Some/any & plurals

ENGLISH
Grammar 7 & 8: some/any & plurals
1 / 27
suivant
Slide 1: Diapositive
EngelsMiddelbare schoolhavo, vwoLeerjaar 1

Cette leçon contient 27 diapositives, avec quiz interactifs et diapositives de texte.

time-iconLa durée de la leçon est: 40 min

Éléments de cette leçon

ENGLISH
Grammar 7 & 8: some/any & plurals

Slide 1 - Diapositive

GRAMMAR 7: SOME & ANY

Slide 2 - Diapositive

ANY
We kennen twee manieren waarop we het woord any kunnen gebruiken

1. Vraagzinnen waarbij je niet zeker bent van het antwoord

"Do you have any sugar?"
"Do you have any idea where we are?"

Slide 3 - Diapositive

ANY
We kennen twee manieren waarop we het woord any kunnen gebruiken

2. Negatieve zinnen

"We don't have any food in the kitchen."
"There aren't any apples left."

Slide 4 - Diapositive

SOME
We kennen twee manieren waarop we het woord some kunnen gebruiken

1. Vraagzinnen waarbij je zeker bent dat het antwoord ja zal zijn

"Can I have some water, please?"
"I heard you love apple pie! Would you like some?"

Slide 5 - Diapositive

SOME
We kennen twee manieren waarop we het woord some kunnen gebruiken

2. Positieve zinnen

"I need some eggs."
"We have got some ideas to help you."


Slide 6 - Diapositive

My little brother doesn't eat ... vegetables. He can't stand the taste.

Slide 7 - Question ouverte

Do we have ... popcorn left, or are we all out?

Slide 8 - Question ouverte

Are there ... volunteers to help the teacher today?

Slide 9 - Question ouverte

I have ... tickets left. Would you two like to join me?

Slide 10 - Question ouverte

I don't have ... sugar left.

Slide 11 - Question ouverte

I'll go and borrow ... sugar from the neighbour.

Slide 12 - Question ouverte

GRAMMAR 8: PLURALS

Slide 13 - Diapositive

PLURALS
Over het algemeen is het maken van meervoud zo simpel als het toevoegen van -s of -es

Voorbeeld:
book -> books
pie -> pies

Slide 14 - Diapositive

PLURALS
Wanneer een woord eindigt op een -o, schrijf je het in de meervoudsvorm als -oes

Voorbeeld:
hero -> heroes 
tomato -> tomatoes
echo -> echoes

Slide 15 - Diapositive

PLURALS
Wanneer woorden eindigen op een -s, -x, -z of -ch, voeg je er -es aan toe.

Voorbeeld:
bus -> buses
box -> boxes
match -> matches

Slide 16 - Diapositive

PLURALS
Wanneer woorden eindigen op -f of -fe, veranderen we dit in 
-ves

Voorbeeld:
shelf -> shelves
dwarf -> dwarves
knife -> knives

Slide 17 - Diapositive

PLURALS
Wanneer woorden eindigen op een medeklinker en -y, gebruik je -ies voor de meervoudsvorm

Voorbeeld:
party -> parties
baby -> babies
penny -> pennies

Slide 18 - Diapositive

PLURALS
Uiteraard zijn er ook uitzonderingen. Deze moeten jullie goed leren!

mouse -> mice, (wo)man -> (wo)men, foot -> feet, tooth -> teeth

fish -> fish, sheep -> sheep, moose -> moose

Slide 19 - Diapositive

1. toy

Slide 20 - Question ouverte

2. cookie

Slide 21 - Question ouverte

3. tooth

Slide 22 - Question ouverte

4. tomato

Slide 23 - Question ouverte

5. university

Slide 24 - Question ouverte

6. sausage

Slide 25 - Question ouverte

7. foot

Slide 26 - Question ouverte

8. bucket

Slide 27 - Question ouverte