T3 BS4 stambomen

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 3

Thema 3 Erfelijkheid en Evolutie

Lesindeling

Lesopening

Herhaling BS1 t/m 4

Uitleg BS5 stambomen

Oefenvragen

Huiswerk

Lesafsluiting

Lesopening

Enkele oefenvragen

Een stamboom

Stambomen

Een stamboom laat zien van wie iemand afstamt.

Je kunt in een stamboom laten zien wat de genetische eigenschappen zijn binnen een familie. 

Voorbeeld

Voorbeeld

aa

A

A

A

A

Voorbeeld

aa

Aa

Aa

Aa of AA

Aa of AA

vragen

VRAGEN 

3.5 Stambomen

Welke is dominant?  

1. De ziekte is dominant
2. De ziekte is recessief

Wie zijn mannen in deze stamboom?

1. Alle personen weergegeven met een vierkant
2. Alle personen weergegeven met een rondje

Combineer het juiste genotype met de juiste omschrijving

Homozygoot dominant

Intermediair fenotype

Homozygoot recessief

Heterozygoot

Aa

aa

AA

A_rA_w

Hiernaast zie je een voorbeeld van een intermediaire kruising.

1. juist
2. onjuist
3. niet te zeggen

Wat is de kruising tussen Monique en Kees?

1. AA x Aa
2. Aa x Aa
3. AA x aa

Zie deze stamboom, kan je afleiden welke eigenschap dominant is?

1. Ja, zwart want die komt het vaakst voor.
2. Ja, wit
3. Nee, niet af te leiden
4. Ja, want 3 heeft een ander fenotype

In de afbeelding is een stamboom de overerving van albinisme bij een gezin weergegeven. De ouders uit dit gezin krijgen krijgen een vierde kind. Hoe groot is de kans dat dit kind pigment heeft?

1. 25%
2. 50%
3. 75%
4. 100%

3.5 Stambomen

Welk kind is afwijkend?

1. Kind 11
2. Kind 6
3. Kind 17
4. Kind 19

Twee witte Leghorns worden met elkaar gekruist.

De stamboom geeft de resultaten van deze kruising weer.

Wat is het genotype van de ouders?

1. Beide hebben genotype AA
2. Beide hebben genotype aa
3. Beide hebben genotype Aa
4. Eén van beide heeft genotype AA, de ander Aa.

Hoeveel generaties zijn afgebeeld in deze stamboom?

1. 1
2. 3
3. 2
4. 4

aa

aa

Aa

Aa

aa

aa

Aa

Aa

Aa

AA

AA

A?

A?

A = rood
a = blauw

aa

Aa

Aa

A ?

A ?

aa

aa

Aa

Een man is heterozygoot en heeft een lange neus. Een vrouw een korte neus. Vul de P in. 

BB

Bb

bb

Een man is heterozygoot en heeft een lange neus. Een vrouw een korte neus. Hoeveel procent van de nakomelingen heeft een lange neus? 

50% Bb

50% bb

Een man is heterozygoot en heeft een lange neus. Een vrouw een korte neus. Hoeveel procent van de nakomelingen heeft een lange neus?

1. 0%
2. 25%
3. 50%
4. 75%

Een homozygote paarse krokodil Krokky paart met een groene krokodil Bertha. Paars is dominant. Welke kruising klopt voor Krokky x Bertha?

1. bb x BB
2. BB x bb
3. Bb x bb
4. BB x Bb

Uitwerking vorige Quiz-Vraag

De ziekte van Petterson is een erfelijke ziekte.
Peter is heterozygoot en is gezond.
Zijn vrouw Anna heeft de ziekte van Petterson.
Welke kruising klopt voor Peter x Anna?

1. Bb x bb
2. Bb x BB
3. BB x bb
4. Bb x Bb

Uitwerking vorige Quiz-Vraag

Bb=gezond

Kuiltje in de wang, homozygoot

Een kuiltje in de wang is een Dominante eigenschap

Kuiltje in de wang, heterozygoot

Geen kuiltje in de wang, wel een hele goede voetballer :)

Welk genotype hebben deze personen?

bb

BB

Bb

Welke genotype heeft kind 3?

blauw is bruin haar.

Wit is blond haar. 

aa

Aa

Aa

AA

Aa

Moeder kat heeft een wittte vacht met genotype aa.

Vader kat heeft een zwarte vacht.

Ze krijgen in ieder geval 1 kitten met een witte vacht.

Vul de kruisingstabel in.

Moeder

Vader

A

a

a

a

Aa

Aa

aa

aa

F1 

X 

A

A

a

a

AA

Aa

Aa

aa

Huiswerk

bs 4: 1 t/m 6

eerder klaar: ga naar biologiepagina.nl