Nabespreken 3.5